Meer onderzoek naar crimineel vermogen
Het openbaar ministerie krijgt meer mogelijkheden om financieel onderzoek te doen naar het vermogen van een crimineel die probeert aan zijn betalingsverplichting uit een Plukze-maatregel te ontkomen. Wil die slagen dan moet justitie het bedrag dat de rechter oplegt ook daadwerkelijk kunnen incasseren.
Een en ander staat in een wetsvoorstel van minister Hirsch Ballin van Justitie dat voor advies naar verschillende instanties is gestuurd. De nieuwe mogelijkheden vullen de huidige ontnemingswetgeving aan.
De bewindsman wil ook voorkomen dat criminelen met hun geld opnieuw misdrijven plegen of het investeren in het legale economische verkeer.
Criminelen verbergen op slinkse wijze - soms in het buitenland - hun vermogen, omdat ze het misdaadgeld niet aan justitie willen afdragen terwijl de rechter ze daartoe wel heeft veroordeeld. Vaak zijn er aanwijzingen dat veroordeelde criminelen daar nog steeds over kunnen beschikken. Ze houden er bijvoorbeeld een luxe levensstijl op na, die niet overeenkomt met hun legale inkomsten. In zulke gevallen moet aanvullend financieel onderzoek mogelijk zijn om het criminele vermogen alsnog te achterhalen. De openstaande bedragen kunnen dan worden geïncasseerd.
De nieuwe mogelijkheden verbeteren de positie van de officier van justitie tijdens de executiefase van de ontnemingsmaatregel. Nu kan hij geen onderzoek doen, maar alleen beslag leggen en dat is lastig als het vermogen zoek is of goederen op naam van een ander staan. Daarom wil de minister - in zware zaken - opsporingsbevoegdheden inzetten, zodat de financiële handel en wandel van een veroordeelde duidelijker in beeld komt.
Verder kan het openbaar ministerie in meer gevallen conservatoir beslag leggen. Dat is nu beperkt tot zware misdrijven. Straks kan dat ook bij lichtere strafbare feiten, zoals diefstal.