Ruimte maken voor medioren
Toespraak door minister Van der Hoeven over 'nieuwe ouderen' tijdens het symposium SIR-55, 'Ruimte maken voor medioren', 29 september 2008
Dames en heren,
'Men hoopt oud te worden, maar men vreest de ouderdom'. Aldus Jean de la Bruyère, een Franse schrijver uit de 17e eeuw. Ik denk dat deze uitspraak ook nu, in de 21e eeuw, nog even actueel is. Want willen we niet allemaal gezond en gelukkig oud worden?
Het verschil met het tijdperk van Jean de la Bruyère is dat we nu gemiddeld veel langer leven. In zijn tijd was je al bejaard als je boven de veertig was. Nog niet eens zo heel lang geleden was je na je vijfenzestigste al oud. Genoeg dames en heren schaamden zich als ze ineens met een roze strippenkaart de tram in moesten, in plaats van met de blauwe.
Tegenwoordig is 'bejaard' een term die we niet eens meer wíllen gebruiken, omdat het een negatieve bijklank heeft. Paarsblauwe kleurspoelinkjes en verzorgingstehuizen waarin je een nummer bent: dat is wat het oproept bij mensen.
Nee, wij zijn medior geworden. En terecht: we staan midden in het leven. Ik mag mijzelf ook medior noemen met mijn 59 jaar, en voel me daar prima bij. Een senior ben ik echt nog niet, ook al merkt iedereen die ouder wordt dat natuurlijk wél aan van alles. Dat merk je aan jezelf, aan de geliefden in je omgeving, aan de dingen in het leven waar je eigenlijk nog liever niet aan wilt denken.
Maar u en ik, de hele samenleving; we kunnen onze ogen niet sluiten voor de ouderdom. De groep ouderen wordt groter, rijker en leeft langer. En is bovendien veel actiever! We willen als medior een omgeving die rekening houdt met al onze toekomstige wensen en beperkingen. En ik zeg 'we': ik weet dat u mij hier vandaag als minister heeft uitgenodigd, maar ik wil toch vooral ook spreken als Maria. Eén van u, én medior.
Het is belangrijk om al vroeg in te spelen op een toekomst waarin je niet alles meer zo gemakkelijk kunt. Door te zorgen dat de radertjes flink blijven bewegen. Bijvoorbeeld door het werk te doen dat je inspireert, door computercursussen te volgen om te kunnen mailen en msn'en, door de krant te blijven lezen en van ons prachtige culturele aanbod te genieten. Oftewel: door de dingen te blijven doen die je energie geven, die je geest en lichaam 'wakker' houden. Of dat nou werken, golfen, salsadansen, wandelen of bridgen is. Weg met de geraniums in elk geval!
De nieuwe oudere neemt geen genoegen met een plekje aan de zijlijn, maar doet volwaardig mee in het speelveld. Althans, zo zou het moeten zijn. Daar is nog wel het een en ander voor nodig. Bij de ouderen zelf, bij de overheid, bij bedrijven, in de media: overal. Het hele concept van 'actieve medioren' is iets dat langzaam evolueert in de hoofden van mensen. Er is geen evolutie, maar een ware Revolutie voor nodig om ruimte te maken voor medioren!
Neem bijvoorbeeld de manier waarop producten verpakt worden: het lukt soms zelfs een bootwerker niet om een potje jam open te krijgen. Flessen schoonmaakmiddel zijn helemaal een ramp, en een plakje kaas in cellofaan kan je beter maar vergeten; ook als je niet boven de 55 bent kan je daar uren over doen. En dan hebben we het nog niet eens over pakken jus d'orange, met van die venijnige schroefdoppen die muurvast zitten. Je zou er moe van worden…
Gelukkig spelen steeds meer ondernemers daar op in. Door speciale tangen te maken voor ouderen, die op verschillende verpakkingen gezet kunnen worden. Door van die handige grijpers te maken, zodat je niet steeds hoeft te bukken als je iets laat vallen. Door een loep op de markt te brengen waarmee je zelfs de kleinste lettertjes in de supermarkt kunt lezen. En geloof me; daar zijn er veel van. En niet alleen in de supermarkt!
Veel beter is natuurlijk om in het prodúctieproces al rekening te houden met de toekomstige gebruiker. Dan zijn al die tangen en hulpstukken niet eens nodig, dan kan oud en jong zonder moeite iets open krijgen of dichtdoen. Zonder bloedvergieten, zonder verwensingen.
Het gaat ook om meer zitjes in ruimtes waar gewacht wordt, van station tot winkelgalerij. Om meer sanitaire voorzieningen. Om een handigere indeling van rekken in de supermarkt en meer ruimte voor scootmobiels en rollators in openbare ruimtes.
Er is dus werk aan de winkel.
We moeten af van een starre manier van denken, van alles houden zoals het was. 5,3 miljoen 55-plussers vragen om nieuwe oplossingen en antwoorden. Twee van de belangrijkste basisbehoeftes in het leven zijn een gezond lichaam en een veilig, fijn onderkomen. Ik ben daarom heel blij dat SIR-55 zich met man en macht inzet voor de woonwensen van medioren en senioren. Dat is hard nodig, want we hebben met zijn allen jaren liggen slapen. Met 'we' bedoel ik iedereen. Woningcorporaties, stedenbouwkundigen, architecten, gemeenten, zorginstellingen, de overheid: iedereen. Maar nu is de tijd aangebroken om wakker te worden, om in actie te komen. Samen.
SIR-55 zet zich daar met passie voor in door te luisteren naar hoe medioren en senioren willen wonen. Door ouderen te stimuleren mondiger te worden; zodat ze opkomen voor hun woonwensen. Door van onderop intitiatieven te ontwikkelen zodat er man,- denk- en politieke kracht gemobiliseerd wordt om vraaggericht te kunnen bouwen. We hebben het hier niet over een kwantitatief probleem, maar over een kwalitatief probleem: er wordt niet gebouwd wat mensen willen. In ieder geval lang niet genoeg.
De rol van woonconsumenten moet groter en sterker worden door hen invloed, zeggenschap en verantwoordelijkheid te geven. SIR-55 laat met veel succes zien dat dit kán: er zijn nu 406 woningen gebouwd, en meer dan 300 in de maak. Dat is geweldig! Maar dat aantal moet omhoog. En dat is niet alleen de zorg van SIR-55; daar zijn we met elkaar als maatschappij verantwoordelijk voor.
Veel verpleeg- en verzorgingshuizen zijn nu bijvoorbeeld nog helemaal niet toegepast op de wensen van toekomstige senioren. Bovendien: niet iedereen wíl naar een verpleeg- of zorginstelling. Mensen blijven het liefst zo lang mogelijk thuis wonen, en geef ze eens ongelijk. Wie wil nu niet een eigen kamer, een eigen plek met privacy en de spulletjes die bij je horen? Zonder verplegers en andere mensen die bepalen hoe laat je op moet staan, wanneer je eet, wanneer je gewassen wordt?
Ouder worden hoort menswaardig te zijn. Ook als de ouderdom met gebreken komt. Juist dan! We doen daarom ons best om het moment dat ouderen naar verpleeg- en verzorgingsinstellingen gaan, zo lang mogelijk uit te stellen. Juist als je bouwt naar de wensen van toekomstige ouderen bereik je dat. Mensen kunnen dan veel langer thuis blijven wonen en daar zorgvoorzieningen krijgen. Als kabinet gaan we daarom voor bepaalde groepen wonen en zorg financieel scheiden.
Dat betekent dat woonkosten niet meer ten laste komen van de AWBZ. In ruil voor een lagere eigen bijdrage gaan mensen in verpleeg- en verzorgingshuizen huur betalen. Je kunt dan veel makkelijker zelf kiezen in welke woonomgeving je jouw AWBZ-zorg ontvangt en wat je daar voor over hebt. Toetredingsdrempels voor zorginstellingen en aanbieders van woonruimte worden lager. Daarmee regelen we een gevarieerder aanbod van zorg; ruimte voor meer maatwerk, innovatie en keuzevrijheid. Zodat de wensen van de toekomstige afnemers centraal komen te staan.
Instellingen die verblijfszorg aanbieden laten we in de toekomst meer financieel risico dragen over de kapitaallasten. We schaffen allerlei bouwregels af of vereenvoudigen ze. Dat dwingt instellingen om betere afwegingen te maken in woonvormen: om beter te letten op wat ouderen willen. Dat is ook precies waarvoor SIR-55 zich al jaren inzet. Als echte pionier op het gebied van woningbouw, volledig gericht op medioren en senioren.
Dames en heren,
We hebben dus een vraaggestuurd, gevarieerd woonaanbod nodig waarin rekening wordt gehouden met de behoeften van ouderen. Een woning zonder drempels, met een traplift, met aangepast sanitair. Wij gaan daar als kabinet woningbouwcorporaties op aanspreken, want ook zij moeten hun verantwoordelijkheid nemen. Door nieuw te bouwen, door bestaande woningen aan te passen, door het toedelen van woningen beter te regelen.
Het is en blijft vooral een taak van gemeenten, corporaties en private partijen om een aantrekkelijk en passend aanbod van woningen voor ouderen te realiseren. En wij gaan er als overheid álles aan doen om belemmerende regels weg te werken, zodat mooie plannen voor ouderen zo snel en goed mogelijk uitgevoerd kunnen worden. We zetten in op de productie van ongeveer 80.000 nieuwe woningen per jaar, zodat we het woningtekort kunnen terugdringen tot 1,5 procent in 2012.
Beste mensen,
Ouderen doen steeds langer 'mee'. Ouderen zijn allang niet meer oud. Ouderen horen er gewoon bij. We zijn een bijzondere en tegelijkertijd doodgewone doelgroep, met onze eigen moeilijkheden, mooiheden en mogelijkheden.
Laten we er samen voor zorgen dat het over een tijd niet meer nodig is om te praten over wat er beter kan, laten we samen zorgen voor meer ruimte voor medioren. Op elk vlak in de maatschappij: 'wonen, leven en beleven', net zoals het motto van SIR-55. Dan hopen we net zoals die Franse schrijver nog steeds om oud te worden, maar dan hoeven we de ouderdom veel minder te vrezen.
Dank u wel.