Antwoord op Tweede Kamervragen over de organisatie Operatiën en Inlichtingen, gefinancierd uit de begroting van Defensie

Antwoord door de minister-president en de ministers van Justitie en Defensie.

Hierbij zenden wij u de antwoorden op de Kamervragen van de leden Teeven en Boekestijn (2060725030) d.d. 11 september 2007 en het lid Van Velzen (2060725260) d.d. 13 september 2007.

De minister-president, Minister van Algemene Zaken, Mr.dr. J.P. Balkenende

Minister van Justitie, Dr. E.M.H. Hirsch Ballin

Minister van Defensie, E. van Middelkoop

2060725030

Vragen van de leden Teeven en Boekestijn (beiden VVD) aan de Minister-President, minister van Algemene Zaken en de ministers van Justitie en van Defensie over de organisatie Operatiën en Inlichtingen, welke werd gefinancierd uit de begroting van het ministerie van Defensie ('Nederlandse tak van operatie Gladio'). (Ingezonden 11 september 2007)

Vraag 1

Hebt u kennisgenomen van de berichten over het bestaan van een '(verzets)organisatie Operaties en Inlichtingen'? 1)

Antwoord

Ja.

Vraag 2

Is deze organisatie Operaties en Inlichtingen werkelijk opgeheven in 1992 door de toenmalige minister-president Lubbers? Zo ja, waarom wordt in documenten van het ministerie van Defensie d.d. 23 augustus 1998, dan nog melding gemaakt van het eventueel activeren van de 'organisatie Operaties en Inlichtingen'? 2)

Antwoord

In 1992 is besloten de organisaties op te heffen. De afwikkeling was op 1 januari 1994 voltooid. Dergelijke documenten zijn niet bekend. Wel beschikt het ministerie van Defensie over een document van 23 augustus 1994, waarin voorstellen worden gedaan maatregelen te treffen om de diensten snel te kunnen reactiveren. Deze voorstellen zijn echter niet overgenomen en daarom niet uitgevoerd.

Vraag 3

Is het waar dat er op enig moment wapens en explosieven zijn ontvreemd, in totaal circa 40 kisten, uit een geheim wapendepot in de Scheveningse bosjes van de betreffende organisatie? Is naar deze diefstal ooit een onderzoek ingesteld door politie, justitie of door de toenmalige verantwoordelijke veiligheidsdiensten? Zo ja, tot welk resultaat hebben die onderzoeken geleid? Zo neen, waarom niet?

Antwoord

Er zijn inderdaad wapens en explosieven ontvreemd uit een (geheime) wapenopslagplaats in de gemeente 's-Gravenhage. Volgens de aangifte uit 1984 ging het om in totaal 18 metalen containers (kisten). De politie heeft een onderzoek ingesteld. Het onderzoek heeft niet geleid tot aanhouding van verdachte(n) van de diefstal uit de wapenopslagplaats.

Vraag 4

Is het waar dat wapens en explosieven, afkomstig uit de kisten van de wapenopslagplaats in de Scheveningse bosjes, in handen zijn gevallen van de georganiseerde criminaliteit? Zo ja, is bekend welke groep personen de beschikking heeft gekregen over deze wapens en explosieven? Zo neen, waarom is er nooit een (justitieel) onderzoek ingesteld naar de diefstal van deze wapens en explosieven?

Antwoord

Er zijn bij verschillende personen met criminele antecedenten wapens aangetroffen, waarvan niet valt uit te sluiten dat deze afkomstig zijn van de partij die is ontvreemd uit een (geheime) wapenopslagplaats in de gemeente 's-Gravenhage. Op basis van de thans beschikbare informatie kan geen georganiseerd verband tussen deze personen worden vastgesteld. Er is wel onderzoek ingesteld naar de diefstal, zoals blijkt uit het antwoord op vraag 3, maar het onderzoek heeft niet geleid tot aanhouding van verdachte(n) van de diefstal uit de wapenopslagplaats.

Vraag 5

Kan worden uitgesloten dat met de ontvreemde wapens en explosieven gewelddelicten zijn of kunnen zijn gepleegd? Zo ja, waaraan wordt die zekerheid ontleend? Zo neen, waarom is daarnaar geen onderzoek ingesteld? Kan de minister van Justitie, meedelen waarom de zaak toentertijd 'in de doofpot' is gestopt?

Antwoord

Wij beschikken niet over aanwijzingen dat de wapens zijn gebruikt bij geweldsdelicten, maar uiteraard is dit nooit geheel uit te sluiten. Reeds uit het feit dat er onderzoek is ingesteld naar de ontvreemde wapens (zie het antwoord op vraag 3), blijkt dat deze zaak niet 'in de doofpot' is gestopt.

Vraag 6

Is onderzoek ingesteld door politie of justitie of door de veiligheidsdiensten naar de wapens en explosieven welke de politie heeft aangetroffen op 29 augustus 1991 in Alkmaar bij de aanhouding van de inmiddels overleden topcriminelen K. en M.? Zo ja, wat is het resultaat geweest van dit onderzoek naar de herkomst van de wapens en explosieven? Zo neen, wat was toentertijd de reden om geen justitieel onderzoek in te stellen naar de herkomst van deze wapens?

Antwoord

Er is destijds technisch onderzoek aan de wapens verricht. Er is geen speciaal onderzoek naar de herkomst van de wapens ingesteld. De reden daarvoor is thans, ruim 16 jaar later, niet meer vast te stellen. Van enig verband tussen de bij de aanhouding van K. en M. aangetroffen wapens en de wapens uit een (geheime) wapenopslagplaats in de gemeente 's-Gravenhage is destijds niet gebleken. Met het oog op de beantwoording van deze vragen is recentelijk vastgesteld dat de wapens die bij K. en M. werden aangetroffen, met uitzondering van één handgranaat, niet van hetzelfde merk en/of type zijn als de omstreeks 1984 uit het wapendepot ontvreemde wapens. Of de handgranaat afkomstig was uit het wapendepot, kon niet (meer) worden vastgesteld.

Vraag 7

Bestaat er enig verband tussen de herkomst van de wapens en explosieven en de wapens en explosieven die in oktober 1992 werden aangetroffen in een boerderij in de gemeente Oudebiltzijl (Friesland) en de wapens en explosieven die werden ontvreemd uit een (geheim) wapendepot van de 'organisatie Operaties en Inlichtingen'? Zo neen, bent u voornemens daar alsnog onderzoek naar te laten instellen?

Antwoord

Wij beschikken niet over aanwijzingen voor een dergelijk verband. Zonder nadere aanwijzingen achten wij het niet opportuun hier onderzoek naar te laten doen.

Vraag 8

Zijn bij de opheffing van de organisatie Operaties en Inlichtingen alle wapens en explosieven uit de geheime depots weer onder beheer van de overheid gebracht? Zijn er nog andere geheime wapendepots geweest waaruit wapens en explosieven zijn ontvreemd?

Antwoord

De desbetreffende wapens en explosieven zijn gedurende het bestaan van de organisaties, behoudens de eerder genoemde diefstal, altijd in beheer van de Rijksoverheid geweest. Tijdens het debat met uw Kamer op 21 november 1990 met de toenmalige Minister-President Lubbers zijn de vondsten van geheime wapenvoorraden in de gemeente Heythuysen (1980), de bossen tussen Venlo en Roozendaal en bij Rheden (1983) benoemd (Handelingen van 21 november 1990, 21895-1, 26-1544 en 26-1553).

De toenmalige minister van Defensie De Ruiter heeft in 1983 op Kamervragen geantwoord dat deze wijze van opslag beëindigd wordt. De opslag van wapens en explosieven werd nadien gecentraliseerd bij de Koninklijke Marechaussee.

Vraag 9

Is het waar dat een (groot) gedeelte van de archieven van de organisatie Operaties en Inlichtingen is vernietigd bij de opheffing van de organisatie in 1992? Wie van het toenmalige kabinet heeft daartoe opdracht gegeven? Bestaan er thans nog archieven met documenten die betrekking hebben op de organisatie Operaties en Inlichtingen?

Antwoord

Een gedeelte van het archief is bij de beëindiging van de organisatie in strijd met de Archiefwet vernietigd. Hierover is de Commissie voor de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten van de Tweede Kamer op 31 oktober 1996 geïnformeerd. De betrokken ministers hebben destijds geen opdracht gegeven in strijd met de Archiefwet te handelen. Dit is nader toegelicht in het rapport van een werkgroep van uw Kamer uit 1998 (Kamerstukken vergaderjaar 1997-1998, 25 809, nrs. 4-5, pag. 29-30 en 40).

In 2005 is onder verantwoordelijkheid van de Minister-President, minister van Algemene Zaken en van de minister van Defensie een PIVOT-rapport uitgegeven (nr. 166, "De Nederlandse stay behind - organisatie in de koude oorlog, 1945-1992, een institutioneel onderzoek", opgesteld door Dr. D. Engelen). Dit rapport is gebaseerd op het archiefmateriaal van O&I.

Vraag 10

Bent u bereid de Kamer zo spoedig mogelijk (eventueel vertrouwelijk om lopende onderzoeken niet te schaden) te informeren over de voorliggende vragen?

Antwoord

Ja.

Vraag 11

Bestaan er thans nog geheime wapendepots?

Antwoord

Nee, er bestaan geen geheime wapendepots meer die zijn gerelateerd aan de voormalige organisatie O&I. Voormalig Minister-President Lubbers heeft dit in een debat met uw Kamer op 21 november 1990 ook verklaard (Handelingen van 21 november 1990, 21895-1, 26-1559 en 26-1560) .

1) De Telegraaf, 9 september 2007, Reporter, 9 september 2007

2) Reporter, 9 september 2007

2060725260

Vragen van het lid Van Velzen (SP) aan de Minister-President, minister van Algemene Zaken en de ministers van Justitie en van Defensie over geheime wapendepots van de organisatie Inlichtingen en Operatiën (I&O).

Vraag 1

Wat is uw reactie op het memorandum 1) over toekomstig gebruik van kennis/materiaal waaruit blijkt dat in 1998 nog steeds voorbereidingen werden getroffen voor het toekomstig functioneren van de organisatie Operaties en Inlichtingen (I-O)? Waaruit bestaan deze voorbereidingen? Door wie worden deze voorbereidingen getroffen? Wie is de 'vijand' tegen wie deze voorbereidingen getroffen worden? Welke risicoanalyse ligt er aan deze voorbereidingen ten grondslag? Hoeveel mensen zijn bij deze voorbereiding betrokken?

Vraag 2

Bestaat er nog steeds een organisatie als I&O? Zo ja, wie voert hierover de regie en hoe ziet deze organisatie eruit? Zo neen, bestaan er plannen of mogelijkheden om een dergelijke dienst in de toekomst op te zetten? Zo ja, hoe zien deze plannen eruit en wie voert hierover de regie? Zo neen, waarom wordt er dan in een stuk van het ministerie van Algemene Zaken 2) gesproken over 'de financiële voorziening voor het geval van de activering van de dienst'?

Antwoord

Er bestaan geen O&I organisaties meer. Er worden evenmin voorbereidingen getroffen voor het toekomstig functioneren van dergelijke organisaties.

We verwijzen u, mede ten aanzien van het stuk van het ministerie van Algemene Zaken, naar het antwoord op vraag 2 van de leden Teeven en Boekestijn van 11 september 2007 (2060725030).

Vraag 3

Bent u bekend met de Stichting Quia Op(p)ortet? Zo ja, wat is de functie van deze stichting? Zo neen, bent u bereid deze stichting te onderzoeken?

Antwoord

De zogenaamde 'stay behind organisatie', die in 1992 is opgeheven, functioneerde naar zijn aard onder strikte geheimhouding. Bij de opheffing is afgesproken de geheimhouding te blijven respecteren, mede met het oog op de bescherming van de persoonlijke levenssfeer.
In de jaren zestig is met het oog op deze geheimhouding op advies van de commissie Ruppert een bijzonder systeem ontwikkeld voor de uitbetaling van salarissen en pensioenen. Er kwam een pensioenfonds in de vorm van een stichting die daarvoor zorg droeg. De hoogte van de salarissen en pensioenen is toen vastgesteld naar analogie van de gebruikelijke ambtelijke rechtspositieregelingen met dien verstande, dat ook ten aanzien van de fiscus geheimhouding in acht is genomen. Er werd daarom geen belasting afgedragen, maar tegelijkertijd werden de op ambtelijke regelingen gebaseerde uitkeringen met een zodanig percentage verlaagd dat de schatkist hiervan geen nadelige gevolgen ondervond. De controle op de uitbetalingen werd verricht door de president van de Algemene Rekenkamer.
Na de opheffing van de organisatie in 1992 heeft de overheid deze wijze van uitbetaling in hoofdlijnen voortgezet.

Vraag 4

Hoeveel wapendepots waren er over heel Nederland verspreid? Wanneer zijn deze gelicht? Wat is er in die depots aangetroffen? Was de inventaris compleet of ontbraken er zaken?

Antwoord

Er zijn in Nederland enkele tientallen wapenopslagplaatsen geweest. Deze zijn na de diefstallen allen geruimd na 1983. De inventaris van de wapenopslagplaatsen was -gelet op reeds genoemde ontvreemdingen- conform verwachting.

Vraag 5

Is er onderzoek gedaan naar een politie-infiltrant die mogelijk criminelen heeft getipt over de geheime depots? Wat was het resultaat van dat onderzoek? Is er iemand ontmaskerd? Wat is hier verder mee gebeurd? Kan worden gesteld dat wapens van de Nederlandse staat een actieve rol in de misdaad hebben gespeeld?

Antwoord

We beschikken niet over aanwijzingen dat een politie-infiltrant mogelijk criminelen zou hebben getipt over de geheime depots. Derhalve is ons geen onderzoek hiernaar bekend.

We verwijzen u naar de beantwoording van de vragen 4 en 5 van de leden Teeven en Boekestijn van 11 september 2007 (2060725030).

Vraag 6

Wat is er gebeurd met de wapens van het personeel van I&O? Zijn deze allemaal teruggenomen? Zo ja, wanneer en waar? Wat is hier vervolgens mee gebeurd? Zo neen, waarom niet? Zijn deze wapens ooit gebruikt? Zo ja, waarvoor?

Antwoord

We verwijzen u naar de antwoorden op de vragen 4, 5, 8, 9 en 11 van de leden Teeven en Boekestijn van 11 september 2007 (2060725030).

Vraag 7

Waren er kopieën van de archieven van de organisatie I&O in het buitenland? Zo ja, wat is hiermee gebeurd? Hadden de ministeries van Algemene Zaken, Buitenlandse Zaken of Defensie kopieën van elkaars stukken met betrekking tot I&O? Zo ja, wat is hiermee gebeurd?

Antwoord

Uit de ons ter beschikking staande gegevens kan niet worden herleid dat er archiefmateriaal in het buitenland is ondergebracht. Het ministerie van Buitenlandse Zaken was niet betrokken bij de voormalige organisatie O&I. Er is geen sprake geweest van het op gestructureerde wijze verstrekken van kopieën van elkaars stukken tussen het ministerie van Algemene Zaken en het ministerie van Defensie.

Vraag 8

Is het waar dat het personeel van I&O "zwart" werd betaald? Hoeveel mensen had I&O in dienst? Is het mogelijk dat ex-personeel momenteel "zwart" pensioenbetalingen krijgt? Om hoeveel mensen gaat het?

Antwoord

Wij verwijzen u naar het antwoord op vraag 3.