FATF plenaire vergadering februari 2008
De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Plein 2
2511 CR DEN HAAG
Ons kenmerk: FM 2008-00612 M
Geachte voorzitter,
Mede namens de Minister van Justitie deel ik u het volgende mee.
Van 25 tot en met 29 februari 2008 vond in Parijs de plenaire vergadering van de Financial Action Task Force on money laundering (FATF) plaats. De FATF is een intergouvernementeel samenwerkingsverband van landen met belangrijke financiële centra dat zich bezig houdt met de bestrijding van witwassen en van de financiering van terrorisme (zie annex). Hiervoor zijn in totaal 49 aanbevelingen geformuleerd (40 aanbevelingen tegen witwassen en 9 speciale aanbevelingen tegen de financiering van terrorisme), waaraan Nederland en de andere leden zich gebonden hebben en aan de hand waarvan de FATF-landen en derde landen worden beoordeeld.
De FATF houdt drie plenaire vergaderingen per jaar. Binnen de FATF zijn vier werkgroepen actief. De werkgroepvergaderingen vinden altijd voorafgaand aan de plenaire vergadering plaats. Tijdens de werkgroep en plenaire vergadering is een aantal verschillende onderwerpen aan de orde geweest, waarover ik u hierbij informeer.
FATF-evaluaties en voortgangsrapportages
Alle FATF - landen worden regelmatig geëvalueerd aan de hand van de 49 aanbevelingen tegen witwassen en terrorismefinanciering. De derde ronde wederzijdse evaluaties is inmiddels volop gaande. Tijdens de afgelopen plenaire vergadering zijn de rapporten van Canada en Singapore besproken. Een samenvatting van de evaluatierapporten is reeds te vinden op de website van de FATF (www.fatf-gafi.org). De volledige rapporten zullen eveneens binnen enkele weken op de website worden gepubliceerd.
Wederom is gebleken dat vrijwel alle tot nog toe geëvalueerde landen nog aanzienlijke verbeteringen in hun wetgeving moeten doorvoeren en ook de effectiviteit van de uitvoering moeten verbeteren.
Hoewel in Canada binnen enkele maanden wetgeving in werking zal treden die de geconstateerde gebreken verbeterd, is het evaluatierapport kritisch. Canada heeft verzocht om binnen één jaar terug te mogen rapporteren aan de plenaire vergadering van de FATF. Ten aanzien van de evaluatie van Singapore is het van belang om te vermelden dat Singapore onvoldoende gescoord heeft op de FATF aanbeveling van de strafbaarstelling van het delict witwassen.
Daarnaast zijn de voortgangsrapportages van Zweden, Ierland, China en Griekenland aangenomen.
Dialoog met de private sector
Eén van de huidige speerpunten van het beleid van de FATF is het verdiepen van de dialoog met de private sector. Daarmee wordt de rol van de FATF en het belang van wereldwijde implementatie van de FATF-aanbevelingen onder de aandacht gebracht. Voorts biedt het voor beide partijen meerwaarde om samen te werken aan een effectieve implementatie van de aanbevelingen door de private sector onder andere door te bekijken of indicatoren kunnen worden opgesteld die door de private sector in het risicobeleid kunnen worden meegewogen. Er wordt een nieuwe impuls gegeven aan de dialoog met de private sector. Bestaande initiatieven in de verschillende werkgroepen zullen verder worden uitgewerkt. De door de Werkgroep inzake Typologieën samen met de Wolfsberggroep in december 2007 georganiseerde bijeenkomst is zowel door de delegaties van FATF leden als door experts uit de private sector als zeer nuttig ervaren en heeft geleid tot een beslissing in de plenaire vergadering om bij elk typologie onderzoek dat zich daarvoor leent de private sector te consulteren. Inmiddels is er een keuze gemaakt uit de onderwerpen die door de private sector in het Consultatie Forum naar voren zijn gebracht en waarnaar in de FATF nader onderzoek zal worden gedaan. Dit betreft de zogenaamde dienstverlening aan een cliënt op basis van introductie ofwel ‘introduced business’. Het onderwerp ‘cost benefit analysis’ wordt door de FATF meegenomen in een onderzoek dat wordt gedaan onder het nieuwe mandaat. Nederland neemt het voortouw in dit onderzoek om de effectiviteit te vergroten mede door een relatie te leggen met de kosten van de beleidsmaatregelen.
Mandaat
Tijdens de plenaire vergadering is het mandaat van de FATF herzien en aangenomen voor de periode van 2008 - 2012. Het nieuwe mandaat zal formeel worden bekrachtigd door de Ministers van Financiën tijdens een ministeriële bijeenkomst voorafgaande aan de jaarvergadering van het Internationaal Monetair Fonds en de Wereldbank in Washington op 12 april a.s.
Ook onder het nieuwe mandaat staan de voor Nederland belangrijke onderwerpen op de agenda. Er blijft aandacht voor het vervolg van het door Nederland gestarte project naar de evaluaties van Low capacity countries. Het doel van dit project is om bij evaluaties van landen rekening te houden met de beperkte capaciteit van overheden en de belangrijkste risico’s van een financiële sector en een naar capaciteit en risico de FATF standaard te implementeren. De onder voorzitterschap van Nederland opgestelde guidance paper is tijdens de plenaire vergadering aangenomen.
Zoals al eerder naar voren is gebracht zal de FATF op basis van het nieuwe mandaat onderzoek gaan doen naar drie elementen om de impact en effectiviteit van het huidige beleid te kunnen bepalen. Er worden data verzameld om de impact van het huidige beleid ter voorkoming van witwassen en terrorismefinanciering te meten. Verder zal nader onderzoek naar de effectiviteit van het huidige beleid worden gestimuleerd en zal er onderzoek worden gedaan naar de haalbaarheid van een kosten en baten analyse in het beleid ter voorkoming van witwassen en terrorismefinanciering. Het voorstel van Nederland om hierin het voortouw te nemen is aanvaard, zij het dat vrij veel landen grote reserve hebben bij de uitvoerbaarheid ervan.
Ten aanzien van het mandaat is ten slotte van belang om te vermelden dat hierin de ruimte is opgenomen voor de FATF om beperkte uitbreiding van de kernactiviteiten te overwegen als er een specifieke aanvullende bijdrage kan worden geleverd. Als voorbeeld hiervan wordt de financiering van massavernietingswapens genoemd.
Ad hoc groep inzake het lidmaatschap
Tijdens de FATF plenaire vergadering in juni 2006 is een Ad hoc groep ingesteld om een visie (of mogelijke opties) te ontwikkelen op de toekomstige ontwikkelingen van het FATF lidmaatschap. Naar aanleiding van de eindrapportage van deze groep heeft de FATF besloten vooralsnog geen aanpassing van het beleid inzake lidmaatschap te doen, maar hier verder over te praten nadat de lidmaatschapsprocedure van de huidige aspirant leden India en Zuid Korea is afgerond.
Versterkte rol voor FSRB’s
Als onderdeel van de inspanningen om als FATF bij te dragen aan de ontwikkeling van FSRB’s, heeft de FATF aanvragen voor geassocieerd lidmaatschap van enkele regionale organen ingesteld. Deze nieuwe status betekent dat deze organen dezelfde procedures hebben als de FATF en meer specifiek voldoende maatregelen hebben genomen die actuele en effectieve implementatie van de FATF standaarden waarborgen onder hun leden. Deze nieuwe status geeft hen gelijke toegang tot de vergaderingen en de documenten van de FATF. Eerder hebben de FSRB’s voor de Grote Oceaan (APG), Zuid-Amerika (GAFISUD), Oost-Europa (Moneyval), Eurazië (EAG) en het Midden-Oosten (MENAFATF) deze status al gekregen. In de afgelopen plenaire vergadering heeft de FSRB voor de Caribische regio (CFATF) ook geassocieerd lidmaatschap gekregen. De Nederlandse Antillen en Aruba zijn lid van het CFATF. Nederland is momenteel voorzitter van de groep van landen die als observer lid zijn van het CFATF (Nederland, Verenigde Staten, Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Spanje, Canada en Mexico).
Werkgroep Internationale Samenwerking
Deze werkgroep bespreekt en monitort de internationale samenwerking tussen landen, ongeacht of deze aangesloten zijn bij de FATF of een van haar regionale organisaties. Na de vorige plenaire vergadering heeft de President van de FATF aan de autoriteiten van de 5 landen (Noord Korea, Iran, Turkmenistan, Sao Tomé en Principe, Comoros eilanden) brieven gestuurd met een verzoek om informatie. Aan het noordelijk deel van Cyprus, dat eenzijdig is uitgeroepen als Turkse republiek Noord Cyprus, is via de Europese Commissie een verzoek tot informatieverstrekking gericht.
Tijdens de werkgroepvergadering zijn de reacties besproken. Er is met diverse landen en de regio een dialoog geopend om te bezien óf en zo ja, hoe hun wetgeving ter voorkoming van witwassen en terrorismefinanciering verbeterd zou kunnen worden. Naar aanleiding van de bespreking van de voortgang van de deze landen en nieuwe ontwikkelingen heeft de plenaire vergadering op verzoek van de werkgroep een persbericht doen uitgaan, waarin gewezen wordt op de risico’s vanwege gebreken in de anti witwas- en terrorismefinanciering wetgeving van Oezbekistan, Iran, Pakistan, São Tomé en Príncipe, Turkmenistan en het noordelijk deel van Cyprus.
Werkgroep inzake Typologieën
De werkgroep onder voorzitterschap van Nederland en België onderzoekt trends in de methoden en technieken die gebruikt worden bij witwassen en terrorismefinanciering. Door praktijkgevallen te analyseren, probeert men methoden en technieken te deduceren, die gebruikt worden bij het witwassen. Deze typologieën worden beschreven in een rapport dat gepubliceerd wordt op de website van de FATF. In Nederland worden dergelijke rapporten niet alleen onder de aandacht gebracht van de financiële sector, maar ook aan politie en het Openbaar Ministerie, zodat men op de hoogte is van mogelijkerwijs nieuwe technieken en deze tijdig kan onderkennen.
De typologie werkgroep heeft het onderzoek naar terrorismefinanciering afgerond. Het rapport stelt vast dat de financiële sector een duidelijke behoefte heeft aan een beter begrip van terrorisme financiering en gerichte informatie die gebruikt kan worden om potentiële activiteit van terrorisme financiering te identificeren. Landen wordt daarom sterk aangeraden om te onderzoeken in hoeverre ‘counter-terrorist information’ zoals hoog risico locaties, hoog risico activiteiten en betrokken individuen kunnen worden meegenomen in de procedures en risicomodellen van financiële instellingen. Daarnaast wordt het grote belang van ‘financial intelligence’ benadrukt en wordt landen aangeraden om ‘financial investigation’ standaard onderdeel te laten zijn van alle ‘counter terrorist’ onderzoeken.
Daarnaast wil de typologie werkgroep de functie van de FATF versterken om de trendmatige risico’s op het terrein van witwassen en terrorismefinanciering te monitoren. Het voorstel onder de naam ‘strategische monitoring’ is gebaseerd op het versterken van risicoanalyse op nationaal niveau, het binnen de WGTYP op regelmatige basis discussiëren over strategische risico’s op nationaal niveau en het vervolgens vertalen hiervan naar strategische risico’s die een wereldwijde dekking hebben. Om de nationale risicoanalyse te versterken, wordt momenteel gewerkt aan een methodologie die door de FATF leden kan worden gebruikt. Daarnaast wordt een vragenlijst ontworpen om de discussie over strategische risico’s vorm te geven.
Verder lopen er onderzoeken naar de financiering van proliferatie netwerken en de risico’s voor witwassen en terrorismefinanciering bij gebruik van internet. Nederland levert een actieve bijdrage in alle bovengenoemde projecten.
Zoals al eerder beschreven is er besloten om de dialoog met de private sector te versterken door voor alle daarvoor geëigende lopende en toekomstige projecten de private sector te consulteren. Dit kan variëren van het betrekken van consultants, beleggen van bijeenkomsten tussen het projectteam en vertegenwoordigers van de private sector en/of het voorleggen van conceptrapporten voor commentaar.
Werkgroep inzake Evaluaties en Implementaties
De werkgroep heeft gediscussieerd over het Nederlands - Britse guidance paper voor geleidelijke implementatie van de 40 + 9 aanbevelingen voor ontwikkelingslanden. Het paper is zowel door de werkgroep als door de plenaire vergadering aangenomen. De guidance in de fase vóór de evaluatie richt zich op een effectieve voorbereiding van de evaluatie door middel van een inventarisatie van de risico’s in dat specifieke land voor witwassen en terrorismefinanciering en geeft gerichte aanbevelingen hoe landen zich op de evaluaties moeten voorbereiden. De guidance in de fase ná de evaluatie richt zich op een geï ntegreerde vervolgaanpak van de evaluatie. Dit bestaat uit een stappenplan voor het land zelf en het onder de aandacht brengen van de uitkomsten van de evaluatie aan donoren, zodat gericht technische assistentie kan worden aangeboden. Het onderwerp zal permanent op de agenda van de werkgroep blijven staan, zodat de informatie uitwisseling en voortgangbespreking gewaarborgd blijven. De volgende voorzitter van de FATF, Brazilië, heeft aangegeven dit project actief te blijven stimuleren onder hun voorzitterschap.
De voortgang van het project naar de risicogeoriënteerde benadering voor de juridische beroepsgroepen in de strijd tegen witwassen en terrorismefinanciering is besproken. Daarnaast wordt gedacht aan het starten van dergelijke projecten voor de verzekeringssector en de money service businesses.
Naar aanleiding van de door de private sector gedane voorstellen in het Consultatie forum is een keuze gemaakt welke onderwerpen de FATF zal onderzoeken. In samenwerking met de private sector wordt gekeken naar dienstverlening aan een cliënt op basis van introductie.
Daarnaast werd aandacht gevraagd voor de rol van het Internationaal Monetair Fonds. Zij zijn een observer bij de FATF en spelen een belangrijke rol in het doen van evaluaties ondere andere bij niet- FATF leden. Voorts biedt het IMF een belangrijke bijdrage aan het verbeteren van de kwaliteit van de wetgeving ter voorkoming van witwassen en terrorismefinanciering ter wereld door het bieden van technische assistentie op dit gebied. Het ziet ernaar uit dat het IMF deze rol niet langer kan waarmaken vanwege een reorganisatie en een bezuinigingsronde. Door alle FATF leden is grote zorg uitgesproken, mocht de rol van het IMF in dit opzicht verminderen. De bezuiniging zou niet disproportioneel de Integriteitsafdeling bij het IMF mogen raken. Afgesproken is dat de huidige president van de FATF het IMF bestuur op de hoogte zal brengen van de zorgen van de FATF leden over het sterk verminderen van de rol van het IMF.
Werkgroep inzake beleid Witwassen en Terrorismefinanciering
In vervolg op de vergadering van vorige keer is het optie paper besproken waarin twee beleidskeuzes zijn voorgelegd voor het voorkomen van witwassen via handelsstromen. De eerste optie was een nieuwe aanbeveling in de methodologie van de FATF. De aanbeveling zal dan volledig gericht zijn op voorkoming van trade based money laundering. De tweede mogelijkheid is dat deze principes worden verwerkt binnen de structuur van de bestaande aanbevelingen. Omdat tijdens de werkgroep vergadering bleek dat er over het onderwerp en de uitwerking ervan nog veel vragen bestonden, is besloten dat er eerst een best practices paper zal worden voorbereid. In juni zal wederom over vervolg in de vorm van nieuw beleid worden gesproken. Het Nederlandse standpunt in deze blijft dat in eerste instantie bestaande instrumenten moeten worden geoptimaliseerd door middel van training en het vergroten van het bewustzijn van mogelijk misbruik. Wanneer echter uit het best practices paper zou blijken dat de bestaande aanbevelingen onvoldoende mogelijkheden bieden om op een effectieve manier trade based money laundering te voorkomen, dan is de formulering van een nieuwe aanbeveling toch wenselijk.
Naar aanleiding van een verzoek van de Europese Commissie is besloten dat voor de interpretatie van de Speciale Aanbeveling VII ten aanzien van het meezenden van informatie bij wire transfers tussen EU landen onderling kan worden beschouwd als domestic transfers vanwege het intra communautaire karakter van de Europese Unie.
Een dergelijke interpretatievraag doet zich ook voor bij Speciale Aanbeveling IX over het controleren van geldkoeriers aan de grenzen. Deze vraag wordt behandeld op de volgende plenaire vergadering half juni aanstaande.
Volgende plenaire vergadering
De volgende plenaire vergadering zal plaatsvinden in Londen half juni 2008.
Op de website van de FATF kunnen de laatste ontwikkelingen worden gevolgd, kan de ontstaansgeschiedenis van de FATF worden nagelezen en treft men achtergrondinformatie aan over witwassen. Daarnaast zijn de verschillende evaluatie- en typologierapporten er te vinden, alsmede jaarverslagen, persberichten, links naar andere sites en vanzelfsprekend een overzicht van de 40 aanbevelingen tegen witwassen en de 9 speciale aanbevelingen tegen de financiering van terrorisme. Ook de Nederlandse vertaling van de 40 aanbevelingen is op de website te vinden. Het adres van de FATF website is: http://www.fatf-gafi.org.
De minister van Financiën,
Wouter Bos
Annex
Lid van de FATF zijn: Argentinië, Australië, België, Brazilië, Canada, Denmarken, Duitsland, de Europese Commissie, Finland, Frankrijk, Griekenland, de Gulf Co-operation Council, Hong Kong-China, Ierland, Italië, IJsland, Japan, Luxemburg, Mexico, het Koninkrijk der Nederlanden (Nederland, Nederlandse Antillen en Aruba), Nieuw Zeeland, Noorwegen, Oostenrijk, Portugal, de Russische Federatie, Singapore, Spanje, Turkije, het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten, Zuid-Afrika, Zweden en Zwitserland. De Volkrepubliek China is waarnemend lid.