Persconferentie na de ministerraad, 21 december 2007

Minister-president Balkenende:

Zoals u ziet, is het decor deze week wat anders. Maar daar ga ik u straks meer over vertellen. De afgelopen week gaf een bijzonder slotakkoord aan het politieke jaar 2007. We zijn blij met de brede steun in de Kamer voor ons besluit een nieuwe bijdrage te leveren aan de ISAF-missie in Uruzgan, tot 1 augustus 2010. Onze bijdrage is niet alleen een investering in stabiliteit en veiligheid. Het is ook een investering in hoop voor de mensen daar. Ik heb groot respect voor de persoonlijke inzet van de Nederlandse mannen en vrouwen in Afghanistan. Zij - en hun familie in Nederland - verdienen onze volle steun en voortdurende aandacht. Het Uruzgan-besluit past bij de actieve rol van Nederland op het internationale toneel. Wie een betere wereld wil, zal daar ook concreet aan moeten werken. Over de grens en in eigen land.

Op 22 februari jl. ging het kabinet aan de slag. Met een ambitieuze agenda die past bij deze tijd en die aansluit bij wat burgers willen. We zijn nu tien maanden aan het werk. En aan het eind van het jaar ligt de vraag voor de hand: Hoe is de voortgang? Dan zeg ik: het kabinet ligt op koers. We voeren de plannen uit die we ons hebben voorgenomen. Uiteindelijk willen we afgerekend worden op de voornemens uit ons beleidsprogramma. Daar werken we aan. Met volle overtuiging. Alle ministers kunnen dat op hun eigen terrein met feiten illustreren. We willen dat mensen in hun eigen omgeving stap voor stap vooruitgang merken. Enkele concrete voorbeelden:

- In het onderwijs. We zorgen ervoor dat het vak van leraar weer aantrekkelijk wordt, onder meer door een betere beloning. Daarmee hebben we geluisterd naar de krachtige pleidooien uit samenleving en onderwijsveld. We hebben de aanval geopend op de schooluitval, samen met de vier grote steden.

- In het verkeer. We hebben de jarenlange impasse rond een aantal grote knelpunten op de weg doorbroken. De A6 wordt eindelijk verdubbeld. We hebben een knoop doorgehakt over 'anders betalen voor mobiliteit'. Er ligt nu een concreet eindbeeld waarvoor maatschappelijk draagvlak is. En er is helderheid over de route daarheen. Dat is een essentiële doorbraak voor wie zich de complexe discussies van de afgelopen tien jaar herinnert.

-In de zorg. Er komen deze kabinetsperiode 5.000-6.000 extra verzorgenden in verpleeghuizen bij.

-In de veiligheid. Nederland wordt langzaam maar zeker veiliger. Minder mensen worden slachtoffer van een misdrijf. Minder mensen voelen zich onveilig. Die ontwikkeling moeten we doorzetten. We werken de wachtlijsten voor tbs-plaatsen weg. En we hebben een wetsvoorstel 'bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast' ingediend. Dat geeft de burgemeester en de officier van justitie extra mogelijkheden krachtig op te treden tegen raddraaiers.

-Jeugd. We pakken het alcoholmisbruik onder jongeren aan. Verder hebben we besloten tot de vorming van Centra voor Jeugd en Gezin.

-Werk en inkomen. Het gemiddelde besteedbare inkomen in Nederland is na Luxemburg en Ierland het hoogste van de Europese Unie. Maar we weten dat niet iedereen van die welvaart profiteert. Er zijn honderdduizenden mensen die heel moeilijk aan de bak komen. Werk is het beste medicijn tegen armoede. We helpen 200.000 mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt aan de slag. Een belangrijk instrument daarbij is de invoering van de werkleerplicht voor mensen tot en met 27 jaar.
-Ten aanzien van respect. We zeggen nee tegen polarisatie en verharding. Maar we wijzen mensen wel op hun verantwoordelijkheid. Het is simpel. Wie hier wil wonen, moet de Nederlandse waarden en normen respecteren en actief mee willen doen. Vandaar het deltaplan Inburgering, waarmee per jaar 60.000 inburgeraars worden ondersteund. Respect krijgt meer kans als mensen elkaars leefwereld leren kennen. Vandaar dat we de maatschappelijke stage in het voortgezet onderwijs hebben ingevoerd.

Wie het beleidsprogramma van mei legt naast de feiten van nu, ziet dat het kabinet de pas erin houdt. Laten we niet één dossier - het ontslagrecht - het beeld laten bepalen. Over de hele linie van het kabinetsbeleid is sprake van stevige voortgang. In 2008 komt het erop aan die koers stevig vast te houden en tempo te blijven maken.

Ons land zal volgens de prognoses te maken krijgen met toenemende knelpunten op de arbeidsmarkt. Bovendien wordt de concurrentie van opkomende landen steeds uitdagender. Dat betekent dat we extra alert moeten zijn op de fundamenten van onze economie: een hoge arbeidsproductiviteit, een flexibele arbeidsmarkt, kansen voor ondernemerschap, innovatie, participatie, verdere vermindering van administratieve lasten. Het gaat om toekomstoriëntatie.

Naar mijn overtuiging zijn vier elementen daarbij van vitaal belang: Economisch excelleren, in combinatie met duurzaamheid. Nederland moet zich blijven manifesteren als een land dat vooroploopt in milieutechnologie en energie-efficiency.

Respect voor elkaar. Absoluut noodzakelijk voor een samenleving waarin mensen zich thuis en veilig kunnen blijven voelen. Innovatie ten dienste van de samenleving. Het vergrijzingsvraagstuk bijvoorbeeld vraagt om ontwikkeling van nieuwe zorgconcepten. Een actieve internationale rol. We moeten een sterke partner zijn bij de handhaving van de internationale rechtsorde en bij ontwikkelingssamenwerking. Aan al die zaken zullen we met volle inzet blijven werken.

De ministerraad heeft vandaag in haar laatste vergadering nog diverse besluiten genomen. Ik verwijs u naar de uitgereikte persberichten.

Graag vraag ik uw aandacht voor het eerste bericht over het Rijksbreed logo. Het kabinet werkt aan een herkenbare en toegankelijke Rijksoverheid. Burgers zien vaak door de bomen het bos niet meer. Het is een mêlee van logo's en huisstijlen. Vaak is onduidelijk wat tot de rijksoverheid behoort. Of hoe men de Rijksoverheid kan bereiken. Dat is ongewenst. En draagt niet bij aan verbetering van de relatie tussen overheid en burger. Daarom is gekozen voor één Rijksbreed logo en één huisstijl. Wat de kosten betreft: nadat er wat aanloopkosten zijn geweest, zal het Rijksbrede logo jaarlijks een besparing van ongeveer 5 miljoen euro opleveren.

De Rijksoverheid staat voor het algemeen belang. Dat was zo, dat is zo, en dat zal zo blijven. Daarom is een logo ontwikkeld dat de historische continuïteit verbeeldt, maar tegelijkertijd in de huidige tijd geworteld is. U ziet: we blijven de Rijksoverheid. Geen poespas. Dit is het gestileerde rijkswapen. De inhoud blijft voorop staan, maar met het rijkswapen als vignet wordt voor iedereen weer duidelijk dat het de Rijksoverheid is die de afzender is. Natuurlijk: met één logo alleen worden we niet toegankelijker. Daarom werken we ook aan één informatieloket voor het Rijk, aan minder maar betere Postbus 51-campagnes en aan nieuwe vormen van dienstverlening, zoals het Burgerservicenummer en de Persoonlijke Internet Pagina voor iedereen. Maar het logo is natuurlijk wel een zichtbaar icoon voor ons streven om de Rijksdienst herkenbaarder en toegankelijker te maken. De verdere ontwikkeling tot een volledige huisstijl zal enige tijd nemen. Medio 2008 zal het logo en de nieuwe huisstijl op de eerste uitingen te zien zijn.