Praktijkgerichte leeromgeving werpt vruchten af
Staatssecretaris Marja van Bijsterveldt (Onderwijs) is enthousiast over het succes van de subsidieregeling om leslokalen in het vmbo aan te passen op praktijksituaties.
Bijna 90 procent van de vmbo-instellingen heeft gebruik gemaakt van deze regeling. Met nieuwbouw of aanpassingen van bestaande bouw zijn onder meer kapsalons, garages en restaurants gecreëerd om de praktijk beter te simuleren. “Leerlingen komen op een realistische wijze in aanraking met de praktijk. Het stimuleert de beroepsoriëntatie waardoor de aansluiting op de arbeidsmarkt en het vervolgonderwijs verbetert, iets wat van groot belang is om schooluitval te voorkomen”, aldus de staatssecretaris.
De eerste resultaten zijn positief. Uit onderzoek blijkt dat leerlingen hun sectorkeuze afstemmen op de mogelijkheden van praktijkgericht onderwijs. Praktijk gericht onderwijs vermindert bovendien de lesuitval. Zo’n 1.200 vmbo-vestigingen (90%) hebben gebruik gemaakt van de regeling. Daarvan heeft 70% in het najaar van 2007 hun plannen bijna of geheel gerealiseerd.
Met een praktijk gerichte leeromgeving (PGL) sluiten de lessen beter aan bij de werkelijke beroepspraktijk en worden theorie en praktijk meer geïntegreerd. Zowel docenten als leerlingen zijn optimistisch over het onderwijsconcept. Docenten spreken met ‘trots’ over de praktijkgerichte leeromgeving die bovendien de aandacht en betrokkenheid van leerlingen versterkt. De vernieuwing van de leeromgeving heeft ook een positief effect op het imago van het vmbo.
De subsidieregeling uit 2006 was een belangrijke prikkel voor scholen om het bestaande gebouw aan te passen of tot nieuwbouw over te gaan zodat een betere praktijkgerichte leeromgeving ontstaat. Hiervoor was euro 235 miljoen beschikbaar. Een tweede onderzoek staat gepland in najaar 2008. Daarin wordt onder meer aandacht besteedt aan de relatie tussen PGL en de prestaties van leerlingen.