Toespraak minister E. van Middelkoop in Goz Beida (Tsjaad)
Mannen van het Eerste Mariniersbataljon, mannen en mevrouw van de ondersteuningseenheid,
Het is goed om hier bij u te zijn. Natuurlijk word ik dagelijks gebrieft over uw verrichtingen, maar het is nog belangrijker uw ervaringen uit eerste hand te horen. Dit helpt mij bij het nemen van besluiten en in mijn overleggen met de Tweede Kamer. Ik stel jullie bereidheid om jullie ervaringen met mij te delen en jullie open opstelling zeer op prijs. Het is niet de eerste keer dat het Korps in Afrika opereert.
Het Korps heeft voetstappen liggen in Ethiopië en Eritrea; sergeant-majoor Van Beekhoven, sergeant Poesiat en korporaal van Doorn waren hier bijvoorbeeld bij en ook ik heb indertijd als parlementariër het voorrecht gehad jullie daar te bezoeken. De naamgever van jullie thuisbasis, generaal-majoor Van Braam Houckgeest heeft op dit continent indertijd zijn Militaire Willemsorde verdiend. Maar dat weten jullie natuurlijk allemaal beter dan ik.
Elke uitzending is uniek en belangrijk. Tsjaad is geen Afghanistan, Afghanistan is geen Irak en Irak is geen Cambodja. Elke missie kent een eigen dynamiek, omvang, belasting en zelfs een eigen mate van persbelangstelling. Dat wil daarmee niet zeggen dat we de missies daarmee kunnen rangschikken naar mate van belangrijkheid.
De missie die jullie hier uitvoeren, is voor de vluchtelingen, ontheemden, NGO’s niet van belang, maar van levensbelang! Dat is waar het uiteindelijk allemaal om draait. Jullie bijdrage aan de missie zit er bijna op; binnenkort worden jullie afgelost door de collega’s van het Tweede Mariniersbataljon. We mogen dus al voorzichtig terugkijken.
Dit was geen makkelijke missie. De structuur waarin jullie werken is nieuw en een nieuw samengestelde eenheid moet op elkaar ingespeeld raken. Zoiets kost tijd en is niet altijd gemakkelijk. U hebt zich daarin flexibel, verstandig en zeer volwassen getoond. Het klimaat en de infrastructuur waarbinnen jullie werken, brachten ontberingen en beperkingen met zich mee. Het is hier dat jullie munt konden slaan uit de berg- en wintertrainingen.
De “arctic drills” verschillen natuurlijk hemelsbreed van de Afrikaanse, maar de instelling die jullie daar wordt bijgebracht, bleek hier goud waard. Het stelde jullie in staat op verantwoorde wijze in dit onbarmhartige klimaat te opereren. Niet alleen jullie instelling deed het hier goed, maar ook jullie voertuigen, de “vikings”. Het Korps toonde zich in Cambodja al innovatief door zijn sneeuwvoertuigen mee te nemen in de jungle. Uiteindelijk bleken dit de enige voertuigen waarmee in de regentijd verplaatst kon worden en dat was ook hier het geval. Sinds Cambodja prijst de fabrikant zijn voertuigen dan ook niet meer aan als “snow vehicle”, maar als “all terrain vehicle”. Wat deze missie verder tot een lastige maakte, was de aanwezigheid van strijdende partijen. Meteen aan het begin van uw missie heeft u laten blijken dat er met u niet te spotten valt.
De wijze waarop u tijdens de confrontatie met de rebellen op 14 juni heeft opgetreden, heeft deze missie gered. Hier toonde zich één van de traditioneel sterke punten van het Korps Mariniers: de kwaliteit van de kaderleden en de ervaring die binnen de gelederen aanwezig is.
U kunt terugkijken op een goede missie. Natuurlijk had u meer willen doen, meer willen worden ingezet als verkenningspeloton, meer erop uit. Maar dat is ook heel erg des mariniers. Mariniers gedijen het beste als ze volop “aan de bak zijn”, als het lastig is. Als jullie moeten teruggevallen op een meer routinematige dagindeling, dan voelen jullie je “uitknijpers”. Maar weet wel dat jullie aanwezigheid en inzet hier, voor de vluchtelingen, de ontheemden en de missie het verschil heeft gemaakt.
Elke uitzending is uniek en elke uitzending is belangrijk. De overeenkomst met Irak, Ethiopië, Cambodja, Haïti en alle andere missies is de overgave en opoffering die door de militairen aan de dag wordt gelegd om hun missie tot een goed einde te brengen. Ik heb daar grote bewondering voor en ben trots. Trots op onze krijgsmacht, trots op het Korps Mariniers en bovenal trots op jullie. Ik kon deze trots onlangs delen met de Secretaris-Generaal van de NAVO toen we op bezoek waren bij het Korps in Den Helder. Ik breng jullie ook de waardering over van de hele ministerraad. Jullie inzet en verrichtingen worden met grote belangstelling gevolgd en de waardering en het respect voor jullie is alom. Ik wil u nog alle succes en krijgsmansgeluk toewensen met de laatste loodjes van de missie maar bovenal een behouden thuiskomst!