Kabinet maakt het aantrekkelijker voor WAO`ers om weer aan de slag te gaan
Oudere gedeeltelijk arbeidsongeschikten die op 1 juli 2004 ouder dan 45 jaar waren, zullen pas vijf jaar nadat ze weer een baan hebben gevonden, worden beoordeeld. Nu gebeurt dat na zes maanden tot maximaal drie jaar. Het verlengen van deze periode maakt het voor deze groep aantrekkelijker om aan de slag te gaan. De maatregel geldt voor de groep van circa 400.000 arbeidsongeschikten die vallen onder de oude regels (het oude Schattingsbesluit). Dit schrijft minister Donner van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in een brief aan de Tweede Kamer.
De minister komt hiermee de Tweede Kamer tegemoet die in de motie-Heerts om deze versoepeling had gevraagd Een WAO-er die weer (gedeeltelijk) aan de slag gaat, moet na enige tijd worden beoordeeld op zijn mate van arbeidsgeschiktheid. Dat gebeurt nu binnen zes maanden tot maximaal drie jaar nadat betrokkene weer werkt. Dan wordt gekeken naar de nieuwe mate van arbeidsongeschiktheid. De dreigende herbeoordeling kort nadat het werk is hervat kan voor WAO-ers een drempel zijn om weer aan de slag te gaan.
Minister Donner gaat nu de Wet op de Arbeidsongeschiktheid aanpassen waardoor deze groep, pas vijf jaar na werkhervatting beoordeeld worden. Tot aan dat moment is sprake van inkomstenverrekening. De minister schrijft in zijn brief dat wanneer iemand weer vijf jaar werkt verwacht mag worden dat er sprake is van ‘een stabiele werkhervatting’. Verder gaat de minister het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) vragen voorlichting te geven over de gevolgen op het inkomen bij werkhervatting.
De wetswijziging gaat alleen gelden voor uitkeringsgerechtigden in de WAO en de WAZ (arbeidsongeschikte zelfstandigen). Voor jongehandicapten (Wajongers) loopt momenteel een apart traject.