Antwoorden op kamervragen over bonussen NS-directie

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA ‘s-Gravenhage

Ons kenmerk: Fin 2007-00199

Geachte voorzitter,

In de bijlage bij deze brief vindt u het antwoord op de kamervragen die gesteld zijn door de leden Van Hijum en de Vries (beiden CDA) aan de ministers van Verkeer en Waterstaat en van Financiën over de hoogte van bonussen voor de NS-directie.

Deze vragen zijn beantwoord mede namens de minister van Verkeer& Waterstaat. Overigens wil ik opmerken dat de minister van Financiën verantwoordelijk is voor het aandeelhouderschap in NS

Hoogachtend,

de Minister van Financiën,

Wouter Bos

1
Is het u bekend dat de leden van de NS-directie in 2006 een hogere bonus dan het jaar daarvoor hebben gekregen, hoewel de prestaties van de NS vorig jaar op een aantal punten zijn verslechterd? 1)

Ja, dat is mij bekend. Ik vind het van belang hier op te merken dat criteria jaarlijks worden bepaald. Kijkend naar de criteria zien we dat enkele criteria die vorig jaar niet zijn gehaald ook dit jaar niet gehaald zijn. Hier staat tegenover dat de reizigersgroei hoger gewaardeerd is in de criteria waardoor de beloning als absoluut getal gestegen is.

2
Kunt u inzicht geven in de wijze waarop de variabele beloning is opgebouwd? Welk deel is direct klantgerelateerd? Wat is de samenhang met de vervoersprestaties zoals punctualiteit, informatieverstrekking, kans op een zitplaats?

De criteria voor de variabele beloning variëren per directielid maar van de variabele beloning is meer dan de helft afhankelijk van klantgerelateerde criteria. Hiervan vormen punctualiteit en informatieverstrekking een belangrijk onderdeel. NS hanteert een systeem waarbij aan het begin van het jaar een aantal criteria wordt vastgesteld door de Raad van Commissarissen. Bij elk criterium wordt vastgesteld welk deel van de variabele beloning daarvan afhangt. Indien een specifiek criterium niet gehaald wordt, zal het bijbehorende deel van de variabele beloning ook niet uitgekeerd worden. De variabele beloning voor de criteria punctualiteit en informatieverstrekking is om die reden dan ook niet toegekend door de Raad van Commissarissen van NS.

3
Welke stappen overweegt u om te komen tot een gewicht van 75% voor de vervoersprestaties binnen het variabele deel van de prestatiebeloning, zoals door de minister van Financiën is toegezegd 2) tijdens het algemeen overleg op 1 december 2005?

Allereerst wens ik op te merken dat de minister van Financiën tijdens het algemeen overleg d.d. 1 december 2005 niet heeft toegezegd om te komen tot een gewicht van 75% maar 67% voor de vervoersprestatie binnen het variabele deel van de prestatiebeloning. Vanuit het aandeelhouderschap vind ik het van belang dat de variabele beloning afhangt van representatieve en evenwichtige criteria. Hierbij zijn de klantgerelateerde criteria – zoals ook vastgelegd in de vervoerconcessie voor het hoofdrailnet - in het geval van NS zeer belangrijk, maar in mijn ogen niet de enige criteria die van belang zijn. Andere belangrijke criteria zijn in mijn ogen de groei van het aantal reizigers – overigens ook vastgelegd in de vervoerconcessie - en het bedrijfsresultaat (immers dat vormt de basis voor de continuïteit van de NS op lange termijn). Desalniettemin ben ik bereid om te bezien hoe invulling kan worden gegeven aan deze wens.

Hierbij dient opgemerkt te worden dat ik- conform het bij NS vigerende beloningsbeleid - als aandeelhouder verantwoordelijk ben voor het vaststellen van een beloningsbeleid, maar dat de toekenning van de beloning en de bepaling en de weging van de factoren daarentegen de verantwoordelijkheid is van de Raad van Commissarissen. Ik zal met de Raad van Commissarissen in overleg treden om te bezien hoe invulling kan worden gegeven aan deze wens en of hiertoe een aanpassing van het beloningsbeleid noodzakelijk is.