Brief aan de Tweede Kamer over de wetswijziging Nifiv
In de memorie van toelichting op de wetswijziging van de Brandweerwet 1985, verband houdende met de herpositionering van het Nederlands instituut fysieke veiligheid (Nifv), heb ik aangegeven dat het Nifv de samenwerking met andere publieke kennisinstituten zal dienen te zoeken. Tijdens het plenaire debat heeft de heer Van Raak (SP) aangegeven, dit laatste als “vaag taalgebruik” te beschouwen, hetgeen mogelijk op problemen zou kunnen duiden.
Teneinde deze zorg bij de heer Van Raak weg te nemen heb ik toegezegd uw Kamer een overzicht te zenden van de binnen de, wat is aangeduid als zwaailichtensector, actieve kenniscentra waarmee het Nifv de samenwerking zal moeten zoeken.
Deze reactie op het verzoek van de heer Van Raak, waarvoor een opgave is gevraagd aan het Nifv, heeft langer op zich laten wachten dan ik wenselijk acht. Mijn verontschuldigingen hiervoor. Aan deze lange(re) reactietermijn ligt mede ten grondslag dat het aantal kenniscentra momenteel sterk fluctueert en dan ook niet als een vast gegeven kan worden gehanteerd. Dit is niet in de laatste plaats als gevolg van diverse stelselwijzigingen die momenteel binnen de veiligheidssector plaatsvinden.
Tegen deze achtergrond heb ik de totstandkoming van enkele concrete samen-werkingsverbanden afgewacht.
De afgelopen periode heeft het Nifv een samenwerkingsverband met de volgende (kennis)centra weten te realiseren:
A. op het terrein van het onderwijs en oefenen
- Nederlandse School voor Openbaar Bestuur (NSOB), in het kader van de Mastersopleiding Crises and Disaster Management;
- Technische Universiteit Delft, ten behoeve van de opleiding Master of Public Safety en de Leerstoel Veiligheid en Rampenbestrijding;
- Politieacademie, op het terrein van de Opleidingen Crisisbeheersing en Rampenbestrijding, de Officier van Diensttrainingen, het Operationeel Oefenen van Officieren van Dienst en het tijdschrift voor Veiligheid en Veiligheidszorg;
- Politieacademie en defensieacademie, in het kader van het multidisci-plinair opleiden en oefenen;
- Het Nederlands Genootschap van Burgemeesters, in het kader van het bestuurlijk oefenen bij crises;
- Novi Hogeschool, ten behoeve van de aansluiting tussen de officiers-opleidingen en reguliere Hbo-opleidingen;
- met de Saxion Hogescholen, in het kader van de leergangen organisatie-management;
- Bureau Interim, met betrekking tot de opleiding Brandweerofficier als manager;
- PTC+, ten behoeve van de opleiding EHBO grote huisdieren;
- Ricas, in het kader van de bijscholing van bevelvoerders en de Ricas-instructeurs;
- RISC Fire & Safety, voor bijscholing van bevelvoerders en RISC-instructeurs;
- Radbouduniversiteit, waarbij Provinciale oefeningen, het Crisislab en bestuurlijke oefeningen centraal staan;
- Universiteit van Leiden, dit ten behoeve van het steunpunt effectief oefenen en de opleiding procesmanager oefenen;
- samenwerkende landelijke opleidingsinstituten (LSOP-PIOg, Nai-SoZa en de Koninklijke Marechaussee), in het kader van de opleidingen C2000;
- TNO, ten behoeve van de ontwikkeling van de Interactive Disaster Management-trainer;
- Environment, Tectonics Coöperation, voor de ontwikkeling van het virtueel oefenen;
- Holland Railconsult, ten behoeve van het virtueel oefenen CO3;
- Vereniging Nederlandse Gemeenten, ten behoeve van het project kwaliteit brandweer;
- European Fire Service College Association, in het kader van het project Leonardo da Vinci en
- Radbouduniversiteit en CMG Logica, ten behoeve van het project “Ruimte voor Geo Info”.
B. Op het terrein van onderzoek en kennisverwerving
- Brandweer Amsterdam de Vrije Universiteit Amsterdam. Dit ten behoeve van de Leerstoel Crisisbeheersing en Fysieke Veiligheid;
- Politieacademie en defensieacademie in het kader van civiel-militaire samenwerking op het gebied van veiligheid, crisisbeheersing en rampenbestrijding;
- Politieacademie met betrekking tot het gezamenlijke lectoraat Crisisbeheersing;
- Stichting Major Incident Medical Management and support, een samenwerkingsverband met ziekenhuizen;
- Raad van Geneeskundig Functionarissen, ten behoeve van de ontwikkeling van het kenniscentrum GHOR, het project Vakbekwaamheid GHOR en het ontwikkelen en implementeren van efficiënte oefenmethoden voor de geneeskundige sector;
- European Design Centre, in het kader van de ontwikkeling van augmented reality;
- Nederlandse vereniging voor Brandweerzorg en Rampenbestrijding, dit in het kader van de vorming en onderhoud van expert-netwerken en het brandweerkennisnet;
- Consument en Veiligheid en de Nederlandse Brandwondenstichting, in het kader van het project Nationale Brandpreventieweek;
- Stichting Emergo Train System in het kader van geneeskundige inzet bij rampen en grote incidenten
- Instituut voor Psychosociale Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen en de National School of Public and Occupational Health, ten behoeve van de Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen.
Uit de bovenstaande opsomming van resultaten moge blijken dat de samenwer-kingsverbanden een suppletoir karakter hebben. Hierbij zal overlap van taken en verantwoordelijkheden van andere, publieke danwel private, kenniscentra vermeden worden.
Ten slotte behoort ook, in het kader van zowel opleiden, oefenen, onderzoek en kennisverwerving, op termijn de samenwerking met het SKV-netwerk (waarin de Hogeschool Zeeland, Avans Hogeschool, Hogeschool van Utrecht, Haagse Hogeschool, Inholland Rotterdam, Hogeschool Windesheim, Saxion Hogeschool, Noordelijke Hogeschool Leeuwarden, Politieacademie, TNO en de Katholieke Hogeschool Zuid-West Vlaanderen participeren) en de Nederlandse Vereniging voor Integrale Veiligheid (dat bestaat uit de Avans Hogeschool, de Thorbecke Academie, de Noordelijke Hogeschool Leeuwarden, de Saxion Hogeschool en de Politieacademie) tot de mogelijkheden.
DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES,
Mevrouw dr. G. ter Horst