Kamervragen beloning nieuwe CEO van Schiphol

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag

Uw brief (Kenmerk): 2070822330

Ons kenmerk: Fin 2008-00558

Geachte voorzitter,

Onlangs hebben de leden Kalma en Tang vragen voorgelegd aan de ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Financiën en Verkeer en Waterstaat aangaande het salaris van de nieuwe president-directeur van de NV Luchthaven Schiphol.

Hierbij treft u, mede namens de minister van Verkeer en Waterstaat en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de antwoorden aan op de gestelde vragen.

Hoogachtend,

De Minister van Financiën,

Wouter Bos

1. Heeft u kennis genomen van het artikel "Wetsvoorstel over topinkomens laat op zich wachten" in het Financieele Dagblad van 5 juni 2008?

Ja

2. Kunt u uiteenzetten wat de beloning van de nieuwe president-directeur van de Luchthaven Schiphol zal worden en uit welke componenten deze beloning bestaat? Hoe verhoudt ze zich tot de door de commissie Dijkstal voorgestelde beloning?

De beloning van de nieuwe CEO zal overeen komen met de beloning van de huidige CEO van Schiphol Group. In 2007 bedroeg deze beloning EUR 365.410. Deze beloning zal voor het jaar 2008 alleen conform de voor Schiphol van toepassing zijnde CAO verhoogd worden. Naast een vaste beloning zal de nieuwe president-directeur een korte termijn bonus ontvangen die 35% van het vaste inkomen bedraagt indien door de Raad van Commissarissen vastgestelde specifieke doelstellingen bereikt worden (‘on target’). Deze kan oplopen tot maximaal 47,5% indien de bestuurder ruim boven verwachting presteert (‘above target’). Daarnaast ontvangt de CEO een lange termijn bonus met een ‘on target’ niveau van 35% en een ‘above target’ niveau van maximaal 52,5% van het vaste inkomen. De lange termijn bonus geldt pas na drie jaar als de resultaten zijn behaald. In 2007 is besloten een groter gedeelte van de variabele beloning af te laten hangen van kwalitatieve elementen, zoals duurzaamheid en geluidsoverlast. In het jaarverslag 2007 van Schiphol Group kunt u meer details vinden over het beloningsbeleid.

Versoberingen van de beloning van de nieuwe CEO ten opzichte van de huidige CEO zijn aangebracht in de secundaire sfeer. Zo is de pensioengrondslag van eindloon naar middelloon gegaan, de vertrekpremie gereduceerd van drie jaarsalarissen naar één jaarsalaris, en het voorheen vaste contract omgezet naar een tijdelijk dienstverband van vier jaar. Overigens merk ik op dat de nieuwe CEO een aanzienlijke stap terug doet in vergelijking met de beloning in zijn huidige functie.

De commissie Dijkstal adviseert voor de sector infrastructuur (waaronder de deelsector luchthavenexploitanten) het salarismaximum van het ministersalaris te hanteren.

3, Wat is de formele zeggenschap van de rijksoverheid als meerderheidsaandeelhouder van Schiphol over het gevoerde beloningsbeleid? Hoe heeft het kabinet invulling gegeven aan die zeggenschap? En heeft het kabinet geprobeerd (of is het doende) die zeggenschap te verruimen?

De aandeelhouders van Schiphol stellen het beloningsbeleid vast. Vervolgens is het aan de Raad van Commissarissen om binnen het vastgestelde beloningsbeleid de beloning van de bestuurders te bepalen.

Bij Schiphol heb ik onlangs de zeggenschap van de aandeelhouders verruimd. In overleg met de onderneming, de Raad van Commissarissen en de medeaandeelhouders is in de statuten opgenomen dat de Algemene Vergadering van Aandeelhouders niet alleen bij meerderheid het door de Raad van Commissarissen voorgestelde beloningsbeleid kan vaststellen, maar ook actief een voorstel voor een b eloningsbeleid kan doen, mits dit voorstel vooraf wordt besproken met de Raad van Commissarissen.

4. Heeft u aanleiding gezien om de bestuurders van Schiphol langs informele weg te doordringen van de wenselijkheid om het salaris van de topfunctionaris te beperken? Is hierover ook contact geweest met de andere aandeelhouders van Schiphol, te weten de gemeenten Amsterdam en Rotterdam? Zo ja, wat heeft dat opgeleverd?

Ja, ik heb hierover gesprekken gevoerd met de Raad van Commissarissen. Daarbij heb ik aangegeven dat ik versoberingen in de beloning wilde zien. Bovendien heb ik verzocht om de achtergrond van de kandidaat een rol te laten spelen in de beloning. Tot slot heb ik de Raad van Commissarissen gevraagd, indien dit aan de orde zou zijn, uit te leggen waarom zij van mening zijn dat het ministersalaris als maximumbeloning voor de president-directeur van Schiphol niet voldoet (zie ook vraag 5). Ook heb ik hierover gesproken met de andere aandeelhouders van Schiphol Group.

5. Is de mededeling in het onder l. genoemde artikel juist dat het kabinet zich kan vinden in de motivatie van de directie van Schiphol om af te wijken van de Balkenende-norm? Hoe luidt die motivatie?

In de nog te verschijnen kabinetsreactie op het advies van de commissie Dijkstal zal het kabinet voorstellen doen voor afbakening van de semipublieke sector alsmede voor het per (deel)sector toe te passen beloningsregime (zie ook de brief van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aan uw Kamer van 9 juni jongstleden). Tot dat moment liggen er nog geen normen vast. In afwachting van de kabinetsreactie op het advies van de commissie Dijkstal en de behandeling van de nota Deelnemingenbeleid hanteer ik een ‘comply or explain’ -beleid, waarbij ik – in het geval beloningen worden voorgesteld die uitgaan boven het ministersalaris – van de Raden van Commissarissen van de deelnemingen vraag om te motiveren waarom het ministersalaris als maximum niet voldoet. Dit beleid heb ik ook in een brief aan de Raad van Commissarissen van Schiphol uiteengezet. In het geval van Schiphol is vooral de complexiteit van de onderneming en de internationale concurrentie van belang. Wil Schiphol haar positie als mainport behouden en duurzaam optreden met oog voor haar omgeving, zal Schiphol grote strategische uitdagingen moeten overwinnen.

6. Is het juist dat eerdere onderhandelingen met kandidaten voor deze functie op de hoogte van het salaris zijn stukgelopen?

Ja, dat is bij één kandidaat het geval geweest.

7. Deelt u de mening van de commissie Dijkstal dat er een wettelijke basis nodig is om de inkomens in de semipublieke sector te normeren? Geldt dat ook voor Schiphol? Zo nee, welke instrumenten wil het kabinet dan inzetten voor deze normering?

Het kabinet werkt momenteel aan een kabinetsreactie op het advies van de commissie Dijkstal. Zodra de kabinetsreactie gereed is, zal de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties deze aan uw Kamer doen toekomen.