Toespraak minister Ter Horst bij overhandiging Regionale Risicowijzer
Burgemeester Wallage, dames en heren,
Er bestaan verschillende misverstanden in het Westen over het Noorden. Die zijn al zo vaak besproken dat ik er in elk geval niets over wil zeggen.
Toch moet ik u op het gevaar wijzen van een nieuw misverstand; de indruk dat het niet pluis is in het Noorden. Ziektegolven, kernongevallen, explosies en instortingen en nog veel meer narigheid schijnen het leven van de nietsvermoedende noorderling te bedreigen. Dat zou althans de indruk kunnen zijn als je alleen de buitenkant van de risicowijzer bekijkt.
Maar zo zijn ze hier niet. Groningers zijn niet alleen koele realisten, ze zijn ook niet bang. Op een schaal die van “heel erg bang” naar “helemaal niet bang” loopt, zitten Groningers duidelijk aan de “niet bang” kant van de schaal.
Wat alleen merkwaardig was bij het onderzoek, waar dit uit naar voren kwam, dat de indruk bestond dat vrouwen iets angstiger zouden zijn dan mannen. Ik zal niet méer zeggen dan: pas op voor zo’n misverstand heren.
U hebt hier in het Noorden de Regionale Vakgroep Risicocommunicatie onder voorzitterschap van de burgemeester van Appingedam. Zij heeft onder andere onderzoek gedaan naar wat de mensen aan informatie verwachten over risico’s op calamiteiten.
Meer dan 60 procent wilde vooral een brochure en 40 procent wilde programma op radio en t.v. Het resultaat is deze Risicowijzer - waarin de vragen worden beantwoord waarop Groningers een antwoord willen - én publiciteit in samenwerking met RTV Noord.
Dames en heren, waarom moeten we over risico’s praten?
Het risicobewustzijn in Nederland is te laag. Dat blijkt uit de praktijk. Bijvoorbeeld bij het drinkwaterprobleem in Groningen, vorige maand. Vrijwel niemand had een extra voorraad in huis. Binnen een half uur was er geen drinkwater meer beschikbaar in de winkels. Ook bij de stroomstoring in Haaksbergen, in de winter van 2006, bleek dat de mensen geen noodvoorraden in huis hadden.
We mogen ons dat als overheid ook zelf aantrekken. We moeten duidelijk zijn: veiligheid is niet het domein van de overheid. Het is niet zo dat de burger daarbij aan de zijlijn staat.
De overheid kan en mag niet alle verantwoordelijkheden overnemen of zelfs proberen te dragen. Veiligheid is niet langer een onderwerp van de overheid alleen.
Samen met het bedrijfsleven en andere instellingen dragen we een verantwoordelijkheid om onze samenleving goed te laten draaien, ook tijdens rampsituaties. En dat geldt met nadruk ook voor de burger.
Ik wil dat de burger in staat is de risico's waaraan hij of zij blootgesteld wordt, te onderkennen en dat hij zich daarop goed kan voorbereiden.
Ik wil tegen de inwoners van Nederland zeggen: mensen zorg er in ieder geval voor dat u altijd in staat bent om uzelf en uw gezin voor een langere periode te redden ten tijden van nood.
Wij kunnen als overheid en hulpverleners bij grootschalige calamiteiten niet iedereen op hetzelfde moment helpen.
Maar ik doe niet alleen een appél op de burger om voor zichzelf te zorgen.
Ik roep burgers en hulpverleningsdiensten op om samen te oefenen om zo ook het risicobewustzijn en het gewenste voorbereidingsniveau te bereiken. Geen zelfredzaamheid in dit geval, maar samenredzaamheid.
Burgers en hulpverleners die samen een ramp bestrijden of bij een ernstig incident elkaar helpen. Dit gebeurt in het echt ook, dus waarom zouden we hier ook niet op oefenen?
De resultaten van de rampencampagne Denk Vooruit hebben mij aan het denken gezet. Ik zie dat mensen best bereid zijn om informatie tot zich te nemen over alles wat met omgevingsrisico's te maken heeft. Maar dat leidt nog niet tot zorgvuldig voorbereidingsgedrag. Daar is meer voor nodig dan alleen een radio- en TV spot en een website.
Er zijn drie instrumenten te gebruiken om te beïnvloeden, ook wel zweep, peen en preek genoemd. Dat komt van de “carrot and the stick “die klaarblijkelijk gebruikt werden om muilezels in beweging te houden.
Onder ‘peen’ worden bijvoorbeeld subsidies verstaan. De ‘preek’ is de voorlichting en de ‘zweep’ betreft sancties, accijns, bekeuringen, controle-instrumenten.
Wanneer de communicatie hand in hand gaat met de inzet van andere beleidsinstrumenten kan er meer effect behaald worden.
Ik kom binnenkort met aanvullende beleidsinstrumenten om dat voorbereidingsgedrag van burgers te stimuleren.
Zou het bijvoorbeeld geen goed idee zijn om te stimuleren dat er noodpakketten te koop zijn in de supermarkt? En korting op verzekeringspremies als burgers blijk geven van goede voorbereiding op externe risico’s?
Of gezamenlijk oefenen zoals in november vorig jaar bij de kleinschalige evacuatieoefening in Zeeland. U geeft het zelf aan in de Risicowijzer: een groot deel van de provincie Groningen ligt onder de zeespiegel. Mochten grotere gebieden overstromen, dan is het onmogelijk iedereen te evacueren. Als je niet in staat bent om te evacueren, zul je toch op redding moeten wachten. De orkaan Katrina in New Orleans heeft ons laten zien hoe cruciaal het is om dan de meest basale zaken, zoals water, voedsel en een radio in huis te hebben.
Uw aanpak van risicocommunicatie is een verdieping en vertaling van de landelijke rampencampagne Denk Vooruit van het Expertisecentrum Risico- en Crisiscommunicatie van mijn ministerie.
Kernpunt bij de Denk Vooruit campagne is dat op nationaal niveau slechts algemene boodschappen in massamediale middelen kunnen worden verwerkt.
Het geven van concrete, op maat gemaakte informatie, is vooral de taak van de regio en gemeenten. Dat verwachten burgers ook. Het is en blijft lokaal maatwerk.
Met de gezamenlijke aanpak die u heeft gekozen – tussen bestuurders, communicatieadviseurs én de nauwe contacten met calamiteitenzender RTV Noord, maar ook met mijn ministerie – bent u een voorloper op het gebied van risicocommunicatie. Daarom heeft het ERC onlangs een subsidie van 25.000 euro toegekend aan het ontwikkelen van deze Regionale Risicowijzer en de communicatie erom heen.
Dames en heren
In de Godfather III zegt Michael Corleone tegen een van zijn adjudanten: Never hate your enemy. It affects your judgement”.
Op dezelfde manier moeten we ook zonder angst of andere emoties met risico’s omgaan.
270.000 huishoudens worden binnenkort voorgelicht over de gevaren die hen bedreigen. Het is een verontrustende actie van de overheid, maar ik ben zeker dat de meeste van uw inwoners uw onopgesmukte eerlijkheid zullen waarderen.