Antwoorden op kamervragen van Agema over islamitische thuiszorg voor moslims
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
DMO-K-U-2824488
30 januari 2008
Antwoorden van staatssecretaris Bussemaker op kamervragen van het Kamerlid Agema over islamitische thuiszorg voor moslims (2070807570).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht “Islamitische thuishulp voor allochtonen”? 1)
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening dat de verdergaande islamisering van de zorg -in dit geval de thuiszorg - per direct gestopt en teruggedraaid moet worden? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 2
Ik kan uw mening noch delen noch verwerpen, omdat ik niet weet wat u onder islamisering van de zorg verstaat.
Vraag 3
Deelt u voorts de mening dat het beschamend is dat het ontstaan van dit soort aparte behandelingen voor moslims gelijktijdig plaatsvindt met de verpaupering van de thuiszorg omdat op dit moment overwegend autochtone ouderen hun vaste thuiszorgmedewerker verliezen en duizenden thuiszorgmedewerkers hun baan? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 3
Indicatiestelling van burgers geschiedt onafhankelijk en objectief. Dat geldt ook voor de financiering van instellingen. Als het om de uitvoering gaat is uitgangspunt dat cliënten zorg op maat ontvangen. Dat impliceert dat er bij het leveren van zorg of ondersteuning rekening gehouden kan worden met de culturele en/of religieuze achtergrond van de cliënt. Uw mening over de verpaupering van de thuiszorg deel ik niet.
Vraag 4
Deelt u tenslotte de mening dat, als moslims islamitische thuiszorg willen, ze terug moeten gaan naar het land van herkomst? zo neen, waarom niet?
Antwoord 4
Zie de antwoorden op vraag 2 en 3.
1) www.telegraaf.nl, Islamitische thuiszorg voor allochtonen, 29 december 2007