Opvolging verzoek vaste kamer commissie Financiën inzake Schiphol

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA 'S-GRAVENHAGE

Ons kenmerk: Fin 2008-00237

Geachte voorzitter,

In het algemeen overleg over Schiphol Group op 14 november 2007 heb ik toegezegd een brief te sturen omtrent een eventueel superdividend van Schiphol Group, met een onderbouwing van het uitgangspunt om ten minste een credit rating van single A voor Schiphol Group te behouden.1

Ik informeer u hierover als volgt.

In het algemeen zijn ondernemingen gefinancierd met eigen en vreemd vermogen. De financieringsstructuur is van belang voor de waarde en de weerbaarheid van de onderneming en het is belangrijk de juiste balans te vinden tussen de hoeveelheid eigen en vreemd vermogen. Zoals ik in het voornoemde AO reeds aangaf zal de prikkel voor een bedrijf om op een alerte en scherpe wijze te opereren, verdwijnen indien het bedrijf overmatig gefinancierd is met eigen vermogen; teveel eigen vermogen kan er toe leiden dat het management geld gaat aanwenden voor onnodige en/of mogelijk extra risicovolle activiteiten. Ook geldt dat een gezonde hoeveelheid vreemd vermogen, van kapitaalverschaffers die terugbetaling mogen eisen, het management scherp houdt. Dit is in het belang van de aandeelhouder met het oog op een gezond rendement op het beschikbaar gestelde vermogen.

Overmatige financiering met eigen vermogen kan zodoende een negatief effect hebben op de waarde van een onderneming en de doelmatigheid van het management. Er zit echter ook een keerzijde aan het vergroten van het vreemd vermogen, immers de financiële flexibiliteit en stabiliteit van een onderneming neemt af. Een te scherpe financiering is vanuit dat oogpunt dus ook niet wenselijk.

Als uitgangspunt van de herfinanciering geldt dat Schiphol Group een solide balansstructuur behoudt. Op geen enkele wijze mag een voorgenomen vermogensonttrekking de mainport Schiphol in een financieel onevenwichtige situatie brengen. In dit licht acht ik een rating van ten minste single A een geschikt ijkpunt.

Rating agencies hanteren een systeem van ratings waarbij gekeken wordt naar de kredietwaardigheid van de onderneming. De verschillende rating agencies kennen verschillende notaties, maar de categorieën zijn vergelijkbaar. In de terminologie van één van de grootste rating agencies, Standard & Poor’s, is de hoogste credit rating AAA en de laagste is D (tussenliggende ratings zijn AA, A, BBB, BB, B, etc). De ratings die lopen van AAA tot en met BBB zijn de zogenaamde investment grades. Een onderneming met een investment grade heeft een relatief hoge kredietwaardigheid en daardoor voldoende toegang tot de kapitaalmarkt. Een credit rating van single A is naar mijn oordeel in het geval van Schiphol een veilige rating waarbij tegen acceptabele kosten op de kapitaalmarkt kan worden geleend. Ook in het geval van turbulente tijden of indien aanvullende noodzakelijke investeringen benodigd zijn, blijft er toegang tot de kapitaalmarkt bestaan. Tot slot acht ik deze rating een goed uitgangspunt omdat ten opzichte van vergelijkbare ondernemingen een credit rating van single A zeker niet ongebruikelijk is.

Na verscheidene gesprekken met de directie van Schiphol Group en de medeaandeelhouders hebben alle partijen ingestemd met het hanteren van het uitgangspunt van een credit rating van single A. In overleg met Schiphol is dit verder genuanceerd tot ‘single A flat’ (Standard & Poor’ s).2 Op basis van dit uitgangspunt ligt er vanuit de directie van Schiphol Group een voorstel ten aanzien van de uitkering van een superdividend waarmee ik kan instemmen. De definitieve beslissing over het superdividend zal genomen worden op de aanstaande Algemene Vergadering van Aandeelhouders (“AVA”).

Het voorstel van Schiphol Group, zoals besproken met de aandeelhouders, behelst het volgende:

  • Een uitkering ten laste van de winstreserve van EUR 500 miljoen in 2008;
  • en een uitkering ten laste van de winstreserve van maximaal EUR 500 miljoen in 2009, mits credit rating agencies kunnen bevestigen dat met dit beleid ten minste een credit rating van ‘single A flat’ behouden blijft.

De voorwaarde verbonden aan de tweede uitkering houdt rekening met het behoud van een credit rating van minimaal single A flat, en daarmee het uitgangspunt dat Schiphol Group een voldoende solide balansstructuur behoudt. In de praktijk betekent dit dat onverwachte tegenvallers, zoals ontwikkelingen op de kapitaalmarkt of vermindering van de winstgevendheid van Schiphol Group, effect kunnen hebben op de rating. Dit zou ertoe kunnen leiden dat in 2009 minder dan EUR 500 miljoen wordt uitgekeerd om een solide rating van single A flat te behouden. Ook van belang zijn zaken zoals onverwacht grote investeringen door Schiphol Group gedurende het aankomende jaar. Op basis van de huidige inzichten echter, lijkt een uitkering van EUR 500 miljoen zowel in 2008 als in 2009 zeer wel mogelijk.

Ik meen met deze brief mijn toezegging van 14 november jl. gestand te hebben gedaan.

Hoogachtend,

De minister van Financiën,

Wouter Bos

1: Tweede Kamer, vergaderjaar 2007-2008, 29 665 en 28 165, nr. 78
2: Binnen de categorie ‘single A’ wordt door Standard and Poor’s onderscheidt gemaakt naar ‘single A+’, ‘single A flat’ en ‘single A-‘. Ditzelfde onderscheidt bestaat ook binnen de overige categorieën zoals credit rating BBB.