Werkleerplicht voor jongeren tot 27 jaar
Jongeren onder de 27 jaar kunnen geen beroep meer doen op de bijstand, maar moeten werken, leren of een combinatie hiervan. Gemeenten worden verplicht jongeren tot 27 jaar die niet werken of naar school gaan én die zich melden voor een voorziening (bijvoorbeeld een uitkering) een aanbod te doen. Dit kan een werkaanbod, een leeraanbod of een combinatie van beide zijn. Het aanbod wordt afgestemd op de situatie van deze jongeren. Als ze het aanbod niet accepteren dan krijgen zij ook geen uitkering van de gemeente. Jongeren zijn niet verplicht zich te melden als ze geen werk of opleiding hebben.
De ministerraad heeft ingestemd met een plan hiervoor van staatssecretaris Aboutaleb van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, mede namens minister Plasterk van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, minister Bos van Financiën en minister Rouvoet voor Jeugd en Gezin. De werkleerplicht was aangekondigd in het Coalitieakkoord. Het kabinet wil zoveel mogelijk jongeren stimuleren een baan te vinden of een opleiding te volgen.
Het doel van deze maatregelen is jongeren betere kansen te bieden op een baan en te voorkomen dat jongeren afhankelijk zijn van de bijstand. Het streven is dat jongeren die een startkwalificatie kunnen halen dit ook doen. Een startkwalificatie is een diploma op havo, vwo of mbo-2 niveau.
Een uitzondering geldt voor jongeren die niet kúnnen werken of leren. Dit kunnen redenen zijn zoals alleenstaand ouderschap of een handicap. Deze groep jongeren komt wel in aanmerking voor financiële ondersteuning. Bij de vaststelling van de hoogte van die ondersteuning wordt gekeken naar de hoogte van andere voorzieningen.
Jongeren van 18 tot 27 jaar kunnen nu nog een beroep doen op de bijstand. Eind april 2007 hadden ongeveer 29.000 jongeren tot 27 jaar een bijstandsuitkering, hiervan zijn ongeveer 4.275 jonger dan 21 jaar.