Speech voor het jaarcongres “Sport en fiscaliteit in beweging” op 7 juni 2007
Speech staatssecretaris uitgesproken op het congres van de Nederlandse Orde van Belastingadvieseurs op 7 juni 2007 te Zeist.
Dames en heren,
Allereerst zou ik de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs willen bedanken voor de eervolle uitnodiging om het jaarcongres “Sport en fiscaliteit in beweging” te mogen inleiden.
U heeft een interessant programma vanmiddag. De combinatie sport en fiscaliteit is een boeiend thema. Ik heb gezien dat de orde verschillende experts als inleider voor de workshops heeft gevonden. De aan de sport verbonden fiscale aspecten zullen dan ook vast en zeker voldoende worden belicht. Ik ben dan ook benieuwd naar de uitkomsten van deze dag.
Ik heb van de orde de vrijheid gekregen om zelf het onderwerp voor deze inleiding te kiezen en in te gaan op actueel kabinetsbeleid. Ik wil van deze gelegenheid gebruik maken om twee van mijn speerpunten voor de komende tijd nader toe te lichten, te weten vergroening en vereenvoudiging.
Wat betreft vergroening heb ik eigenlijk een grote wens. Ik zou het mooi vinden als echt iedereen zich bewust wordt van het belang van het milieu en duurzaamheid. Het kiezen voor een duurzaam of milieuvriendelijk product zou een logische keuze moeten zijn. Ik wil vanuit mijn eigen specifieke verantwoordelijkheid daaraan een steentje bijdragen.
Wat betreft vereenvoudiging doel ik met name op nieuwe wegen om de samenwerking tussen belastingplichtige en de belastingdienst te verbeteren. Daarin is een belangrijke rol weggelegd voor de intermediair, de belastingadviseur. De voorzitter wees daar al op in zijn inleiding. Maar ook ICT is in het proces zeer belangrijk. Mijn streven is om een win-win-situatie te creëren voor zowel de belastingplichtige als de belastingdienst.
Deze speerpunten komen voor mij niet zomaar uit de lucht vallen. Zij liggen mij ook na aan het hart. Dat heeft uiteraard ook te maken met mijn achtergrond als ondernemer. Ik heb de overstap naar de politiek gemaakt juist omdat ik van mening ben dat ik op dit punt een onderscheid kan maken.
Vergroening
Het klimaatbeleid staat wereldwijd bovenaan de politieke agenda. De voormalige vice-president van de Verenigde Staten Al Gore is op dit moment bijna beroemder dan in zijn tijd als vice-president. Dit dank zij zijn documentaire over de gevaren van de veranderingen in het klimaat. Het huidige kabinet ziet het klimaatbeleid als een van de pijlers onder zijn beleid. We hebben ons ten doel gesteld om in 2020 in Nederland één van de duurzaamste en efficiëntste energievoorzieningen van Europa te hebben. Zo moet de uitstoot van broeikasgassen in 2020 met 30% dalen ten opzichte van 1990.
Om dat te bereiken wordt een breed scala aan maatregelen voorzien. Ook de belastingen kunnen daarbij een rol spelen. Naast uiteraard allerlei andere maatregelen. Zoals bepaalde dingen verplichten of verbieden. Fiscale prikkels kunnen één-op-één van invloed zijn bij de keuze van de consument op het moment van aankoop.
Het is goed als de prijs van de milieu-effecten als het ware geïnternaliseerd is in de kostprijs. Dat werkt niet marktverstorend maar levert juist een efficiënter werkende markt. Een van mijn voornemens wat betreft de vergroening heeft vorige week nog uitvoerig de pers gehaald en ook heel wat reacties los gemaakt. Ik doel daarmee op de voorstellen betreffende de autobelastingen en in het bijzonder de verdergaande stimulering van de zuiniger auto.
Ik heb persoonlijk altijd veel belang gehecht aan een effectief milieubeleid. Zo heb ik als ondernemer er naar gestreefd dat mijn medewerkers als auto van de zaak de keuze lieten vallen op een hybride auto (uiteraard moet je op zo’n moment zelf wel het goede voorbeeld geven). De hybride auto is op dit moment de meest schone auto die op de markt verkrijgbaar is. Ik weet dat velen van u ook gebruik maken van een auto van de zaak. Als ik over enige jaren wellicht weer een keer in de gelegenheid ben uw orde toe te spreken, hoop ik dat een groot deel van u in een hybride auto zal rijden.
Hoe kan ik u helpen bij die keuze?
Het coalitieakkoord stelt dat de BPM (de aanschafbelasting op auto’s) verder m oet worden gedifferentieerd op schoon en zuinig en dat deze differentiatie moet leiden tot een opbrengst van € 150 mln.
Mijn streven is om dat te doen op een manier die ik als meest publieksvriendelijk zou willen bestempelen door verreweg het grootste deel van deze € 150 mln te halen bij de meest onzuinige auto’s. Het huidige bonus/malus systeem in de BPM leidt tot een verschil in belasting tussen de meest zuinige en meest onzuinige auto van € 1500. Ik wil deze stimulering versterken door zowel de bonus als de malus te verhogen. Daarnaast wil ik voor de meest onzuinige auto’s, en dan praat ik echt over de grootverbruikers, een extra heffing invoeren op basis van de CO2-uitstoot (brandstofverbruik). Ook streef ik ernaar om voor de energiezuinige auto van de zaak de fiscale bijtelling te verlagen. Deze bijtelling is nu 22% maar zal voor de meest zuinige auto’s worden verlaagd tot mogelijk zelfs 12%.
Twee andere vergroeningsmaatregelen die ik hier zou willen noemen hebben betrekking op de introductie van twee nieuwe belastingen. Het gaat om een belasting op het vliegverkeer en een belasting op verpakkingsmiddelen. Op dit moment wordt hard gewerkt aan de vormgeving van deze nieuwe belastingen. Voor dit moment, en in dit gezelschap, is het wellicht van belang te vermelden dat waar mogelijk zal worden aangesloten bij bestaande systemen en dat het aantal belastingplichtigen zoveel mogelijk wordt beperkt. Dit vanuit het belang van eenvoud en een minimale toename aan administratieve lasten.
Vereenvoudiging
Dames en heren, Dit brengt mij op het andere speerpunt dat ik vandaag aan de orde wil stellen, namelijk vereenvoudiging. Vanuit mijn eigen ervaringen als ondernemer heeft dit onderwerp altijd al mijn grote belangstelling gehad. Ik was dan ook verheugd dat het kabinet vereenvoudiging en verlaging administratieve lastendruk voor de burger en het bedrijfsleven tot een van haar speerpunten heeft benoemd. Maar als staatssecretaris heb ik ook ingezien dat er ook voor de Belastingdienst een dringende noodzaak is voor vereenvoudiging, met name op het gebied van uitvoeringsprocessen.
Van een dergelijke vereenvoudiging van de uitvoeringsprocessen gaan zowel de belastingplichtigen als de organisatie zelf profiteren. Voor u als belastingplichtige betekent dit dat u steeds minder van de Belastingdienst zult merken. Als u te goeder trouw bent tenminste. Een goed voorbeeld van deze samenhang is de vooraf ingevulde aangifte inkomstenbelasting waar de Belastingdienst volgend jaar mee start. Nu moet u zelf nog de gegevens invullen waarvan u weet dat de belastingdienst deze al bezit of kan bezitten. Voorlopig gaan we uw loon en de WOZ-waarde van uw huis voor u invullen. Maar in de jaren daarna zal de aangifte steeds verder vooraf worden ingevuld. De burger wordt hiermee verlost van het aanleveren van gegevens die toch al bekend zijn bij de overheid. Dit betekent niet dat er straks voor u als belangadviseur minder werk is. Wij bieden u als beroepsgroep de mogelijkheid om u te richten op uw kerntaak, namelijk het adviseren van de belastingplichtige. Hiervoor krijgt u meer tijd omdat u zich hopelijk minder hoeft bezig te houden met allerlei administratieve handelingen.
De basis voor de vooraf ingevulde aangifte wordt gevormd door de gegevens die de Belastingdienst betrekt van overheidsbrede basisregistraties en van trusted partijen. Mede hierdoor verandert de relatie tussen Belastingdienst en burger ingrijpend. De relatie wordt horizontaler. De Belastingdienst laat zien welke gegevens hij van de belastingplichtige heeft. De belastingplichtige hoeft de gegevens nog slechts te valideren en waar nodig aan te vullen.
De Belastingdienst wil de relatie met de burger en bedrijven waar mogelijk anders inrichten. Te vaak bleken de inspecteur en de belastingplichtige niet ‘on speaking terms’ te zijn. Ze vertrouwden elkaar niet. Dat willen we doorbreken. We willen op basis van vertrouwen samenwerken met het bedrijfsleven en hun adviseurs. Dat in ieder geval de grote bedrijven positief staat tegenover deze manier van werken blijkt uit de evaluatie van een pilot die wij hebben gehouden. In dit proces speelt de orde een belangrijke rol. De voorzitter gaf dat in zijn inleiding ook al aan. Adviseurs hebben in mijn ogen zelfs een sleutelpositie. De leden van de NOB kunnen vanuit hun rol en vanuit hun eigen verantwoordelijkheid als onafhankelijk adviseur de bedrijven die zij adviseren en bijstaan ervan overtuigen dat wederzijds vertrouwen van onschatbare waarde en dat daardoor voor beide partijen een win-win-situatie kan worden bereikt. Bedrijven moeten worden overtuigd van hun belang bij een goede relatie met de belastingdienst. Zoals gezegd: vereenvoudigen hoeft zeker niet te betekenen dat er voor de belastingadviseur minder werk overblijft, er zal wel een accentverschuiving optreden in het werk.
Er ligt ook een duidelijke rol voor de politiek, dat wil ik er direct bij zeggen. Ook bij ons moet het een en ander veranderen. Vereenvoudiging heeft alleen kans van slagen als we niet alleen naar de uitvoeringskant kijken, maar ook naar de voorkant. Naar de wet- en regelgeving. Als politici zijn we nu eenmaal goed in het bedenken van heel gecompliceerde regelingen omdat we het liefst voor elke burger maatwerk zouden willen leveren. We moeten leren ons zelf in dat opzicht meer beperkingen op te leggen. We zullen moeten erkennen dat we niet alles kunnen automatiseren. Daar waar we te ver zijn doorgeschoten zal ik mij sterk maken voor stevige vereenvoudiging van de wet- en regelgeving.
Dames en heren, ik kom hiermee aan het einde van mijn inleiding. Ik wil nogmaals de orde dank zeggen voor de uitnodiging. Ik wil de orde ook bedanken voor de ruimte die zij mij heeft gegeven om in mijn inleiding mijn specifieke wensen en speerpunten voor de komende tijd naar voren te brengen.
Ik wil iedereen een vruchtbare en vooral plezierige dag toewensen. Ik ga ervan uit dat uit dit gezelschap een aantal ideeën komt die de relatie of samenhang tussen de fiscus en de sport kan verbeteren of vereenvoudigen. Mijn deur staat altijd open om deze ideeën – maar ook de ideeën rond mijn speerpunten – nader met u te bespreken en zo mogelijk uit te werken.
Ik dank u voor uw aandacht.