Rouvoet bundelt geldstromen gemeenten

Met de komst van de Brede Doeluitkering Centra voor Jeugd en Gezin heeft minister André Rouvoet verschillende uitkeringen voor gemeenten gebundeld. Rouvoet heeft bovendien aan de Brede Doeluitkering een extra bedrag van 100 miljoen euro toegevoegd. De brede doeluitkering vermindert de administratieve lasten voor gemeenten aanzienlijk.

Dit schrijft minister Rouvoet vandaag in een brief aan de Tweede Kamer. De Brede Doeluitkering Centra voor Jeugd en Gezin omvat de volgende geldstromen: de Tijdelijke regeling specifieke uitkering jeugdgezondheidszorg (Rsu-jgz) en lokale opvoedondersteuning, opvoeden in de buurt, middelen preventief jeugdbeleid (Motie Verhagen) en middelen prenatale zorg. In totaal is er 428 miljoen euro (inclusief 100 miljoen van eigen begroting) mee gemoeid.

Met dit geld moeten de gemeenten een lokaal aanbod van voorzieningen voor jongeren en gezinnen realiseren. Een Centrum voor Jeugd en Gezin is hierbij de spil. In 2011 moet Nederland beschikken over een landelijk dekkend netwerk van CJG’s. Deze centra fungeren als laagdrempelig inlooppunten voor jongeren en ouders die informatie of advies willen, of lichte hulp nodig hebben. Deze hulp zal voornamelijk neerkomen op opvoedondersteuning, gezinscoaching en maatschappelijk werk. Ook staat het CJG voor de coördinatie van de zorg.

De gemeenten hoeven geen aparte aanvraag te doen voor de uitkering, maar ontvangen het automatisch uit Den Haag. In januari hebben de gemeenten een eerste voorschot gekregen. De Brede Doeluitkering loopt tot en met 2011.

Met de bundeling van de verschillende bestaande geldstromen, voldoet Rouvoet aan de wens van gemeenten. ‘Hierdoor hoeven de gemeenten geen tijd te besteden aan het invullen van subsidie-aanvragen. Verder kom ik gemeenten tegemoet door pas aan het einde van 2011 een beperkte financiële verantwoording te vragen’, aldus Rouvoet.