Prestaties Nederlandse politie omhoog
De Nederlandse politie heeft vorig jaar 251.591 verdachten bij het openbaar ministerie aangeleverd, ruim 8.500 meer dan in 2006. De stijging zit ‘m vooral in verdachten van vernielingen, aantasting van de openbare orde, geweld tegen personen en verkeersmisdrijven. Wel is het aantal verdachten zo’n 4.000 minder dan was afgesproken, maar dat komt doordat er in 2005 een daling was die nog niet helemaal is ingehaald.
Het publiek is in de meeste gevallen tevreden over het contact met de politie. Ook beoordeelt het publiek de beschikbaarheid van de politie beter dan was afgesproken. De telefonische bereikbaarheid van het nummer 0900-8844 laat te wensen over: slechts 12 van de 26 korpsen slagen erin om 80 procent van de telefoontjes binnen 20 seconden aan te nemen. Wel is het publiek tevreden over de kwaliteit van de telefonische dienstverlening. Bij telefoontjes naar het alarmnummer 1-1-2 halen bijna alle korpsen de nieuwe, verhoogde norm om 90 procent van de oproepen binnen 10 seconden aan te nemen.
Dat blijkt uit het Jaarverslag Nederlandse Politie over 2007, dat de ministers Ter Horst (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) en Hirsch Ballin (Justitie) naar de Tweede Kamer hebben gestuurd. In het jaarverslag staat welke bijdrage de politie, samen met het openbaar ministerie, gemeenten en maatschappelijke organisaties, heeft geleverd aan het verminderen van criminaliteit en overlast. Het kabinet streeft naar een vermindering met 25 procent in 2010 vergeleken met 2002.
Een greep uit het jaarverslag:
- De politie is in 2007 gegroeid met 765 mensen naar 52.002 mensen (omgerekend naar voltijdfuncties, en het werk van de aspiranten niet meegerekend). De doelstelling voor 2010 van 52.500 mensen komt duidelijk in zicht. Als gevolg van extra geld van het vorige en het huidige kabinet zal de politie nog verder groeien naar ongeveer 55.000 mensen in 2014;
- Het aantal allochtonen bij de politie is licht gestegen van 6,4 naar 6,5 procent. Het aantal vrouwen is licht gestegen naar 33,6 procent;
- Het aantal overtredingen van de Arbeidstijdenwet door de politie zelf is met ongeveer 30 procent afgenomen (van afgerond 585.000 naar 412.000). Afgesproken was een daling van 40 procent;
- De politie heeft verschillende maatregelen genomen om de opsporing en de vervolging te versterken: professionalisering van de Teams Grootschalige Opsporing, herbeoordeling van onderzoeken die nog niet voor de rechter zijn gebracht door deskundigen van buiten en het organiseren van tegenspraak;
- Voor de politie zijn landelijke prioriteiten vastgesteld: geweld, veilige wijken, jeugdcriminaliteit, risicojeugd en versterking van de opsporing. Deze landelijke prioriteiten zijn per korps vertaald naar of aangevuld met regionale doelstellingen.