Middensegment arbeidsmarkt meest kwetsbaar
Niet de onderkant, maar het middensegment van de arbeidsmarkt is het meest kwetsbaar voor de gevolgen van de ICT-revolutie en globalisering. Uit steeds meer onderzoek, zoals van de Amerikaanse econoom Autor, blijkt dat juist aan de onderkant kansen ontstaan door de overgang naar een 'diensteneconomie'. Twee Financiën-medewerkers schreven er een ingezonden stuk over in NRC van 17 augustus jl.
Op 30 juni jl. bezocht Autor een door Financiën georganiseerd seminar " Future of low skilled work and the welfare state". Kernpunt van Autor is dat er geen aanwijzingen zijn dat technologische ontwikkeling en globalisering de onderkant van de arbeidsmarkt in westerse landen onder druk zetten. Sinds 1990 zijn de uurlonen aan de onderkant licht toegenomen ten opzichte van het modale uurloon, en is ook het werkgelegenheidsaandeel van lager opgeleiden toegenomen. Er lijkt sprake van polarisatie: de uurlonen en het werkgelegenheidsaandeel van de bovenkant en de onderkant nemen toe ten opzichte van het middensegment.
Deze ontwikkelingen duidt Autor vanuit een "task-framework". Manuele taken aan de onderkant (bijv. bouw, schoonmaken, horeca) kunnen niet eenvoudig worden geautomatiseerd of uitbesteed aan het buitenland. Dit geldt ook voor abstracte taken aan de bovenkant (bijv. economen, journalisten). Routinematige taken in het middensegment (administratiewerk, lopende band) lenen zich juist wel voor automatisering en uitbesteding. Manuele taken aan de onderkant ondervinden wel concurrentie van immigranten. Immigratie is dan ook een grotere bedreiging voor de onderkant dan globalisering en technologische vooruitgang.