Keurmerk voor LNV-kozijn van Nederlands hout
De ministers Gerda Verburg van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) en Ella Vogelaar voor Wonen, Wijken en Integratie (WWI) hebben het KOMO-certificaat ontvangen voor een gezamenlijk ontwikkeld buitengevelkozijn van duurzaam Nederlands hout. Het nieuwe zogeheten LNV-kozijn wordt voor het eerst toegepast bij de lopende renovatie van het departement van LNV.
Voormalig minister Cees Veerman van LNV gaf in 2005 de aanzet voor de ontwikkeling van het buitengevelkozijn met zijn wens om bij de renovatie van het departement Nederlands hout als hoogwaardig bouwproduct te gebruiken. De samenwerking tussen de Rijksgebouwendienst, LNV en de Stichting Hout Research heeft geleid tot de ontwikkeling van een nieuw FSC gekeurd product met een KOMO-certificaat dat beschikbaar is voor de Nederlandse markt.
De LNV-kozijnen bestaan uit een combinatie van hout en metaal. Er zijn twee houtsoorten toegepast. Het grootste deel is Nederlandse lariks, geleverd door Staatsbosbeheer [SBB] en rondhoutzagerij Assink. In de onder- en tussendorpels wordt Robinia uit Hongarije gebruikt. Het houten kozijn komt uit de timmerfabriek Doornenbal in Veenendaal en de metalen kern wordt gemaakt door Metaalbouw Vogt in Kerkrade. Met een speciaal verfsysteem is het kozijn zes jaar onderhoudsvrij.
In het renovatieproject van het ministerie van LNV worden in totaal 2000 'LNV-kozijnen' geplaatst.