Kabinet geeft gas op weg naar invoering kilometerprijs
Vandaag heeft de Ministerraad een besluit genomen over de budgettaire aspecten van invoering van Anders Betalen voor Mobiliteit. Daarmee ligt de weg vrij naar de stelselherziening, waarmee de bereikbaarheid en het milieu in Nederland zijn gediend en een eerlijker systeem van betalen naar gebruik wordt ingevoerd. De BPM, de aanschafbelasting voor auto’s, en de motorrijtuigenbelasting (MRB) worden afgeschaft. Automobilisten gaan vanaf 2012 betalen per gereden kilometer.
Zodra een voertuig overgaat naar het systeem van kilometerprijs vervalt voor dat voertuig de motorrijtuigenbelasting en de daaraan gekoppelde provinciale opcenten. De aanschafbelasting wordt geleidelijk afgebouwd tot nul in 2018. Tijdens de afbouw wordt, zoals gebruikelijk bij de Grote Projecten, geregeld de vinger aan de pols gehouden om vast te stellen of er zich geen onvoorziene effecten voordoen. Daarbij wordt gelet op het behoud van het maatschappelijk draagvlak, het aankoopgedrag, de milieueffecten, algehele welvaartseffecten en de effecten op de schatkist. De investeringskosten van de kilometerheffing worden volledig gefinancierd uit de begroting van VenW, het Infrastructuurfonds en het FES. De exploitatiekosten worden gemaximeerd op 5 procent van de opbrengst. Deze exploitatiekosten worden verwerkt in het tarief van de kilometerprijs.
Het kabinet heeft besloten om de derving die voor de schatkist optreedt als gevolg van de invoering van de kilometerprijs – minder opbrengsten van de kilometerprijs zelf en accijnzen door een afname van het aantal voertuigkilometers - niet te versleutelen in de kilometerprijs. De automobilist gaat in de structurele situatie minder bijdragen aan de schatkist via autobelastingen. De opbrengst van de bestaande BPM en MRB (inclusief de opcenten) wordt versleuteld in het kilometertarief, hetgeen maximale invulling betekent van het principe van eerlijk betalen. Omdat de provinciale opcenten vervallen, wordt in overleg met het InterProvinciaal Overleg (IPO) gezocht naar een nieuwe belastinggrondslag, die nauw aansluit bij het provinciale takenpakket. Dit zal terugkomen in een onderzoek dat uiterlijk in 2010 zal zijn afgerond. Het kabinet wil thans niet vooruitlopen op dit onderzoek, met dien verstande dat thans al wel kan worden gezegd dat een eventuele nieuwe belasting niet zijn grondslag kan vinden in de automobiliteit.