Antwoorden op kamervragen van Agema over het bericht dat veel ouderen en gehandicapten naar een instelling moeten verhuizen wegens gebrek aan geld om thuis te kunnen blijven wonen
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
DLZ-K-U-2856799
25 juni 2008
Antwoorden van staatssecretaris Bussemaker op kamervragen van het Kamerlid Agema over het bericht dat veel ouderen en gehandicapten naar een instelling moeten verhuizen wegens gebrek aan geld om thuis te kunnen blijven wonen (2070822030).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht ‘Thuiswonen betekent bijbetalen’? 1)
Antwoord 1
Ja, ik ken het bericht.
Vraag 2
Kunt u aangeven hoeveel ouderen en gehandicapten financieel zo worden gekort dat zij noodgedwongen in een instelling gaan wonen?
Antwoord 2
Bij het beantwoorden van de vraag ga ik ervan uit dat de vraag betrekking heeft op de invoering van de zorgzwaartebekostiging die ervoor zou zorgen dat een aantal mensen minder zorg kan krijgen dan voorheen het geval was en dat daarmee voor hen thuis wonen niet langer mogelijk zou zijn.
Uitgangspunt van mijn beleid is dat mensen een billijke indicatie krijgen, passend bij hun zorgzwaarte. Indien cliënten zijn aangewezen op een beschermende woonomgeving met permanent toezicht en/of een therapeutisch leefklimaat, wordt sinds 1 juli 2007 een zorgzwaartepakket geïndiceerd. Het gaat om zware cliënten met dermate beperkingen dat een beschermende woonomgeving met permanent toezicht en / of een behandelklimaat noodzakelijk is.
Cliënten met een ZZP-indicatie maken vervolgens verschillende keuzes. Er zijn cliënten die in een traditionele instelling gaan wonen en er zijn cliënten die koste wat kost thuis willen blijven wonen. Ook zijn er mensen die voor een tussenvorm kiezen, bijvoorbeeld een kleinschalige woonvoorziening of een woonzorgcentrum waarbij meerdere mensen bij elkaar wonen.
Met de prijs van het ZZP kan op een verantwoorde wijze goede zorg worden geleverd in een geclusterde setting. Het zal niet mogelijk zijn om in iedere situatie thuis (in een niet-geclusterde setting) van de prijs van het ZZP voldoende zorg te krijgen. De prijs van het ZZP geeft dan het maximum aan van wat de AWBZ voor de zorg vergoedt.
Er zijn grenzen aan datgene wat aan zorg thuis geleverd kan worden. Zowel qua doelmatigheid als kwaliteit van zorg. Een woon- of zorgvoorziening waarin meerdere mensen zorg krijgen heeft dan soms de voorkeur. Een geclusterde setting heet dat dan.
Ik heb geen cijfers over cliënten die noodgedwongen in een instelling zouden moeten gaan wonen omdat de hoeveelheid zorg die thuis geleverd kan worden onvoldoende zou zijn. In het jaar 2008 geldt nog een overgangsregeling.
Vraag 3
Deelt u de mening dat dit niet strookt met uw voornemen cliënten zo lang mogelijk thuis te laten wonen? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 3
Het stimuleren van het zo lang mogelijk thuiswonen blijft een van de speerpunten van mijn beleid, maar zoals ik in het antwoord op vraag 2 heb aangegeven zijn er wel grenzen aan datgene wat thuis mogelijk is, zowel qua financiën als kwaliteit van zorg die thuis gegarandeerd kan worden.
Vraag 4
Deelt u de mening dat een zorgzwaartepakket (ZZP) voldoende moet zijn om de zorg te bekostigen die iemand nodig heeft, ongeacht of deze persoon zelfstandig woont of in een instelling verblijft? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 4
Zie mijn antwoord op vraag 3
Vraag 5
Is het waar dat de prijskaartjes die gekoppeld zijn aan de zorgzwaartepakketten naar beneden zijn bijgesteld om de zorg binnen het huidige macrobudget te laten vallen? Zo ja, hoe verklaart u dit?
Antwoord 5
De invoering van de zorgzwaartebekostiging geschiedt budgettair neutraal per sector. De beschikbare middelen worden op een eerlijker wijze verdeeld over de instellingen. De verdeling wordt daarbij gebaseerd op de zorgzwaarte van de cliënten. Een budgettair neutrale invoering is altijd al het uitgangspunt geweest bij de invoering van de zorgzwaartebekostiging. De prijskaartjes die gekoppeld zijn aan de zorgzwaartepakketten worden zodanig vastgesteld dat dit past bij een budgettair neutrale invoering.
Vraag 6
Is het waar dat, wanneer een (zwaar) gehandicapte trouwt, het mogelijk is dat zij haar auto en persoonsgebonden budget (deels) kwijtraakt omdat haar partner dan geacht wordt om zorgtaken op zich te nemen? Zo ja, wat is uw reactie hierop?
Antwoord 6
Bij de indicatiestelling wordt rekening gehouden met gebruikelijke zorg die samenwonende partners elkaar bieden (mits zij daartoe in staat zijn). Daarbij maakt het geen verschil of de partners samenwonen of getrouwd zijn. Voor zover het gebruikelijk is dat partners, ouders, inwonende kinderen en/of andere huisgenoten elkaar bepaalde zorg bieden, is verzekerde niet aangewezen op AWBZ-zorg voor de functies Persoonlijke Verzorging en Ondersteunende Begeleiding.
1) ‘Thuiswonen betekent bijbetalen’, de Volkskrant, 31 mei 2008