Kabinet en gemeenten bestrijden overlast en verloedering
Het kabinet gaat gemeenten en lokale organisaties ondersteunen bij het tegengaan van overlast en verloedering. Vooral het effectief aanpakken van overlast door jongeren, uitgaansoverlast, en overlast en verloedering van de woon- en leefomgeving vraagt om aanvullende maatregelen. Het kabinet wil de burgemeesters de bevoegdheid geven om in het uiterste geval instellingen te kunnen dwingen om mee te werken aan een oplossing en gezinnen die overlast veroorzaken uit huis te plaatsen. Het kabinet komt op korte termijn met voorstellen. Daarnaast moeten gemeenten en de betrokken instanties beter gaan samenwerken, zoals dat bijvoorbeeld gebeurt bij de Veiligheidshuizen.
Dit staat in het Actieplan overlast en verloedering waarmee de ministerraad heeft ingestemd op voorstel van de ministers Ter Horst van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Hirsch Ballin van Justitie, Rouvoet voor Jeugd en Gezin, en Vogelaar voor Wonen, Wijken en Integratie. Het Actieplan levert een bijdrage aan het kabinetsdoel om de criminaliteit en overlast ten opzichte van 2002 met 25 procent te verminderen in 2010. Overlast en verloedering zijn de afgelopen jaren al met 8 procent gedaald en mensen voelen zich ook veiliger dan in 2002. De overige 17 procent zal onder meer met het Actieplan overlast en verloedering gerealiseerd worden. Preventie, bestuurlijke en strafrechtelijke handhaving en nazorg zijn hierbij sleutelwoorden.
Het plan richt zich vooral op die vormen van overlast en verloedering waarvan is gebleken dat er nog aanvullende maatregelen nodig zijn. Dit zijn:
- Overlast door jongeren
- Uitgaansoverlast
- Overlast in de woon- en leefomgeving
Verloedering van de fysieke woon- en leefomgeving
Het terugbrengen van overlast en verloedering vereist een multidisciplinaire, persoonsgerichte aanpak met een regierol voor gemeenten. Op gemeentelijk niveau zit immers de meeste kennis van de problematiek en de kracht om de zaken gezamenlijk aan te pakken. Het actieplan introduceert nieuwe initiatieven en bundelt de bestaande initiatieven om effectiever op te treden. De problemen bij de vier grootste gemeenten worden met voorrang aangepakt. Voor de vier genoemde categorieën overlast en verloedering stellen de bewindspersonen concrete maatregelen, pilots en onderzoeken voor.
De problematiek met jongeren is weliswaar van alle tijden, maar verdient extra aandacht door recente incidenten in bijvoorbeeld Kanaleneiland (Utrecht) en Slotervaart (Amsterdam). Bij de aanpak van overlast door (risico)jongeren is het vooral belangrijk om de negatieve groepsverbanden te doorbreken. Ernstige overlastgevers zullen binnenkort sneller en effectiever aangepakt kunnen worden door een gebiedsverbod. Het wetsvoorstel ‘Maatregelen bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast’ zal dit mogelijk maken. In de wet op de Jeugdzorg wordt opgenomen dat het college van burgemeester en wethouders gaat aangeven wie zorg moet dragen voor de oplossing als snelle, adequate zorg niet tot stand komt. De regierol voor het college wordt hiermee versterkt. In aansluiting op die voornemens van de minister voor Jeugd en gezin ziet het kabinet het nut in van de bevoegdheid voor de burgemeester om in het uiterste geval instellingen te kunnen dwingen mee te werken aan een oplossing evenals een bevoegdheid om gezinnen die overlast veroorzaken als geheel gezin in het belang van de openbare orde uit huis en daarmee uit de wijk te plaatsen. Daarnaast levert het rijk een bijdrage door campussen in te voeren voor moeilijke jongeren, die geen uitzicht hebben op werk of scholing
De aanpak van uitgaansoverlast bestaat onder meer uit het bestrijden van de negatieve gevolgen van alcohol. De maatregelen zoals aangekondigd in de Hoofdlijnenbrief Alcoholbeleid van 20 november 2007 spelen hierop in. Voorbeelden uit die brief zijn het overhevelen van het toezicht naar gemeenten en het aan banden leggen van de feesten in hokken en keten.
De derde vorm van overlast waarop het actieplan betrekking heeft, de overlast in de woon- of leefomgeving, wordt vooral veroorzaakt door botsende levensstijlen van buren. De aanpak van illegale bewoning en de opvang van dak- en thuislozen zijn voorbeelden om deze vorm van overlast te bestrijden. Sommige gemeenten pakken extreme woonoverlast binnen de bestaande mogelijkheden op innovatieve wijze aan. Een inventarisatie van succesvolle methoden en een publicatie van de ‘best practices’ zal andere gemeenten in staat stellen om beter in te grijpen bij extreme woonoverlast.
Ten slotte wordt de verloedering van de woon- en leefomgeving van burgers tegengegaan. Door de introductie van de bestuurlijke boete zullen gemeenten onrechtmatige bewoning beter aan kunnen pakken. Ook is er een wetsvoorstel in voorbereiding waardoor gemeenten en ondernemers kunnen gaan experimenten met het aantrekkelijker en veiliger maken van bedrijvenlocaties.
Bij alle vier de vormen van overlast en verloedering is het belangrijk dat gemeenten en alle betrokken instanties beter met elkaar gaan samenwerken. De regierol van gemeenten wordt in 2008 in de wet vastgelegd. Daarnaast is de aanpak van de vier soorten van overlast en verloedering gebaat bij het vergroten van het respect voor elkaar en de omgeving. Dit jaar starten er projecten op scholen en in buurten om te komen tot gedragscodes en bemiddeling. In een aantal gemeente wordt ook van mei tot oktober 2008 pilots uitgevoerd met Burgernet. Hierbij worden burgers beter geïnformeerd over de veiligheid in hun wijk en kunnen zij worden betrokken bij de opsporings- en handhavingsactiviteiten van de politie. Tot slot worden ook de knelpunten in de informatie-uitwisseling tussen partijen aangepakt.