Antwoorden op kamervragen over gestolen identiteitskaarten
Antwoorden op kamervragen van het lid Van Raak (SP) aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over gestolen identiteitskaarten. (Ingezonden 8 mei 2008)
1. Vraag
Hoe zijn de door de gemeente Heeze-Leende uitgegeven identiteitsbewijzen in handen gekomen van derden?1) Wat gaat u doen om deze vorm van diefstal in de toekomst te voorkomen? Wie is verantwoordelijk voor het transport van dergelijke identiteitsbewijzen? Komt er een (recherche)onderzoek naar de gang van zaken?
1. Antwoord
De hier bedoelde identiteitsbewijzen zijn vóór uitreiking door de gemeente Heeze-Leende ontvreemd uit één van de zogenaamde rolcontainers voor waardedocumenten, die worden gebruikt voor het vervoeren van paspoorten en identiteitskaarten naar de gemeenten. Op 26 augustus 2005 werd ’s ochtends door het bestelkantoor van TPG Post (thans TNT) ontdekt dat de desbetreffende rolcontainer niet aanwezig was. Hierop werd door de bedrijfsrecherche van TPG direct een onderzoek gestart en een proces-verbaal opgemaakt met daarin de documentnummers van de vermiste reisdocumenten. Dit proces-verbaal is vervolgens doorgestuurd ter registratie van de gegevens in het Nationaal Schengeninformatiesysteem (NSIS). Ook zijn de gegevens direct opgenomen in het Basisregister Reisdocumenten van het ministerie van BZK om eventueel misbruik daarvan door derden zoveel mogelijk te voorkomen. Op 29 augustus 2005 werden aan het einde van de middag in de omgeving van Eindhoven resten van verbrande post aangetroffen, die afkomstig bleken te zijn uit de verdwenen rolcontainer. Het was niet direct duidelijk of zich in de restanten ook de reisdocumenten bevonden. Inmiddels is duidelijk geworden dat er in ieder geval twee uit de rolcontainer afkomstige Nederlandse identiteitskaarten ten onrechte in handen zijn gekomen van derden.
Het transport van paspoorten en Nederlandse identiteitskaarten geschiedt op grond van een overeenkomst tussen TPG Post (thans TNT) en de producent van de reisdocumenten SDU Identification B.V. Het vervoer geschiedt onder de condities en beveiligingswaarborgen die gelden voor waardezendingen (aangetekende post). Het spreekt vanzelf dat incidenten als deze uitvoerig worden geëvalueerd en waar nodig maatregelen worden getroffen om herhaling in de toekomst te voorkomen.
Van de diefstal van de rolcontainer met inhoud is aangifte gedaan bij de regiopolitie Brabant-Noord, die daarvan proces-verbaal heeft opgemaakt en vervolgens onderzoek heeft ingesteld. Daarnaast is door de regiopolitie Brabant-Zuidoost onderzoek verricht naar het misbruik dat werd gemaakt van de Nederlandse identiteitskaart van de inwoner van de gemeente Heeze-Leende, over wie in het krantenartikel wordt gesproken. Beide onderzoeken hebben niet geleid tot de aanhouding van verdachten.
2. Vraag
Waarom zijn betrokkenen niet geïnformeerd over het feit dat hun identiteitsbewijs tijdens het transport is gestolen? Door welke instantie had dit moeten gebeuren? Om hoeveel gestolen identiteitsbewijzen gaat het?
2. Antwoord
De gemeenten voor wie de documenten waren bestemd (Heeze-Leende, Valkenswaard, Bergeijk en Waalre) zijn geïnformeerd over het feit van de vermissing. Volgens de geldende procedures is ten behoeve van de betrokken personen een heraanvraag gedaan, zodat alsnog een spoedige uitreiking van de aangevraagde reisdocumenten kon plaatsvinden. In totaal gaat het om 57 reisdocumenten. Het is de verantwoordelijkheid van de betrokken gemeenten om te bepalen op welke wijze zij de aanvragers van reisdocumenten informeren over de voortgang van hun aanvraag. Ik zal de gemeenten in een circulaire aandacht vragen voor deze problematiek en daarbij aangeven op welke wijze de informatievoorziening aan de burger in dergelijke situaties het beste kan plaatsvinden.
3. Vraag
Waarom kunnen burgers geen aangifte doen van deze identiteitsdiefstal? Deelt u de mening dat dit alsnog mogelijk moet worden? Zo ja, welke actie gaat u ondernemen? Zo neen, waarom niet?
3. Antwoord
Het doen van aangifte wegens diefstal van identiteit is strafrechtelijk gezien niet mogelijk, omdat de identiteit van een persoon niet valt onder het begrip ‘goed’ als bedoeld in artikel 310 Wetboek van Strafrecht en geen sprake kan zijn van ‘wegnemen’. Overigens is wel aangifte gedaan van diefstal van de rolcontainer met inhoud, zie onder 1. In casu is gefraudeerd met de identiteit van de burger. Hoewel het Wetboek van Strafrecht geen afzonderlijke strafbepaling voor identiteitsfraude kent, kunnen burgers wel aangifte doen van aan identiteitsfraude gerelateerde delicten waarvan zij slachtoffer zijn geworden. Te denken valt aan valsheid in geschrifte (artikel 225 Wetboek van Strafrecht) en oplichting (artikel 226 Wetboek van Strafrecht), waarbij door het aannemen van een valse identiteit een ander wordt bewogen tot afgifte van een goed. Uit de informatie van de politie is mij gebleken dat de betrokken burger aangifte heeft gedaan van oplichting. Overigens wordt, zoals reeds in de brief aan de Kamer van 6 november 2007 over het project Veiligheid begint bij Voorkomen (Tweede Kamer 2007-2008, 28 684, nr. 119) is gemeld, bezien of een afzonderlijke strafbaarstelling van identiteitsfraude een toegevoegde waarde kan hebben.
4. Vraag
Hoeveel mensen hebben schade geleden, doordat hun identiteitsbewijs is gestolen? Bent u bereid om een inventarisatie naar de Kamer te sturen?
4. Antwoord
Afgezien van de bovenbedoelde inwoner van de gemeente Heeze-Leende zijn mij geen andere personen bekend die schade hebben geleden door diefstal van hun identiteitsbewijs.
5. vraag
Deelt u de mening dat de benadeelde burgers geen blaam treft en dat zij gecompenseerd dienen te worden voor geleden schade? Zo ja, wat gaat u voor hen doen? Zo neen, waarom niet?
5. Antwoord
Ik deel de mening dat de benadeelde burger geen blaam treft voor het gebeurde. Ik zie evenwel geen aanleiding de geleden schade van overheidswege te compenseren. De schade is immers niet ontstaan door een handelen of nalaten van de overheid, die zelf slachtoffer is geworden van de diefstal van de reisdocumenten. In dit verband wijs ik erop dat, zoals hierboven is vermeld, de reisdocumenten direct nadat hun ontvreemding was opgemerkt, zijn geregistreerd in het NSIS en in het Basisregister Reisdocumenten van het ministerie van BZK. In het laatstgenoemde register kunnen zowel overheidsorganen als private instellingen, die ter vaststelling van de identiteit van een persoon inzage verlangen van een identiteitsbewijs, nagaan of er met het overgelegde reisdocument iets aan de hand is. Daarmee wordt van overheidswege reeds het nodige gedaan om de gevolgen van het in verkeerde handen komen van reisdocumenten zoveel mogelijk te voorkomen. De invoering van vingerafdrukken in het paspoort en de Nederlandse identiteitskaart zal het hier aan de orde zijnde misbruik van deze documenten naar verwachting nog verder kunnen terugdringen.
1) Eindhovens Dagblad, 30 april 2008, ‘Dief maakt schulden op naam Heezenaar’