Vernieuwing rijksdienst komt op gang
De uitvoering van de plannen voor een kleinere en betere rijksoverheid verloopt over het algemeen naar wens. Vooral op het gebied van bedrijfsvoering en ondersteuning komt een betere samenwerking snel van de grond. Bij de uitvoeringsorganisaties is er sprake van veel innovatie. Uit klanttevredenheidsonderzoeken blijkt ook dat uitvoeringsorganisaties over het algemeen heel behoorlijk scoren. Op het gebied van beleidsontwikkeling zijn er verbeteringen, bijvoorbeeld door meer te werken in programma's en projecten, maar daar ligt de verkokering nog steeds op de loer.
In 2007 (dat nog geen afslankingsjaar was) is het personeelsbestand van het Rijk weliswaar licht gegroeid, maar die groei was grotendeels voorzien en zat vooral in de uitvoerende functies. In het beleidsdeel is sprake van een daling. Dat zijn de hoofdlijnen van de eerste Voortgangsrapportage van het Programma Vernieuwing Rijksdienst, die het kabinet heeft vastgesteld. Minister Ter Horst van Binnenlandse zaken en Koninkrijksrelaties zal de rapportage naar de Eerste en Tweede Kamer sturen. Ook heeft het kabinet besluiten genomen over extra investeringen voor een kleinere en betere Rijksdienst; in het coalitieakkoord was daarvoor 500 miljoen euro gereserveerd (2008-2011).
Vooral op het gebied van bedrijfsvoering worden goede vorderingen gemaakt. Het Directoraat Generaal Organisatie Bedrijfsvoering Rijk is opgericht, de DG is benoemd en de verdere bemensing daarvan is in volle gang. Dit DG stelt kaders voor onder meer personeel en organisatie, ICT, inkoop en huisvesting. Er wordt gewerkt aan de zogenaamde rijkswerkplek, de standaard voor het kantoor met toebehoren van de rijksambtenaar. In de Werkmaatschappij, een shared service organisatie voor het rijk, zijn inmiddels veel rijksbrede diensten ondergebracht. Het gaat bijvoorbeeld om Expertisecentra op het gebied van arbeidsrecht, gezondheid en bedrijfsmaatschappelijk werk, een detacherings- en uitzendbureau en post- en koeriersdiensten. Op het gebied van communicatie, audit, juridische en financiële functie lopen ambitieuze projecten die binnenkort resultaten opleveren. Voorbeelden daarvan zijn het nieuwe Rijkslogo en de oprichting van één Rijksauditdienst.
De beleidssector is weliswaar kwantitatief maar een klein deel van de rijksdienst, maar wel een belangrijk en beeldbepalend deel. Er is sprake van een aantal verbeteringen, bijvoorbeeld door meer te werken met (al dan niet interdepartementale) projecten en programma's. Tegelijkertijd is het nodig kritisch te blijven als het gaat om te arbeidsintensieve coördinatie en ambtelijke en bestuurlijke drukte. De verkokering ligt vooral in het domein van de beleidsontwikkeling bovendien nog steeds op de loer. Het aantal wetsontwerpen dat jarenlang op een stabiel - en hoog - niveau heeft gelegen, heeft de neiging te dalen. Dat kan duiden op minder beleidsdrukte en minder regelgeving. De herziening van de adviesfunctie loopt vertraging op omdat de Eerste en Tweede Kamer daarover eerst een uitgebreide notitie willen ontvangen.
In de hoek van de inspecties is eveneens sprake van gemengde ontwikkelingen. Om de voornemens uit de nota te realiseren is een Programma Vernieuwing Toezicht opgesteld dat door de Tweede Kamer goed is ontvangen en dat de basis biedt voor een geheel nieuwe wijze van inspecteren: beter met minder mensen. Bij een aantal specifieke inspecties bestaat druk om de omvang te laten toenemen, een groei die haaks staat op de voornemens in het programma en overigens ook haaks staat op eerder door de Tweede Kamer aangenomen moties.
Wat het kwantitatieve beeld betreft is te zien dat een aantal uitvoerende diensten bij het Rijk in 2007 is gegroeid, terwijl de beleidsonderdelen (en enkele uitvoeringsdiensten) van de ministeries in omvang afnamen. De groei vindt vooral plaats op de plekken waar de rijksdienst ook mocht groeien, namelijk de Belastingdienst, de Dienst Justitiële Inrichtingen, de KLPD en de AIVD. De groei van de staf/ondersteuning verdient, gezien het feit dat op deze kolom de grootste taakstelling rust, aandacht. Er was rekening gehouden met een omvang van de rijksdienst van 180.008 fte. Dit is de feitelijke bezetting ultimo 2006 en de toegestane vacatureruimte ( te weten 5.418 fte). De feitelijke bezetting ultimo 2007 bedroeg 175.541 fte. Dat is weliswaar iets meer dan het jaar daarvoor, maar dus aanzienlijk minder dan de toegestane omvang van in totaal 180.008 fte. Conclusie is dan ook dat op hoofdlijnen sprake is van een ontwikkeling volgens plan.
Van de in het coalitieakkoord gereserveerde 500 miljoen euro (2008-2011) is 120 miljoen euro gereserveerd voor de uitvoering van een sociaal beleidskader. Na toevoeging van een extra bedrag resteert een bedrag van 418 miljoen euro voor investeringen in innovatieve projecten die bijdragen aan een kleinere en betere overheid en zonder extra financiering niet van de grond zouden komen. Dit bedrag is verdeeld in twee tranches, waarvan de eerste nu wordt toegekend; de tweede start in het voorjaar van 2009. Tot nu toe is voor een vijftal projecten een bijdrage toegekend (bij elkaar voor bijna 50 miljoen euro). Bijna de helft van dat bedrag is bestemd voor ondersteuning bij samenwerking tussen de inspecties, zoals het creëren van één inspectieloket; dit moet leiden tot lastenvermindering voor bedrijven. 12 miljoen euro gaat naar de vorming van de gemeenschappelijke auditdienst. Kleinere bedragen worden uitgetrokken voor onder meer de rijkspas en invoering het rijksbrede logo/huisstijl.