de presentatie van het advies van de Deltacommissie
Alleen de uitgesproken tekst geldt.
Meneer Veerman en natuurlijk álle leden van de commissie,
dames en heren,
Ik ben van na de watersnood. Mijn generatie heeft nooit zelf een zware watersnoodramp hoeven meemaken.
Wij voelen ons veilig in dit land, ondanks de kwetsbare ligging. Dat danken wij aan de generaties vóór ons. Dat danken we aan de mensen die de Afsluitdijk bouwden na de Zuiderzeevloed van 1916. Aan de mensen die de Deltawerken begonnen na de verschrikkelijke watersnood in 1953. En nu komt het aan op ons. Wij zijn de tijd. Het is aan ons om dit land veilig te stellen voor degenen die na ons komen.
Daarom heeft het kabinet op mijn initiatief een jaar geleden de Deltacommissie, onder leiding van ú meneer Veerman, ingesteld. Het advies van de commissie laat zien hoe we om moeten gaan met de dreiging van te véél zee- en rivierwater en een tekórt aan zoetwater.
Het klimaat verandert, maar ook Néderland verandert. De bevolking is sinds de jaren ‘50 flink toegenomen en de economische waarde van ons kapitaal is verveelvoudigd. Denk alleen al aan onze huizen, bedrijven en infrastructuur. Onze kijk op veiligheid is ook veranderd sinds de eerste Deltacommissie in de jaren ’50 de waterveiligheidsnormen vastlegde. Deze nieuwe Deltacommissie merkt dat ook op. Het kabinet hecht evenals de commissie groot belang aan het voorkomen van slachtoffers en maatschappelijke ontwrichting.
Redenen te over dus om ons maximaal in te spannen een overstromingsramp te voorkomen. Daarvoor zijn scherpere normen dan nu noodzakelijk. Het kabinet is dan ook bijzonder blij dat de Deltacommissie in haar advies aangeeft hoe de nieuwe normen eruit zouden kunnen zien. En intussen zijn we hard aan het werk om aan onze huidige normen te voldoen; daar vraagt de commissie terecht aandacht voor.
In New Orleans heb ik met eigen ogen gezien hoe verwoestend een grote overstroming met veel slachtoffers en enorme economische schade is. Dat was in New Orleans aanleiding voor maatregelen. Zoals ook in Nederland steeds actie is ondernomen ná rampen of bijna-rampen.
Ik wil niet wachten op een volgende ramp. Het is onze verantwoordelijkheid om nu in actie te komen, nu de dreiging nog niet acuut is, maar de opgave wél urgent. De Deltacommissie biedt een programma om op de juiste tijd de goede maatregelen te nemen. Daar is een stevige basis voor nodig. Daarom ga ik samen met het kabinet aan de slag met een nieuwe Deltawet, zoals de commissie voorstelt.
Dames en heren,
Nederland bestaat natuurlijk niet alleen ondánks, maar ook dánkzij het water. Op het gebied van natuur en landbouw, van wetenschap en de ontwikkeling van havens en steden liggen er kansen. Die kansen vragen om gezamenlijk investeren in integrale oplossingen. Ik verheug me erop om deze grote klus met z’n vele facetten, samen met al mijn collega’s uit het kabinet te beginnen. Er zal de komende decennia veel werk moeten worden verzet. Dat is een opdracht waar we als Nederlanders samen voor staan. Het advies van de Deltacommissie is een belangrijke mijlpaal. Ik wil de commissie nogmaals bedanken én van harte complimenteren met haar belangrijke advies.
Tot slot, Leven tussen zee en rivier is geen vanzelfsprekendheid. Toch doen we dit al eeuwen. Ik nodig iedereen uit om samen te werken aan de veiligheid van Nederland. Laat 2008 de geschiedenis ingaan als het jaar waarin wij de toekomst van dit lage land hóóg op de agenda hebben gezet. Zodat ook volgende generaties kunnen zeggen: wij zijn van ná de watersnood.