Antwoorden op kamervragen van Wolbert over signalen dat de AWBZ gefinancierde zorg aan huis vastloopt

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

DLZ-K-U-2842913

16 mei 2008

Antwoorden van staatssecretaris Bussemaker op kamervragen van het Kamerlid Wolbert over signalen dat de AWBZ gefinancierde zorg aan huis vastloopt 2070816400.

Vraag 1
Bent u op de hoogte van het signaal dat de financiering van de AWBZ gefinancierde zorg aan huis niet goed lijkt te verlopen?

Antwoord 1
Ja.

Vraag 2
Is het waar dat cliënten met een indicatie “verblijf” een zorgzwaartepakket (ZZP) toegekend krijgen in plaats van thuiszorguren?

Antwoord 2
Ja, sinds 1 juli 2007 indiceert het CIZ cliënten die op grond van hun zorgbehoefte in aanmerking komen voor de functie verblijf in de vorm van een zorgzwaartepakket. Dit zorgzwaartepakket wordt niet geformuleerd in functies en uren maar vastgesteld in termen van een cliëntprofiel, waarbij diverse zorgfuncties in een bepaalde mix en een gemiddelde totale tijdbesteding wordt bepaald (het zorgzwaartepakket: ZZP). Daarbij wordt er vanuit gegaan dat dit pakket in een intramurale setting geleverd moet kunnen worden.

Vraag 3
Is de vergoeding voor ZZP’s lager dan het oude thuiszorgbudget? Zo ja, waarop is dat gebaseerd?

Antwoord 3
In algemene zin niet. In overgangssituaties en specifieke gevallen kan dit voorkomen.
De criteria om wel of geen verblijf te indiceren volgen uit de Beleidsregels indicatiestelling AWBZ. Bepalend is of de zorgvraag zodanig is dat deze noodzakelijkerwijs moet worden geboden in een beschermde woonomgeving, therapeutisch leefklimaat dan wel in een omgeving waar permanent toezicht is geborgd. Daarbij wordt ook in aanmerking genomen wat de mantelzorg in de thuissituatie nog kan bieden. De zorgvraag is dus leidend bij de indicatiestelling en niet de kosten. Als een beschermde woonomgeving wordt geïndiceerd wordt de indicatie voor de zorg uitgedrukt in een ZZP. De prijs van het ZZP is leidend voor de hoeveelheid zorg die geboden kan worden intramuraal of thuis in de vorm van het volledig pakket thuis.
Het is mijn verantwoordelijkheid om goede zorg mogelijk te maken, maar het is ook mijn verantwoordelijkheid dat die zorg rechtmatig en doelmatig wordt geleverd.
In artikel 2 lid 2 Besluit zorgaanspraken AWBZ wordt bepaald dat er alleen aanspraak op de AWBZ bestaat als de verzekerde daar “uit het oogpunt van doelmatige zorgverlening” op is aangewezen.
Het CVZ geeft hier nadere invulling aan: “doelmatige zorgverlening betekent onder meer dat als een verzekerde is aangewezen op verblijf maar thuis wenst te blijven, hij in de thuissituatie zorg kan ontvangen tot het kostenniveau dat bij verblijf in een instelling aan de orde zou zijn. De verzekerde zal dan zelf in de rest van de zorgvraag moeten voorzien, hetzij door mantelzorg, hetzij door zelf zog in te kopen.”

Vraag 4
Gaat u er in de financiering vanuit dat het goedkoper kan, omdat er bijvoorbeeld zorgonderdelen uit de Zorgverzekeringswet of de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) betaald moeten worden? Zo ja, waarom geldt dat dan niet voor ZZP’s?

Vraag 5
Wat is het beleid als de aanvullende zorgonderdelen niet worden betaald door de gemeente, of zelfs niet worden geïndiceerd?

Antwoord 4 en 5
Als sprake is van indicatie inclusief de indicatie voor verblijf wordt deze als een ZZP geformuleerd. Een cliënt die ervoor kiest om met een ZZP thuis te blijven wonen kan aanspraak maken op het volledig pakket thuis (VPT). Het VPT omvat alle zorgfuncties en de noodzakelijke verblijfsfuncties. Deze functies worden uit de AWBZ betaald, inclusief de huishoudelijke zorg.

Het VPT bevat geen medische basiszorg, geen geneesmiddelen en hulpmiddelen. Deze blijven, net als bij een indicatie zonder verblijf, ten laste van de Zvw. Dit komt overeen met de situatie zoals die op dit moment bestaat in verzorgingshuizen. De medische basiszorg wordt in verpleeghuizen wél uit de AWBZ vergoed. Hierdoor ontstaat een klein verschil in aanspraken op AWBZ middelen.

Als de verzekerde met een verblijfsindicatie thuis wil blijven wonen en zelf via mantelzorg of eigen middelen kan voorzien in de bescherming of beveiliging kan het zijn dat men voor deze aspecten niet is aangewezen op de AWBZ. Men krijgt dan geen indicatie voor verblijf maar een indicatie voor thuiszorg in functies en klassen. In dat geval dient de gemeente datgene te leveren waarvoor zij in het kader van de WMO verantwoordelijk zijn.

Als de cliënt een indicatie inclusief verblijf ontvangt en kiest voor intramurale opname is het mogelijk dat in de periode voor de opname ten gevolge van het ZZP het budget voor de zorg thuis afneemt. In dat geval dient het zorgkantoor te zorgen voor voldoende overbruggingszorg tot het moment van opname.

Vraag 6
Is het waar dat thuiszorgaanbieders de nieuwe cliënten met een ZZP niet meer zodanig kunnen helpen dat cliënten niet meer thuis kunnen blijven wonen, en ze dus als het ware gedwongen worden naar een verzorgings- of een verpleeghuis te gaan?

Antwoord 6
ZZP’s zijn onderdeel van een intramurale indicatie. Het huidige Volledig pakket thuis (VPT) kan alleen geleverd worden door intramurale zorgaanbieders die daarvoor een intramurale plaats onbenut laten.
Ik ben voornemens de mogelijkheden per 1 januari 2009 te verruimen. Cliënten die geïndiceerd zijn voor intramurale opname en wachten op een plaats in een instelling kunnen wel overbruggingszorg ontvangen. Over de hoeveelheid zorg die de zorgkantoren toewijzen indien de verzekerde – al dan niet vanwege overmacht – (nog) niet in de instelling is opgenomen zijn met betrokken partijen werkafspraken gemaakt. In veel gevallen voldoen deze. In andere gevallen kan de zorgtoewijzing lager zijn dan hetgeen men voorheen kreeg. Op korte termijn zal ik naar aanleiding van de signalen dat zorgkantoren daarin erg sober zouden zijn, met ZN in overleg treden.

Vraag 7
Is het volledig pakket thuis een volwaardig alternatief voor zorg in een verzorgings- of verpleeghuis?

Antwoord 7
Ja, met de prijs van het ZZP kan op een verantwoorde wijze goede zorg –het volledige pakket thuis- worden geleverd in een thuissituatie. Maar toezicht en onplanbare zorg moet daarbij wel goed kunnen worden georganiseerd. Er dient bij de zorgverlening een afweging te worden gemaakt ten aanzien van de doelmatigheid. Dit kan bijvoorbeeld inhouden dat de woning van de cliënt goed bereikbaar is en in de nabijheid van een zorginstelling of steunpunt voor zorgverlening is gelegen. Het is niet mogelijk om in íedere situatie thuis met de prijs van een ZZP goede zorg te leveren. Of het mogelijk is om goede zorg thuis veilig en doelmatig te verlenen hangt dus af van de omstandigheden van het geval en is ter beoordeling aan de zorgaanbieder.

Vraag 8
Is het waar dat er voor elke cliënt die een volledig pakket thuis gebruikt, er een bed leeg moet staan in een verpleeginstelling? Zo ja, vervalt deze “leeg-bed-eis” per 2009?

Antwoord 8
Ja, op dit moment geldt die eis. Zie verder mijn antwoord op vraag 6.

Vraag 9
Is er sprake van een ontmoedigingsbeleid door gemeenten nu de financiële tegemoetkoming voor het thuis blijven wonen wellicht achter blijft bij de verwachtingen?

Antwoord 9
Er is mij niet bekend dat gemeenten een ontmoedigingsbeleid zouden voeren om thuis te blijven wonen. Het Volledig pakket thuis en de verruiming van de mogelijkheden voor levering daarvan per 2009, vergroten de mogelijkheden voor het thuis blijven wonen van mensen met een indicatie voor verblijf.