Exportborrel december 2007
Speech drs. F Heemskerk, staatssecretaris van Economische Zaken tijdens de Exportborrel op 12 december 2007.
Geachte dames en heren,
Dank voor de uitnodiging om bij de exportborrel iets te mogen zeggen. Ik doe dat graag. Zeker ook omdat ik goed nieuws heb over de prestaties van het Nederlands bedrijfsleven. Laat ik u het nieuws alvast maar zeggen - veel langer kan ik het namelijk toch niet voor me houden - het gaat goed met de Nederlandse economie. De economische groei bedroeg in het derde kwartaal 4,1 procent; de hoogste groei in meer dan 7 jaar. Ook voor geheel 2007 zijn de vooruitzichten positief. Volgens analisten komt de groei van de Nederlandse economie dit jaar op circa 3 procent uit. Dat is een bovengemiddelde groei.
Onze export levert een belangrijke bijdrage aan deze groei en het nieuws is: de Nederlandse export breekt dit jaar alle records! In het derde kwartaal groeide het uitvoervolume van goederen en diensten met 7,5 procent. Voor geheel 2007 raamt het Centraal Plan Bureau een uitvoerstijging van eveneens 7,5 procent. Onze exporten groeien dit jaar zelfs harder dan de relevante wereldhandel. Nederland is met deze cijfers de zesde exporteur ter wereld.
We stevenen dit jaar dus af op een nieuw exportrecord. Als ik de trend die de cijfers geven doortrek, voeren we dit jaar voor 417 miljard euro aan goederen en diensten uit. Dit is 25 miljard euro meer dan in 2006. Voorwaar, een prestatie van formaat.
Nu denkt u misschien: ‘Dat is mooi, maar waarom gaat de staatssecretaris daarmee pronken? Het zijn toch de prestaties van het Nederlands bedrijfsleven?’ Nou en of! Maar dat is voor mij niet minder reden om beretrots op internationaal ondernemend Nederland te zijn.
Ik ben er namelijk van overtuigd dat goede prestaties mede door samenwerking tot stand komen. Samenwerking van bedrijven onderling en samenwerking van bedrijven met het ministerie van Economische Zaken.
Als staatssecretaris wil ik dat de dienstverlening van de overheid aan het bedrijfsleven optimaal is. Wat dat betreft beleven we vandaag een mooie dag: het netwerk van Technisch Wetenschappelijk Attachés (TWA Netwerk) en de Netherlands’ Foreign Investment Agency (NFIA) gaan integraal onderdeel uitmaken van de EVD. Daarmee wordt de dienstverlening aan het internationaal opererende bedrijfsleven en Nederlandse R&D instellingen zoveel mogelijk gebundeld. Ik zal u zo vertellen waarom ik dit zo belangrijk vind.
Eerst wil ik onderstrepen dat Nederland blijft profiteren van de globalisering. Onze goede exportcijfers zijn in belangrijke mate te danken aan de voorspoedige ontwikkeling van de wereldeconomie. Vooral forse exportgroei naar opkomende landen als China, India, Rusland, Turkije en Vietnam. We plukken dus de vruchten van globalisering, van het meer en meer verweven raken van alle economieën.
Ontwikkelingen in die opkomende markten gaan geweldig snel. Ik heb dat recent nog zelf gezien. PM ervaringen recente missie naar India. Een belangrijke oorzaak van de enorme groei in India zijn de hervormingen die het land sinds 1980 heeft doorgevoerd, zoals het liberaliseren van de buitenlandse handel. Dit heeft volgens recent onderzoek van het Centraal Planbureau de economie daar een enorme impuls gegeven. Met als gevolg dat de armoede in India sinds 1980 gehalveerd is.
Het Centraal Planbureau schat dat de handel van Nederland met India momenteel al goed is voor ongeveer 10.000 tot 15.000 Nederlandse banen. Ik ben dan wel staatssecretaris van Economische Zaken, maar wat dit betreft voel ik me evenzeer staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid!
De handel met het buitenland levert hier in Nederland banen op, waardoor tal van gezinnen in hun levensonderhoud kunnen voorzien. De komende jaren zullen we zien dat de Nederlandse werkgelegenheid nog meer gestimuleerd wordt door de handel. Alleen al de uitvoer naar India kan tot 2040 met jaarlijks zo'n 5 tot 10 procent toenemen. Dat biedt kansen voor het Nederlandse bedrijfsleven. Zeker omdat India en Nederland hoofdzakelijk andere goederen produceren. Scherpe concurrentie is dan ook niet zo snel te verwachten.
Globalisering biedt Nederland dus grote voordelen. Ik zie dan ook een belangrijke rol weggelegd voor het Nederlandse bedrijfsleven, ook voor de meesten van u dus, als het gaat om het vergroten van het draagvlak voor globalisering. Dat kan door heel concreet te laten zien dat internationaal ondernemen welvaart, banen en nieuwe kennis en kunde oplevert. Zonder daarbij de keerzijden van globalisering uit het oog te verliezen. Terecht maken sommigen zich namelijk zorgen over het vertrek van hun baan naar het buitenland en anderen stellen terecht vragen over de arbeidsomstandigheden in Azië.
Als staatssecretaris heb ik mij tot doel gesteld dat globalisering verantwoord en duurzaam benut wordt. Nederland kan het goede voorbeeld geven. Want - zoals mijn oma altijd zei -: goed voorbeeld doet goed volgen.
Nederlandse bedrijven hanteren ook in ontwikkelingslanden en opkomende economieën normen die als voorbeeld gelden voor andere bedrijven. Dat is daadwerkelijk een kwaliteitsimpuls voor lokale omstandigheden. Ik was onder de indruk van de uitstekende productieomstandigheden in [PM naam Nederlands bedrijf] in India. Ook vanwege dit maatschappelijk belang zou het goed zijn als meer Nederlandse bedrijven internationale spelers worden. Maatschappelijk verantwoord ondernemen moet een mondiale inspanning zijn en het bevorderen hiervan, zie ik als een belangrijk exportproduct. Bij handelsmissies wil ik dan ook alleen bedrijven mee hebben die maatschappelijk verantwoord ondernemen.
Om te kunnen blijven profiteren van globalisering is het noodzakelijk dat Nederlandse bedrijven zich continu blijven innoveren en vernieuwen. Innovatie is het sleutelwoord in de globaliserende wereld (vb van bedrijf recente missie?). Economische Zaken kan het Nederlandse bedrijfsleven daarbij terzijde staan. Dat doen we door krachtenbundeling te stimuleren, maar ook door zelf de krachten te bundelen.
Het Netwerk van Technisch Wetenschappelijk Attachés (TWA Netwerk) wil innovatie en daarmee het internationale concurrentievermogen van Nederland verbeteren door het combineren en koppelen van vraag naar en aanbod van kennis over technisch-wetenschappelijke ontwikkelingen in Nederland en het buitenland. De doelgroepen zijn: hightech en innovatieve bedrijven, kennis- en onderzoeksinstellingen en overheidsorganisaties in Nederland en het buitenland.
De Netherlands’ Foreign Investment Agency (NFIA) wil investeringen door buitenlandse bedrijven in Nederland bevorderen, waardoor kapitaal, kennis en arbeidsplaatsen worden aangetrokken. De doelgroep is het buitenlandse bedrijven.
Door de krachten van TWA, NFIA en de EVD te bundelen, worden Nederlandse bedrijven beter geholpen. Dat voordeel zal vooral ook in het buitenlandnetwerk van Economische Zaken tot uiting komen. De buitenkantoren van TWA en NFIA gaan met de Netherlands Business Support Office (NBSO) en de ambassades intensiever samenwerken. Dit resulteert in een betere dienstverlening voor de Nederlandse bedrijven in het buitenland.
Een mooi voorbeeld waar de synergie tussen handelsbevordering, investeringsbevordering, technologie en innovatie nu al zo werkt, is in Sillicon Valley in de Verenigde Staten. Ik ben er onlangs nog geweest om het met eigen ogen te zien. U moet het met een filmpje doen. Na afloop kom ik terug voor het leiden van een quiz, dus - om met de gouverneur van Californië, Arnold Schwarzenegger, te spreken – “I’ll be back!”
Dankuwel.