Inkomstenbelasting. Terugwerkende kracht bij ruisende inbreng in een besloten vennootschap

Belastingdienst/Centrum voor proces- en productontwikkeling, Sector brieven & beleidsbesluiten

Besluit van 16 september 2008, nr. CPP2008/1626M, Stcrt. nr. 186

De staatssecretaris van Financiën heeft het volgende besloten.

Dit besluit is een actualisering van het besluit van 4 december 2000 nr. CPP2000/2438M. De daarin opgenomen goedkeuring is uitgebreid ten behoeve van het resultaat uit overige werkzaamheden. Voor het overige is met dit besluit geen inhoudelijke wijziging beoogd.

1. Inleiding

Dit besluit is een actualisering van het besluit van 4 december 2000, nr. CPP2000/2438M op het gebied van de inkomstenbelasting en de terugwerkende kracht bij ruisende inbreng in een besloten vennootschap. Er is geen inhoudelijke wijziging beoogd ten opzichte van het hiervoor genoemde besluit. In onderdeel 3 is de goedkeuring uitgebreid ten behoeve van het resultaat uit overige werkzaamheden. Waar in dit besluit wordt gesproken over een besloten vennootschap wordt hiermee ook een naamloze vennootschap bedoeld.

2. Gebruikte begrippen en afkortingen

Wet IB 2001

Wet inkomstenbelasting 2001

BW

Burgerlijk Wetboek

3. Terugwerkende kracht van een voorovereenkomst

Op grond van het arrest van de Hoge Raad van 4 november 1953, BNB 1954/18*, kan het overgangstijdstip van de heffing van inkomstenbelasting naar de heffing van vennootschapsbelasting ingeval van inbreng van een onderneming in een besloten vennootschap niet liggen voor het moment waarop de voorovereenkomst is gesloten.

Goedkeuring
Om doelmatigheidsredenen keur ik echter goed dat inspecteurs op een schriftelijk verzoek door of namens een belastingplichtige bij de inbreng met fiscale afrekening van een onderneming in een besloten vennootschap voor de heffing van inkomstenbelasting en vennootschapsbelasting zodanige terugwerkende kracht aan een voorovereenkomst verlenen dat een vóór voorperiode tot ten hoogste drie maanden in aanmerking kan worden genomen. Aan inwilliging van het verzoek zijn de onder a tot en met f vermelde voorwaarden verbonden.

Deze goedkeuring is ook van toepassing als een werkzaamheid, zoals bedoeld in afdeling 3.4 van de Wet IB 2001, ingebracht wordt in een besloten vennootschap, met dien verstande dat voorwaarde c daarbij dan niet van toepassing is.

Ik merk hierbij op dat de termijn van drie maanden afwijkt van de termijn die bij geruisloze omzetting geldt. Daar staat tegenover dat niet de eis wordt gesteld dat het overgangstijdstip aansluit op een volledig boekjaar. Het verzoek dient zo spoedig mogelijk maar uiterlijk bij de aangifte inkomstenbelasting over het (boek)jaar waarin de vóór-voorperiode aanvangt te worden ingediend bij de voor de heffing van inkomstenbelasting voor het desbetreffende jaar bevoegde inspecteur, onder overlegging van de geregistreerde voorovereenkomst.

Voorwaarden
Voor deze goedkeuring gelden de volgende voorwaarden, waarbij voorwaarde c niet van toepassing is als er een werkzaamheid wordt ingebracht:
a. De voorovereenkomst is gesloten en geregistreerd binnen drie maanden na het gewenste tijdstip van overgang van de heffing van inkomstenbelasting naar de heffing van vennootschapsbelasting.
b. Het verlenen van terugwerkende kracht leidt niet tot het behalen van een incidenteel fiscaal voordeel.
c. De belastingplichtige neemt over de vóór-voorperiode geen ondernemersfaciliteiten in aanmerking voor de heffing van inkomstenbelasting.
d. De besloten vennootschap komt binnen negen maanden na de aanvang van de vóór-voorperiode tot stand en de inbreng vindt eveneens binnen deze termijn plaats.
e. De door of namens de belastingplichtige in het verzoek weergegeven feiten en omstandigheden zijn juist en volledig vermeld.
f. De besloten vennootschap en belastingplichtige verklaren ieder voor zich schriftelijk aan de bevoegde inspecteur dat zij de vorenstaande voorwaarden aanvaarden. De termijn voor het indienen van de akkoordverklaring is zes weken na de dagtekening van de beslissing. Indien de besloten vennootschap nog niet tot stand is gekomen wordt deze termijn verlengd tot zes weken na de totstandkoming van de besloten vennootschap. In bijzondere gevallen kan de inspecteur deze termijn verder verlengen. De akkoordverklaring is tijdig ingediend indien zij voor het einde van de termijn is ontvangen. Bij verzending per post is de akkoordverklaring tijdig ingediend indien zij voor het einde van de termijn ter post is bezorgd, mits zij niet later dan een week na afloop van de termijn is ontvangen.

4. Registratie

Onder registratie wordt verstaan registratie bij de Inspecteur van de Belastingdienst bevoegd voor de uitvoering van de Registratiewet 1970. In dit verband kan legalisatie door een notaris niet worden gelijkgesteld met registratie. Als vaststaat dat het ministerie van Justitie de aanvraag van de verklaring van geen bezwaar (artikel 2:275, tweede lid, BW) binnen de termijn van drie maanden heeft ontvangen, dan wel een notaris binnen die termijn een akte van depot heeft opgemaakt waaruit het voornemen tot het oprichten van een besloten vennootschap tot uitdrukking komt, kunnen daaraan dezelfde gevolgen worden verbonden als aan een binnen die termijn geregistreerde voorovereenkomst.

5. Intentieverklaring

Voor de oprichter die een eenzijdige intentieverklaring opstelt waarin hij zijn voornemen tot het oprichten van een besloten vennootschap tot uitdrukking brengt, geldt dat aan deze intentieverklaring onder dezelfde voorwaarden dezelfde gevolgen kunnen worden verbonden als aan een voorovereenkomst.

6. Afwerking verzoek

De inspecteur zendt zijn beslissing aan de indiener van het verzoek conform het in de bijlage opgenomen model.

7. Ingetrokken regeling(en)

Het volgende besluit is ingetrokken met ingang van de inwerkingtreding van dit besluit:
Besluit van 4 december 2000, nr. CPP2000/2438M.

8. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met de dagtekening van dit besluit.

Den Haag, 16 september 2008.

De staatssecretaris van Financiën,
namens deze:
de directeur-generaal Belastingdienst,
mr. J. Thunnissen.

Bijlage. Model beslissing


De Inspecteur van de Belastingdienst/……../kantoor ......, beslissend op een verzoek met dagtekening ...... door of namens ...... te ...... (hierna: de belastingplichtige), keurt goed dat ter zake van de inbreng van de onder de naam ...... te ...... uitgeoefende onderneming/werkzaamheid in de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid c.q. naamloze vennootschap (hierna: de besloten vennootschap) met betrekking tot de heffing van inkomstenbelasting en vennootschapsbelasting de onderneming/werkzaamheid met terugwerkende kracht vanaf ...... wordt geacht rechtstreeks voor rekening en risico van de besloten vennootschap te zijn gedreven.

Voor deze goedkeuring gelden de volgende voorwaarden, waarbij voorwaarde c niet van toepassing is indien er een werkzaamheid wordt ingebracht:
a. De voorovereenkomst is gesloten en geregistreerd binnen drie maanden na het tijdstip van overgang van de heffing van inkomstenbelasting naar de heffing van vennootschapsbelasting.
b. Het verlenen van terugwerkende kracht leidt niet tot het behalen van een incidenteel fiscaal voordeel.
c. De belastingplichtige neemt over de vóór voorperiode geen ondernemersfaciliteiten in aanmerking voor de heffing van inkomstenbelasting.
d. De besloten vennootschap komt binnen negen maanden na de aanvang van de vóór-voorperiode tot stand en de inbreng vindt eveneens binnen deze termijn plaats.
e. De door of namens de belastingplichtige in het verzoek weergegeven feiten en omstandigheden zijn juist en volledig vermeld.
f. De besloten vennootschap en belastingplichtige verklaren ieder voor zich schriftelijk aan de in de aanhef genoemde inspecteur dat zij deze voorwaarden aanvaarden. De termijn voor het indienen van de akkoordverklaring is zes weken na de dagtekening van deze beslissing. Indien de besloten vennootschap nog niet tot stand is gekomen wordt deze termijn verlengd tot zes weken na de totstandkoming van de besloten vennootschap. In bijzondere gevallen kan de inspecteur deze termijn verder verlengen. De akkoordverklaring is tijdig ingediend indien zij voor het einde van de termijn is ontvangen. Bij verzending per post is de akkoordverklaring tijdig ingediend indien zij voor het einde van de termijn ter post is bezorgd, mits zij niet later dan een week na afloop van de termijn is ontvangen.

De Inspecteur van de Belastingdienst/……./kantoor ......
namens deze,