Kamerbrief inzake reservistenzorg
Bij de plenaire behandeling van wetsvoorstel 30674 tot wijziging van de Militaire ambtenarenwet 1931 etc. in juni 2007 heeft het lid Eijsink (PvdA) gevraagd om de regelingen met betrekking tot (na)zorg voor reservisten uiteen te zetten. Bij dit wetsvoorstel werd – onder meer – de rechtspositie van de reservist geïntegreerd in die van de beroepsmilitair, zodat voor beide categorieën personeel dezelfde uitgangspunten gelden. Mijn ambtsvoorganger heeft de Kamer toegezegd een brief te zullen sturen waarin uitdrukkelijk de positie van reservisten ten aanzien van de zorg wordt vermeld. Met deze brief doe ik deze toezegging gestand. In deze brief wordt u geïnformeerd over de positie van reservisten ten aanzien van de gezondheidszorg en in het bijzonder de zorg voor, tijdens en na uitzending. Het betreft hier de positie op basis van het thans vigerende beleid, waarbij op enkele punten nog een nadere uitwerking in interne procedures geboden is. Het gaat uitdrukkelijk niet om een uitbreiding van aanspraken, zodat het geheel binnen het bestaande budgettaire kader is afgedekt.
DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE,
drs. J.G. de Vries