Reactie op de studie 'Doing Business 2008'

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA ‘S-GRAVENHAGE

Ons kenmerk: AFP 2007-00924

Geachte voorzitter,

Hierbij ontvangt u mijn reactie op het verzoek van het lid Koşer Kaya van gisteren. Daarin verzoekt zij mij bij brief te reageren op de studie van de Wereldbank en PricewaterhouseCoopers (PwC) vóór de plenaire behandeling van het Belastingplan 2008.

Ook ik heb kennisgenomen van de publicatie van de studie van de Wereldbank ‘ Doing Business 2008’ en de afzonderlijke reactie van PricewaterhouseCoopers. De studie beoogt te onderzoeken welke regelgeving economische bedrijvigheid versterkt en welke regelgeving deze bedrijvigheid beperkt. Daartoe zijn verschillende indicatoren ontwikkeld waarvan ‘paying taxes’ er één is. Op dit onderdeel neemt Nederland de 36e plaats in. In 2006 heeft een soortgelijke studie (‘Doing Business 2007’) plaatsgevonden. Destijds stond Nederland nog op plaats 70. Ik ben blij dat Nederland in een jaar tijd vooruitgang heeft geboekt, maar er blijft ruimte voor verbetering.

De indicatoren die in de studie ‘Doing Business 2008’ worden gebruikt is in een aantal elementen onder te verdelen, te weten het aantal momenten van voldoening van de verschuldigde belasting, de tijd gemeten in het aantal uur per jaar voorbereiding, indiening en betaling van vennootschapbelasting, omzetbelasting en loonbelasting en tot slot de totale belastingdruk.

Ik constateer in de eerste plaats dat op alle elementen Nederland in laatstgenoemde studie beter scoort dan in de studie van vorig jaar (‘Doing Business 2007’). In de tweede plaats zit dit kabinet niet stil. Met name op de tweede indicator zullen we in navolging van het vorige kabinet voorstellen doen tot verdere vereenvoudiging van wet- en regelgeving. Procedures zullen verder worden gestroomlijnd waardoor de regeldruk van bedrijven kan worden verminderd. Ook heeft de Belastingdienst aangekondigd nog steviger in te zetten op een voelbare administratieve lastenverlichting voor ondernemers. Bijvoorbeeld door nog beter aan te sluiten bij de administratieve praktijk van werkgevers. Ook het horizontaal toezicht heeft een rol. Deze elementen kunnen ook in de komende jaren leiden tot een verdere daling van het aantal uren dat staat voor een belastingaangifte.

De derde indicator is eveneens aanzienlijk verbeterd. In het rapport 'Doing Business 2008 is nog uitgegaan van een tarief voor de vennootschapsbelasting van 29,6%. Inmiddels is dit tarief sinds 2007 verlaagd tot 25,5%.

Gezien de ontwikkelingen die op dit moment in voorbereiding zijn of in gang gezet, evenals de ontwikkelingen die in 2007 hebben plaatsgevonden en nog niet in de studie zijn meegenomen sterken mij in de overtuiging dat de positie van Nederland in de komende jaren verder zal verbeteren.

Hoogachtend,

De staatssecretaris van Financiën,

mr. drs. J.C. de Jager