Brief aan de Tweede Kamer over verloop cao-overleg sector Politie

Behalve dat ik met deze brief u de toegezegde informatie aanreik, wil ik u informeren over het verloop van het cao-overleg op 7 maart 2008.

Verloop cao-overleg van 7 maart 2008

Het bemiddelingsresultaat van 13 februari jl. (te Doorn) is door drie vakorganisaties afgewezen. Ik heb daarbij een beroep gedaan op de wederzijdse verantwoordelijkheid. Vasthouden aan het eindbod, waarvoor vanuit de optiek van mijn onderhandelingspositie goede argumenten waren, zou onvermijdelijk tot langdurige en zwaardere acties hebben geleid. Acties waarmee de samenleving niet is gediend en die naar mijn overtuiging zeer schadelijk zijn voor het imago en gezag van de politie. Ik heb de vakbonden gewezen op de gemeenschappelijke verantwoordelijkheid die partijen in deze dragen. Ook de vakbonden zullen een aanzienlijke beweging moeten maken ten opzichte van de actiedoelen.

Om de hier voor geschetste situatie te voorkomen heb ik aangegeven bereid te zijn nog een ultieme beweging te maken mits dit zou leiden tot een akkoord dat door de vakbonden positief aan de leden zou worden voorgelegd.

In de loop van het overleg die avond heb ik informeel de kaders geschetst waarlangs dit resultaat naar mijn mening bereikt kan worden. Deze kaders waren gebaseerd op een raadpleging van de individuele bonden afzonderlijk die avond.

Zoals u inmiddels via de media heeft kunnen vernemen hield het door mij geschetste mogelijke onderhandelaarsakkoord op 7 maart jongstleden de volgende verbetering ten opzichte van het bemiddelingsresultaat in:

- naast de al geboden loonstijging van 3,5% in 2008 en 3,3% in 2009, een loonstijging voor iedereen van 3,25% in 2010.

- 2,2% van de loonsom in 2010 voor het waarderen van politiespecifieke verzwarende elementen via een nieuw functiewaarderingssysteem/functiehuis. 1% van deze ruimte door middel van inverdieneffecten te realiseren.

- voor iedereen een bruto toelage van 1200 euro per jaar voor alle politieambtenaren in 2008 en van 600 euro in 2009, naast de al geboden brutotoelages van 1200 euro en 600 euro tot en met schaal 9 in 2008 respectievelijk 2009.

Totale kosten van dit voorstel zijn 350 miljoen structureel en 220 miljoen incidenteel. Ter vergelijking de kosten van het bemiddelingsresultaat (Doorn): 320 miljoen structureel en 80 miljoen incidenteel.

De bonden zagen geen mogelijkheden om binnen deze kaders tot een akkoord te komen. Zij hebben vervolgens een gezamenlijk eisenpakket geformuleerd. De meerlasten daarvan bedragen meer dan 100 miljoen euro structureel ten opzichte van de door mij geschetste uiterste kaders. Deze kloof, tegen de achtergrond van het door twee vakbonden gestelde ultimatum, heeft ertoe geleid dat het overleg is gestrand.

Partijen zijn uit elkaar gegaan. De vakorganisaties hebben aangekondigd acties te voeren. Ik zal de inhoud van de acties nauwlettend (laten) volgen en waar nodig en mogelijk rechterlijke maatregelen daartegen inroepen.

Naar mijn mening heb ik hiermee alles gedaan om tot een oplossing te komen. Ik ben nog steeds bereid om langs de door mij geschetste lijnen tot een akkoord te komen, waarbij binnen het pakket en de budgettaire kaders een zekere uitruil bespreekbaar is.

Voor de goede orde merk ik op dat door mij geen nieuw bod is gedaan. Uitgangspositie voor de onderhandelingen is mijn eindbod van 13 februari 2008.

Rapportage Centraal Planbureau

Op mijn verzoek heeft het CPB de inkomensgevolgen van het formele eindbod van 13 februari jl. in beeld gebracht. Ik voeg de rapportage hierbij.

De analyse van het CPB is overigens uitgebreider dan de eerder door BZK gepresenteerde berekeningen. BZK heeft enkel het effect van de loonheffing meegenomen. De CPB analyse is uitgebreider en preciezer en sluit aan bij de systematiek van de koopkrachtplaatjes. Naast het effect van de loonheffing zijn ook de effecten van de premies voor sociale zekerheid, zorg en pensioen meegenomen. Hierdoor treden er verschillen op tussen de CPB en de BZK berekeningen. Hoewel de berekeningswijze van CPB en BZK niet helemaal met elkaar vergelijkbaar zijn, resteert wel het beeld dat over de hele periode de CPB cijfers over de gehele linie beter uitvallen dan BZK eerder had aangegeven.
Het CPB constateert bovendien dat het nominaal beschikbare inkomen van politieambtenaren in de schalen 5 tot en met 11 zich ruwweg tussen modaal en 2 keer modaal bevindt.

Inkomensgevolgen eindbod

Het CPB concludeert dat met het eindbod politiemensen in de jaren 2008 en 2009 er ruwweg 100 tot 200 euro netto per maand bij krijgen ten opzichte van 2007. Dit is nog exclusief de 3,25% in 2010 die in het eindbod was gereserveerd voor het nieuwe loon- en functiegebouw, en waarvan het CPB – door onzekerheid over belasting- en premietarieven in 2010 en de onzekere verdeling over de schalen – geen uitspraak kan doen. Door de eenmalige uitkeringen in 2008 en 2009 wordt een groot deel van deze loonsstijging ‘naar voren getrokken’.

Loonstrookjes politie niet direct vergelijkbaar

Daarnaast concludeert het CPB dat de loonstrookjes van de politie niet zonder meer vergeleken kunnen worden met werknemers in andere sectoren, aangezien bij de politie bijvoorbeeld de betaling van de door de werknemer te betalen ziektekostenpremie (zowel de wettelijke nominale premie als de aanvullende verzekering) via de salarisadministratie loopt en daarmee het netto bedrag op de loonstrook beïnvloedt. Daarnaast kent de sector politie bijvoorbeeld een hogere eindejaarsuitkering dan gemiddeld in vergelijkbare sectoren bestaat, een werkweek van standaard 36 uur terwijl 38 uur in de marktsector meer gebruikelijk is en ruime mogelijkheden om vervroegd te stoppen met werken. Om een goede vergelijking van de huidige inkomenspositie van de politie met andere sectoren te kunnen maken moet daarom bij het nettobedrag op de loonstrook, naast de ziektekostenpremie(s), zo’n 150 euro netto per maand bij de lage schalen tot 400 euro netto bij de hoge schalen worden opgeteld.

Aanvullende informatie toegezegd in het spoeddebat

In het spoeddebat heb ik toegezegd aan u te verstrekken:

- Het rapport van het bureau Eprom Organisatie Adviseurs dat onderzoek heeft gedaan naar de kwaliteit van het functiewaarderingssysteem van de sector Politie. Dit gaat hierbij.

- Een exemplaar van de brief waarin de heer Schouwenaars, korpsbeheerder van het regiokorps Zeeland, heeft aangegeven zich niet te scharen achter de opvatting van de heer Cohen over het formele eindbod.

Ik verkeerde in de veronderstelling deze brief zelf te hebben ontvangen. Het gaat echter om een brief die door de heer Schouwenaars is verzonden aan de voorzitter van de ACP regio Zeeland. Ik beschik niet over deze brief.

DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES,

Mevrouw dr. G. ter Horst