Toespraak staatsecretaris Bijleveld bij het najaarsoffensief interbestuurlijke taskforce
Dank voor dit najaarsoffensief. Als opdrachtgever van de Interbestuurlijke Taskforce maar ook vanuit mijn eigen beleidsterrein herken ik me zeer in de vijf speerpunten van het najaarsoffensief en wil graag in de lijn van deze speerpunten reageren.
In het kader van het 1e speerpunt heb ik samen met de VNG en de staatssecretarissen van EZ en Financiën de VNG modelverordeningen vereenvoudigd. De vereenvoudigde modelverordeningen kunnen een belangrijke besparing van de administratieve lasten opleveren, maar moeten daarvoor wèl door de gemeenten worden toegepast.
Er komt nog een belangrijke verordening aan, nl de WMO verordening. Ik wil zelf in dat kader graag een oproep doen aan de Taskforce en de heer Wallage om zich er de komende maanden voor in te zetten dat het geven van vertrouwen nadrukkelijk wordt meegenomen in de WMO verordening. Ik denk daarbij aan een verantwoordingsvrij bedrag bij het Persoonsgebonden Budget.
Het 2e speerpunt van het Najaarsoffensief richt zich op het aanpakken van blokkades in de rijksregelgeving. Het kabinet sprak met de VNG af dat zij deze aan zou pakken. Ik ben er trots op om te kunnen melden dat het Kabinet de belemmeringen uit de blokkadelijst voor ruim 70% op heeft kunnen lossen danwel dat op korte termijn oplost. Daarmee is zo goed als driekwart van de belemmeringen in rijksregelgeving voor het realiseren van vereenvoudigingen door gemeenten weggenomen.
Voorbeelden hiervan zijn een verbetering in de uitvoerbaarheid van de Wet Werk en Bijstand door bijvoorbeeld het schrappen van de langdurigheidstoets en een verbeterde uitwisseling van gegevens uit het GBA en de Burgerlijke Stand. De weg voor gemeenten om verder te dereguleren is dus grotendeels vrij gekomen en ik hoop dan ook dat gemeenten onverminderd aan de slag gaan. Desaltniettemin ben ik ben het natuurlijk met de voorzitter van de Taskforce eens dat het aanpakken van ook het laatste deel van de belemmeringen nog aandacht vraagt. Daar zal ik mij ook voor inzetten.
Het 3e speerpunt adresseert de verbetering van de dienstverlening. Vanuit mijn eigen verantwoordelijkheid zet ik me deze kabinetsperiode heel nadrukkelijk in om een merkbare verbetering van de dienstverlening te realiseren. Ik werk zelf in dat kader hard aan het aanpakken van de tien belangrijkste knelpunten voor burgers en zie ook graag dat de instrumenten die in dat kader zijn ontwikkeld toepassing vinden onder gemeenten. Zo zijn er bijvoorbeeld handreikingen ontwikkeld voor het verminderen van de regeldruk onder vrijwilligers, het toepassen van mediationvaardigheden en het opstellen van begrijpelijke formulieren. Daarnaast ondersteun ik met veel plezier verschillende groepen pioniergemeenten die zich na de oproep van de heer Wallage hebben aangemeld. Samen met de pioniergemeenten wordt heel praktisch gewerkt aan het implementeren van verbeteringen door bijvoorbeeld het toepassen met mediationvaardigheden, begrijpelijke formulieren, het verminderen van de regeldruk onder vrijwilligers en het vereenvoudigen van de aanvraag en verantwoording van de bijstand.
Dit sluit aan op het 4e speerpunt nl. het toepassen van de best practices van de pioniergemeenten. Samen met mijn collega’s van EZ en Financiën en de VNG stellen wij alle goede voorbeelden, instrumenten en tussenresultaten van de pioniergemeenten elektronisch beschikbaar voor andere gemeenten. Graag sluit ik mij aan bij de oproep aan gemeenten om hier ook vooral gebruik van te maken.
Tot slot wil ik naar aanleiding van het 5e speerpunt meegeven dat de aandacht die er elke week in de Ministerraad wordt besteed aan het schrappen van regels er toe heeft geleid dat er structureel wekelijks aandacht is voor het verminderen van de regeldruk. Zo wordt elke week een regel geschrapt. Graag sluit ik mij dan ook aan bij de oproep van de Taskforce aan gemeenten om zich structureel en actief te verzetten tegen de bestaande regeldrukreflex en in navolging van het kabinet wekelijks een regel schrappen.