Communicatie(systemen) in crisissituaties in het stads- en streekvervoer
Voor de communicatie tussen enerzijds de centrale verkeersleiding en anderzijds de chauffeurs van bus, tram en metro, wordt in het stads- en streekvervoer gebruik gemaakt van verschillende systemen. Door de rijksoverheid en de decentrale OV-autoriteiten (de opdrachtgevers van het stads- en streekvervoer) worden op dit moment in het kader van crisissituaties weinig tot geen eisen gesteld aan deze communicatie(systemen). In dit onderzoek staat de vraag centraal of nadere eisen aan communicatie(systemen) bij crisissituaties vanuit de overheid gewenst zijn en zo ja welke.
Naar het oordeel van de onderzoekers is er een beperkte noodzaak om op dit moment vanuit de overheid eisen te stellen aan de huidige communicatie(systemen) in het stads- en streekvervoer. De onderzoekers schatten het risico dat de huidige communicatiesystemen in een crisissituatie leiden tot een toename in de mate waar in (het leven van) personen of materiële belangen worden bedreigd of zijn geschaad als laag in. Dit laat onverlet dat vervoerbedrijven vanuit hun eigen verantwoordelijkheid ervoor kunnen kiezen om (aanvullende) maatregelen op het vlak van noodcommunicatie te nemen. Uit het onderzoek komt naar voren dat met name in de organisatie van de communicatie in crisissituaties ("zachte kant" ) een aantal quick wins te behalen is.