Staatssecretaris loopt patrouille in Uruzgan
Staatssecretaris Jack de Vries heeft vanmiddag een tweedaags bezoek aan de Nederlandse troepen in Afghanistan afgesloten. De bewindsman liep onder meer patrouilles mee in de hoofdstad van de zuidelijke provincie Uruzgan, Tarin Kowt en in Deh Rawod.
De staatssecretaris was zichtbaar onder de indruk. "Het is goed dat ik zo uitgebreid kennis heb kunnen maken met de Nederlandse militairen hier. Indrukwekkend. Zeker als je ziet hoe moeilijk en onvoorspelbaar de omstandigheden zijn, hoe zwaar het terrein is en hoe donker de nachten."
De reis vormde het vervolg van een eerdere poging van De Vries om de militairen te bezoeken. Half januari strandde zijn vliegtuig in Kandahar vanwege de barre weersomstandigheden. De staatssecretaris - die werd begeleid door de directeur van het Defensie Operatie Centrum generaal-majoor Lex Oostendorp en de commandant Task Force Uruzgan, Richard van Harskamp - nam vandaag polshoogte in de omgeving van Deh Rawod.
De Vries reikte vervolgens op Camp Hadrian de NAVO-medailles uit aan het peloton waarvan de omgekomen soldaat Wesley Schol en korporaal Aldert Poortema deel hebben uitgemaakt. Hij was verrast dat er inmiddels al weer zoveel wederopbouwprojecten zijn opgezet. "Onvoorstelbaar. Wat een werk is hier verzet! De omgeving van Deh Rawod is weer begaanbaar, de veiligheid is enorm toegenomen en de vluchtelingen komen weer massaal terug naar hun huizen. Ik ben echt reuze trots op het werk dat hier wordt verricht. Chapeau", aldus de staatssecretaris.
In Tarin Kowt bezocht De Vries eveneens een groot aantal projecten, zoals het ziekenhuis en de bouw van een Afghaans mortuarium vlakbij Kamp Holland. “Het is belangrijk te laten zien wat we hier hebben te bieden voor dit land.” Ook onthulde hij een monument voor de gevallen Nederlandse en Afghaanse militairen. Dat gebeurde op het terrein waar het Afghaanse leger en de politie worden opgeleid. De commandant van de 4e Afghaanse Brigade, brigadegeneraal Mohamad Sabir, woonde de plechtigheid bij.