Kabinet legt topbeloningen semipublieke sector aan banden
De ministerraad legt op voorstel van minister Ter Horst de topinkomens in de semipublieke sector aan banden. De aanpak volgt op hoofdlijnen het advies ‘Normeren en waarderen’ van de adviescommissie beloning en rechtspositie politieke ambtsdragers en topambtenaren (commissie Dijkstal). Er komt een wet ‘Normering topinkomens in de semipublieke sector’ die dient als kader voor de handhaving. Daarnaast gaat het kabinet ook normen stellen bij afzonderlijke ondernemingen, waarvan de staat aandeelhouder is. De ministerraad heeft ingestemd met toezending aan de Tweede Kamer van een brief met deze voornemens.
Het kabinet heeft op basis van een aantal criteria bepaald welke sectoren tot de semipublieke sector worden gerekend en kiest in navolging van de commissie Dijkstal voor indeling in drie beloningsregimes, oplopend in zwaarte: openbaarmakingsverplichting, een sectorale beloningscode en beloning van ministers als maximum (circa 170.000 euro; 130 procent van het huidige niveau). Daarbij geldt dat het regime zwaarder is naarmate een sector zich dichter bij de publieke sector bevindt.
Het strengste regime, het salarismaximum, geldt onder meer voor het onderwijs, de cultuursector, de publieke omroep, de waterleidingbedrijven en de jeugdzorg. Onder meer de woningcorporaties en de zorgaanbieders moeten een code opstellen, die door de betrokken minister moet worden goedgekeurd en daarmee bindend wordt voor de hele sector. De zorgverzekeraars kunnen volstaan met alleen openbaarmaking. Het resultaat van deze systematiek is een wettelijk afgebakende semipublieke sector met voor iedere (deel)sector een passend beloningsregime en een verantwoordelijke vakminister.
Het kabinet is voornemens deze normeringssystematiek toe te passen op alle staatsdeelnemingen. Hiermee krijgt de normering een grotere reikwijdte dan het voorstel van de commissie Dijkstal.