Antwoorden op Kamervragen van de leden Wilders en Brinkman (PVV) over het radicalisme van een islamdocent

Antwoorden op vragen van de leden Wilders en Brinkman (beiden PVV) aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het radicalisme van een Islamdocent.

Vraag 1

Bent u bekend met het artikel ‘Bijbel verbranden juist uit respect’? (De Pers, 16 april 2008)

Antwoord 1

Ja

Vraag 2

Deelt u de mening dat Islamdocenten, die studenten onderwijzen dat ze ongelovigen moeten haten en dat ze in hun hart zelfs mensen mogen haten die de Islam aanvallen, direct het land uit moeten worden gezet? Zo ja, wanneer gaat de uitzetting van de heer Salaam plaats vinden?

Antwoord 2

Ik deel die mening niet. Voor zover sprake mocht zijn van een islamdocent van niet-Nederlandse nationaliteit die opgrond van de Vreemdelingenwet 2000 rechtmatig in Nederland verblijft, is het volgende van belang. Het verblijf van vreemdelingen die rechtmatig in Nederland verblijven, kan worden beëindigd om redenen van openbare orde of nationale veiligheid. De ernst van de inbreuk op de openbare orde wordt beoordeeld aan de hand van de strafmaat. Uitingen waarmee zuiver wordt beoogd haat te zaaien of op te roepen tot geweld, ongeacht door wie deze gedaan worden, vallen onder de reikwijdte van het Wetboek van Strafrecht en kunnen aanleiding geven tot vervolging. Of sprake is van overtreding van de strafwet, is ter eventuele beoordeling aan het openbaar ministerie en uiteindelijk de rechter. Voor de beoordeling of in dit specifieke geval sprake is van strafbaar handelen verwijs ik naar het antwoord op vraag 4 van de kamervragen die het lid Van Toorenburg (CDA), in aanvulling op uw vragen, heeft gesteld aan de ministers van Justitie, van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en voor Wonen, Wijken en Integratie over het Islamitisch Instituut voor Opvoeding en Educatie. Om te kunnen spreken van gevaar voor de nationale veiligheid is geen strafrechtelijke veroordeling vereist. Wel dienen er concrete aanwijzingen te zijn dat de vreemdeling een gevaar vormt voor de nationale veiligheid. Personen met een Nederlandse nationaliteit kunnen niet worden uitgezet.

Vraag 3

Bent u op de hoogte dat de AIVD zich al langere tijd zorgen maakt over de radicale Salaam? Zo ja, zijn er uitkomsten van AIVD-onderzoek bij u bekend? Zo ja, wat zijn die uitkomsten?

Antwoord 3

Ja. De AIVD doet reeds langere tijd onderzoek naar het salafisme, een orthodoxe stroming binnen de Islam. De AIVD heeft verscheidene keren gerapporteerd over de dreiging van de betreffende stroming voor de democratische rechtsorde, bijvoorbeeld recentelijk in de publicatie 'De radicale dawa in verandering. De opkomst van een islamitisch neoradicalisme'.

Vraag 4

Wat bent u voornemens te doen om te voorkomen dat deze docenten van haat hun vernietigende werk kunnen doen?

Antwoord 4

Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik u naar het antwoord op de vragen 2,3 en 4 van de kamervragen die het lid Van Toorenburg (CDA), in aanvulling op uw vragen, heeft gesteld aan de ministers van Justitie, van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en voor Wonen, Wijken en Integratie over het Islamitisch Instituut voor Opvoeding en Educatie.