Antwoorden op kamervragen van Thieme over de massale doding van katten ter voorbereiding op de Olympische Spelen
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
S-K-U-2839144
1 april 2008
Antwoorden van taatssecretaris Bussemaker en mede namens de minister van Buitenlandse Zaken, op kamervragen van het kamerlid Thieme over de massale doding van katten ter voorbereiding op de Olympische Spelen (2070814510).
Vraag 1
Kent u het bericht “Olympics clean-up Chinese style: Inside Beijing's shocking death camp for cats”?
Antwoord 1
Neen, maar ik heb kennis genomen van de strekking van uw link.
Vraag 2
Ziet u een verband tussen de genoemde kattenrazzia’s en andere schoonmaakoperaties (zoals een beperkt autoverbod en een verbod op de uitstoot van industriegassen) tijdens de komende Olympische Spelen?
Antwoord 2
Neen. Blijkens informatie van de Nederlandse ambassade te Peking wordt al minstens een aantal jaren door de Chinese autoriteiten een actief beleid gevoerd voor de aanpak van zwerfdieren in het kader van de bestrijding van ziekten.
Vraag 3
Is er, voor zover u kunt nagaan, enige grond om katten te verdenken van grootschalige virusverspreiding zoals officieel wordt aangevoerd als reden voor de Chinese kattenrazzia’s? Zo ja, waarop baseert u die mening?
Antwoord 3
Ik kan dat vanuit Nederland niet goed overzien en acht verder het beperken van iedere vorm van virusverspreiding een nationale aangelegenheid die uitgevoerd wordt in samenwerking met internationale organisaties als de WHO. Dit niettegenstaande is het wenselijk dat de virusverspreiding bestrijding geen onnodig of disproportioneel dierenleed teweeg brengt.
Vraag 4
Bent u bereid een officieel protest in te dienen bij de Chinese regering wegens de grootschalige kattenrazzia’s en het daarmee veroorzaakte dierenleed? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 4
Neen, mede gezien mijn antwoord op vraag 3.
Vraag 5
Deelt u de mening dat de wijze waarop in China met dieren wordt omgegaan, zoals beschreven in het artikel, onnodig wreed is en afgewezen dient te worden? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 5
Zie mijn voorgaande antwoorden.
Vraag 6
Kunt u, gelet op de urgentie van deze kwestie en het komende algemeen overleg over China, deze vragen voor 24 maart a.s. beantwoorden?
Antwoord 6
Het AO is inmiddels verplaatst naar 13 mei 2008.