Eerste Kamer stemt in met dertien weken verblijf in het buitenland van bijstandsgerechtigden zonder arbeidsverplichtingen
Bijstandsgerechtigden die niet hoeven te solliciteren en ook geen scholing hoeven te volgen, mogen in de toekomst dertien weken per jaar in het buitenland verblijven zonder dat zij hun uitkering verliezen. De Eerste Kamer heeft hier op voorstel van staatssecretaris Aboutaleb van Sociale Zaken en Werkgelegenheid mee ingestemd. De precieze datum waarop de wetswijziging in werking treedt wordt later bekend gemaakt.
Voorheen mocht een bijstandsgerechtigde jonger dan 57,5 die niet hoefde te solliciteren en geen scholing hoefde te volgen maximaal vier weken per jaar in het buitenland verblijven terwijl iemand ouder dan 57,5 met deze ontheffingen, dertien weken naar het buitenland mocht. De Centrale Raad van Beroep veroordeelde dit onderscheid naar leeftijd. Met dit wetsvoorstel neemt Aboutaleb het onderscheid weg door alle bijstandsgerechtigden tot 65 jaar die geen arbeidsverplichtingen hebben, een maximum van dertien weken per jaar verblijf in het buitenland toe te staan.
Bijstandsgerechtigden van 65 jaar en ouder mogen volgens het wetsvoorstel 26 weken per jaar met behoud van de bijstandsuitkering in het buitenland verblijven.
Voor bijstandsgerechtigden die wél moeten solliciteren of scholing moeten volgen, verandert er niets. Zij mogen straks, net als nu, hooguit vier weken per jaar met behoud van bijstand buiten Nederland verblijven. Bij zeer dringende redenen kan hiervan worden afgeweken.