Eerste Kamer stemt in met participatieplaatsen voor bijstandsgerechtigden
Bijstandsgerechtigden die moeilijk aan het werk komen mogen met hun uitkering aan de slag bij de gemeente of in het bedrijfsleven. Ze kunnen met een zogenaamde participatieplaats maximaal twee jaar werken aan hun terugkeer op de arbeidsmarkt. Een participatieplaats brengt een bijstandsgerechtigde een stap dichter bij de arbeidsmarkt.
De Eerste Kamer heeft op verzoek van staatssecretaris Aboutaleb ingestemd met het wetsvoorstel dat gemeenten de mogelijkheid geeft aan de slag te gaan met de participatieplaatsen. De participatieplaatsen zijn bedoeld voor mensen met een uitkering die niet of zeer moeilijk zelfstandig aan een gewone baan komen. Het kabinet wil met deze maatregel zoveel mogelijk mensen aan de slag helpen die nu moeilijk aan het werk komen en langs de kant staan.
Het wetsvoorstel dateert van het vorige kabinet, maar het huidige kabinet gaat het uitbreiden met het wetsvoorstel Stimulering Arbeidsparticipatie (Stap). Dat regelt onder meer dat mensen zonder startkwalificatie (havo of vwo-diploma of een mbo-diploma vanaf niveau 2) recht op scholing en een financiële bonus krijgen. Daarnaast kunnen werkgevers een jaar loonkostensubsidie krijgen als zij iemand in dienst nemen die gedeeltelijk arbeidsongeschikt of langer dan een jaar werkloos is. Het belangrijkste verschil met het vorige wetsvoorstel is dat het straks moeilijker wordt om de participatieplek te verlengen . Dit voorkomt dat bijstandsgerechtigden te lang op een participatieplaats zitten en geen doorstart maken naar een reguliere baan.