Betalingen aan Nederlanders werkzaam voor internationale organisaties
Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
Uw brief (Kenmerk): 2070810830
Ons kenmerk: BenC 2008 - 828 M
Geachte voorzitter,
Naar aanleiding van een door de kamerleden Gill’ard (PvdA) en Voordewind (CU) gestelde vraag is door Financiën (inclusief Belastingdienst) nagegaan hoeveel medewerkers van Financiën nu een arbeidsovereenkomst hebben met een internationale organisatie en dus daar op de loonlijst staan. Binnen Financiën is het gebruikelijk deze medewerkers buitengewoon verlof zonder behoud van bezoldiging te verlenen. Voor deze medewerkers is vervolgens nagegaan of zij van Financiën nog een tegemoetkoming krijgen bovenop het salaris dat zij ontvangen van deze internationale organisatie. Uit deze inventarisatie blijkt dat in totaal zes medewerkers van Financiën (tijdelijk) in dienst zijn van een internationale organisatie.
Vijf medewerkers zijn werkzaam bij respectievelijk de Inter-American Development Bank, het Internationaal Monetair Fonds, de Wereld Douane Organisatie, de Wereldbank in Washington of de Europese Centrale Bank in Frankfurt. Deze vijf medewerkers zijn op basis van buitengewoon verlof zonder behoud van bezoldiging uitgezonden en krijgen - naast het salaris van de desbetreffende organisatie - geen vergoedingen vanuit Financiën.
Eén medewerker is in deeltijd werkzaam bij de European Bank for Reconstruction and Development (EBRD) in Londen. Daarnaast is betrokkene - eveneens in deeltijd - als Financieel Raad werkzaam op de Ambassade. Voor deze laatste functie zou hij normaliter op basis van het Dienst Buitenlandse Zaken Voorzieningenstelsel (DBZV) worden uitgezonden en dus met behoud van bezoldiging. Voor laatstgenoemde functie heeft hij afgezien van bezoldiging. Wel is hem, op basis van de DBZV regeling, een huurtegemoetkoming en vergoeding voor schoolgeld voor zijn zoon toegekend. De vergoedingen die betrokkene hiervoor van de EBRD ontvangt maakt hij over aan Financiën.
Financiën draagt voor alle medewerkers de ABP premies af die vervolgens op betrokkenen worden verhaald.
Hoogachtend,
de minister van Financiën,
Wouter Bos