Antwoorden op kamervragen over expertisecentra voor bestrijding van de georganiseerde criminaliteit
Antwoorden op kamervragen van het lid Van Raak (SP), ingezonden 1 oktober 2008.
1. Vraag
Wat is het doel van de expertisecentra? Waaruit gaan hun taken bestaan? 1)
1. Antwoord
De regionale informatie- en expertisecentra hebben tot doel gemeenten en hun veiligheidspartners te ondersteunen bij de bestuurlijke aanpak van georganiseerde misdaad op lokaal niveau. Daartoe zullen de centra de volgende taken uitoefenen:
- Het vormen van een informatieknooppunt waarbinnen de informatie van verschillende handhavings- en opsporingsdiensten naast elkaar wordt gelegd;
- Het ter ondersteuning van gemeenten gevraagd en ongevraagd verrichten van analyses die een beeld geven van de lokale verwevenheid tussen de onder- en bovenwereld en de wijze waarop dit tot uitdrukking komt;
- Het periodiek adviseren van het lokaal bestuur en zijn veiligheidspartners over ontwikkelingen die zich met betrekking tot de verwevenheid tussen de onder- en bovenwereld in een gemeente c.q. regio afspelen;
- Het informeren van de veiligheidspartners over relevante informatie die binnen het bestuur aanwezig is;
- Het aan de hand van concrete casussen periodiek adviseren van het lokaal bestuur over de mogelijke interventiestrategieën om de verwevenheid tussen de boven- en onderwereld zowel preventief als repressief tegen te gaan;
- Het ontwikkelen van instrumenten die de aanpak als hiervoor bedoeld onder punt 5 kunnen ondersteunen, in het bijzonder gericht op de aanpak van problemen die zich voordoen in sectoren en branches die niet onder de wet BIBOB vallen;
- Het ondersteunen van gemeenten bij de inzet van terzake relevante bestaande instrumenten, zoals bijvoorbeeld de mogelijkheden die de wet BIBOB biedt;
- Het opbouwen van expertise op het terrein van de verwevenheid tussen de onder- en bovenwereld;
- Het uitbrengen van adviezen aan de betrokken departementen over ontwikkelingen en instrumenten die van belang zijn voor het tegengaan van de verbinding tussen de boven- en onderwereld;
- Het ondersteunen bij de implementatie van andere aspecten uit het programma Bestuurlijke aanpak van georganiseerde criminaliteit.
2. Vraag
Wie gaan er mensen leveren voor de expertisecentra?
2. Antwoord
Op dit moment worden de mensen geworven om de expertisecentra te bemannen. Gelet op de taken van de centra verwachten wij dat er mensen worden aangetrokken die werkzaam zijn geweest bij gemeenten of politie.
3. Vraag
Wie wordt er verantwoordelijk voor het dagelijks reilen en zeilen binnen deze expertisecentra?
3. Antwoord
De regionale informatie- en expertisecentra vallen onder verantwoordelijkheid van een korpsbeheerder. Voor de dagelijkse aansturing zullen er projectleiders c.q. centrumhoofden worden aangewezen.
4. Vraag
Worden er ook financiële experts toegevoegd aan deze centra? Zo ja, waar komen die vandaan? Wat betekent dit voor het politiekorps dat de mensen levert? Wat betekent dit voor de werkzaamheden zoals ze nu door deze experts worden verricht?
5. Vraag
Worden er ook digitale experts toegevoegd aan deze centra? Zo ja, waar komen die vandaan? Wat betekent dit voor het politiekorps dat de mensen levert? Wat betekent dit voor de werkzaamheden zoals ze nu door deze experts worden verricht?
Antwoord op de vragen 4 en 5
Vooralsnog verwachten wij niet dat er financiële of digitale experts worden toegevoegd aan de regionale informatie- en expertisecentra.
6. Vraag
Bent u zich bewust van het feit dat georganiseerde criminaliteit zich meer en meer op en via het internet manifesteert en dat witwassen en financiële fraude zich steeds meer in digitale omgevingen afspeelt?
6. Antwoord
Ja.
7. Vraag
Is het niet verstandiger om bestaande financiële en digitale expertise uit te breiden en de prioriteitenstelling van politie en justitie aan te passen, ofwel de directe opsporing, in plaats van het geld te investeren in expertisecentra?
7. Antwoord
Hoewel de bestrijding van georganiseerde misdaad altijd een belangrijke repressieve component zal bevatten is duidelijk dat een effectieve bestrijding van dit complexe fenomeen méér vergt dan alleen strafrechtelijke opsporing en vervolging. Er is een gecombineerde en onderling samenhangende inzet nodig van preventieve, bestuurlijke en strafrechtelijke maatregelen. Vanuit dit perspectief achten wij het van belang niet uitsluitend te investeren in een directe wijze van opsporing doch ook de bestuurlijke aanpak van georganiseerde misdaad te versterken.
Dit laat onverlet dat wij er waarde aan hechten ook te investeren in de directe opsporing. In dit verband wijzen wij op de programma’s die onder primaire verantwoordelijkheid van de Minister van Justitie in december 2007 zijn ingericht ter versterking van de aanpak van financieel economische criminaliteit en van georganiseerde misdaad. Onderdeel van die programma’s zijn: investeringen in de versterking van financieel rechercheren, het doen afnemen van criminele vermogens en het versterken van de informatie- en analysefunctie binnen Openbaar Ministerie en politie.
1) http://www.trouw.nl/nieuws/nederland/article1867875.ece/
Miljoenen_voor_aanpak_georganiseerde_criminaliteit.html