Video: 'bestrijding georganiseerde misdaad versterken’Extra menskracht voor opsporing financieel-economische criminaliteit
De georganiseerde misdaad in Nederland moet eind 2011 zichtbaar zijn teruggebracht, een dreigende verweving tussen de onderwereld en de bovenwereld moet worden afgewend. Dat schrijft minister Hirsch Ballin van Justitie vandaag aan de Tweede Kamer. Mensenhandel, inmenging van de georganiseerde criminaliteit in de vastgoedsector en grootschalige hennepteelt worden krachtiger aangepakt. Ook investeert het kabinet in de opsporing van financieel-economische criminaliteit en in het vaker en effectiever afnemen van crimineel vermogen.
Vraag: Het terugdringen van deze criminaliteit, hoe gaat u dat bereiken?
Hirsch Ballin: Daders aanpakken is beleid, daar gaan we mee door. Wat we daar bovenop gaan doen dat is meer greep krijgen op de georganiseerde misdaad door de structuren aan te pakken waarvan men gebruik maakt, denk aan het witwassen van criminele winsten, denk aan de transacties, frauduleuze transacties beleggingen in onroerend goed, denk ook aan de bedrijven, bordelen bijvoorbeeld waar mensen die slachtoffer zijn van mensenhandel worden te werk gesteld. Dat is de lijn van het beleid dat ik nu aan de kamer heb gepresenteerd.
Vraag: Welke middelen heeft u daartoe beschikbaar?
Hirsch Ballin: 28 miljoen euro extra is er uitgetrokken in de begroting voor het komend jaar, dat loopt op tot het dubbele aan het eind van deze kabinetsperiode. Er gaan ook enkele tientallen extra rechercheurs aan het werk op een plaats waar het bij uitstek nodig is om deze aanpak te volgen. Bij FIOD en ECD. Die worden versterkt met enige tientallen rechercheurs zodat er gerechercheerd kan worden op het herbeleggen van criminele winsten op fraude die daar plaatsvindt, informatie-uitwisseling speelt daar natuurlijk een belangrijke rol in.
Vraag: Wanneer verwacht u de eerste resultaten van deze aanpak?
Hirsch Ballin: Dit is werk in uitvoering dat consequent moet worden volgehouden de komende jaren. Mijn doelstelling is dat we aan het eind van deze kabinetsperiode zien, dat als er daders worden opgepakt en veroordeeld in de georganiseerde misdaad, dat dan niet alleen de spelers worden uitgeschakeld maar dat dan ook het spel uit is, en dat er niet kan worden doorgegaan met hun criminele activiteiten.