Toespraak van staatssecretaris A. Aboutaleb van Sociale Zaken en Werkgelegenheid tijdens de Carrièrebeurs 45+ op 21 april 2008 in de Jaarbeurs/Utrecht

Dames en heren. Ik ben erg blij dat ik hier vandaag ben. Het zag er lange tijd naar uit dat mijn agenda mij deze maandagmiddag in Den Haag zou houden.
En dat ik u via een groot scherm hier vanmiddag zou toespreken. Die boodschap was inmiddels ook al klaar voor uitzending, toen er toch nog enige ruimte in mijn agenda bleek te zijn.

Want waarom vind ik het zo belangrijk om hier te zijn?
Het is eigenlijk vrij simpel. Ik wil als staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid dat er meer mensen aan het werk gaan. Dat is een boodschap die ik overal wil uitdragen. En één van mijn belangrijkste beleidsdoelstellingen is dan ook vooral meer ouderen aan het werk te krijgen. Een beurs als deze is een prima moment om mijn boodschap nog eens uit te venten. Ik kan u overigens meedelen dat ook op mijn ministerie in de hal de posters van deze Carrièrebeurs hangen.

Ik vraag me weleens in gemoede af of iedereen er wel voldoende van doordrongen is welke grote tekorten er op de arbeidsmarkt dreigen. En hoeveel werkgevers daar nu al mee te maken. Bedrijven en hele bedrijfstakken worden geconfronteerd met een toenemende uitstroom van ouderen. Dat gaat essentiële maatschappelijke functies raken: onderwijs, zorg, veiligheid. Het lerarenprobleem met de huidige 45.000 vacatures, is nog maar een eerste symptoom.

Daarom is het zo belangrijk, en dat onderstreep ik hier ook nog maar eens, dat ook 45plussers aan de slag gaan. En dat werkgevers ze ook gericht aannemen. Deze is carrièrebeurs goed initiatief van de gemeente Utrecht om samen met het CWI en UWV en uiteraard de werkgevers vraag en aanbod bij elkaar te brengen. Om iedereen, werknemers en werkgevers te wijzen op de kansen en mogelijkheden die er zijn om elkaar te vinden. Ik hoop dat ook de workshops eerder vandaag u wat dat betreft geïnspireerd hebben. En dat het speeddaten mooie resultaten voor beide partijen oplevert.

Helaas laat de praktijk nog zien dat het aantal ouderen dat zonder werk nog hoog is en ook hun kansen om terug te keren in het arbeidsproces nog altijd kleiner zijn dan van jongere werkzoekenden. Tijdens mijn werkbezoeken kom ik regelmatig in gemeenten die niet goed weten hoe voor de groep werkzoekende 45-plussers maatwerk geboden kan worden. Ik wil die gemeenten graag helpen. Ik heb daarvoor het actieteam Talent 45-plus in het leven geroepen, dat sinds vorig jaar operationeel is. Dit actieteam, onderdeel van mijn ministerie, staat klaar voor alle partijen die zich bezighouden met re-integratie en bemiddeling van 45-plussers. Partijen zoals gemeenten en UWV. En zoals CWI, dat mede dankzij de verbeterde samenwerking tussen de uitvoerders, inmiddels ruim 30.000 45-plussers uit de kaartenbakken aan het werk geholpen.

Dames en heren, ik ben uiteraard blij dat ook steeds meer werkgevers zich inspannen om de arbeidskracht van oudere werkzoekenden en oudere werknemers te benutten. Maar, eerlijk is eerlijk, het is ook hun eigen belang. De vergrijzing heeft een dubbel effect. Ik noemde al de krapte op de arbeidsmarkt waar we allemaal mee te maken krijgen. Maar ook zal de arbeidsparticipatie structureel hoger moeten zijn om de groei vast te houden en de kosten van vergrijzing te kunnen betalen. Daarom ook hebben we ons een arbeidsparticipatie van 80% als doel gesteld, om al te ingrijpende aantasting van de oudedagsvoorziening te kunnen vermijden. En daarom vinden we het zo belangrijk ouderen te stimuleren om te werken en vooral te blijven werken.

We moeten er niet alleen voor zorgen dat er meer ouderen aan het werk gaan, we moeten ook voorkomen dat onze oudere collega's voortijdig vertrekken. Leeftijdsbewust personeelsbeleid dus. Anders is het dweilen met de kraan open.

Het klinkt zo logisch maar is nog lang geen vanzelfsprekendheid. Het feit dat er steeds minder jongeren zijn betekent dat nieuwe kennis en vaardigheden steeds trager in de arbeidsmarkt door zullen dringen. Dus zullen die kennis en vaardigheden via ouderen die al werkzaam zijn, geïntroduceerd moeten worden.

En daarbij moeten we dus af van het idee dat werknemers na hun 45ste voor werkgevers niet meer aantrekkelijk zouden zijn. En waarom? Noem alle stigma's maar op: Vaker ziek. Minder productief. Ontbrekende motivatie. Niet flexibel. En door allerlei ontziemaatregelen ook nog eens duurder en vaker afwezig. Terwijl ze juist in de praktijk loyaal, betrouwbaar en sociaalvaardig zijn. En ze zijn helemaal niet vaker ziek. Te duur? In veel CAO's bereik je snel je top, dus dat valt ook wel mee. Minder productief? Ook niet bewezen. Wel dat ouderen zich uit de markt prijzen met die zogenaamde ontziemaatregelen. En daar zal met name in de afzonderlijke CAO's over onderhandeld moeten worden.

U hoef ik niet te overtuigen. Dat is duidelijk. U bent aan het speeddaten geslagen en ik hoop vurig op mooie matches vandaag. Maar over uw hoofden zeg ik tegen de andere 45-plussers die nu nog aan de kant staan: We hebben u hard nodig op de arbeidsmarkt. En tegen de overige, hier niet aanwezige werkgevers: Realiseer hoe waardevol ouderen voor uw organisatie zijn. Heb oog voor de belangrijke kwaliteiten die zij te bieden hebben. En zie in dat het een illusie is dat u uw vacatures met uitsluitend jonge mensen kunt vervullen. U hebt de oudere werkzoekenden gewoon nodig.

De tweede ronde speeddaten gaat nu van start. Op zoek naar een goede match. En mocht u om een of andere reden daarbij nog hulp nodig hebben; er lopen een heleboel enthousiaste consulenten en bemiddelaars van de Sociale Dienst, CWI en UWV rond die u kunnen helpen.

Ik hoop op veel succesvolle bemiddelingen. Maak er wat van. Grijp uw kans. Succes!