Antwoorden op kamervragen van Ouwehand over de stagnatie van het herzieningsproces van de EU-richtlijn 86/609/EEC
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
VGP-K-U-2806213
6 november 2007
Antwoorden van minister Klink op kamervragen van het Kamerlid Ouwehand over de stagnatie van het herzieningsproces van de EU-richtlijn 86/609/EEC (2070802050).
Vraag 1
Kunt u aangegeven in welke fase de herziening van EU-richtlijn 86/609/EEC zich bevindt?
Antwoord 1
Op dit moment is het proces van interne consultatie binnen de Europese Commissie (EC) over het voorstel tot herziening van 86/609/EEG gaande. Deze richtlijn betreft de bescherming van dieren die voor experimentale en andere wetenschappelijke doeleinden worden gebruikt. Naar verwachting zal de EC begin 2008 het voorstel publiceren. Dit voorstel zal in de Raad en het Parlement besproken worden. Dit proces zal waarschijnlijk ongeveer 2 jaar in beslag nemen.
Vraag 2
Welke activiteiten hebben er plaatsgevonden op het gebied van de herziening van richtlijn 86/609/EEC sinds de publicatie van de eindverslagen van de Technical Expert Working Groups (november 2003)?
Antwoord 2 Het uiteindelijke doel van de herziening is een verhoogd dierenwelzijn en een verbetering van de interne markt. Hiervoor hebben tot nu toe diverse activiteiten plaats gevonden:
In de zomer van 2003 heeft DG Milieu van de EC een Technical Expert Working Group (TEWG) georganiseerd om zo een wetenschappelijke en technische onderbouwing voor de herziening van de richtlijn te krijgen. Deze technische werkgroepen hebben zich gebogen op de volgende aspecten:
- Scope & definitions;
- Authorisation;
- Ethical review;
- Cost/harm vs. benefit analysis & central database.
Daarna heeft de Europese Commissie de EFSA (European Food Safety Authority) om advies gevraagd over enkele punten die door de technische werkgroepen tot ‘vervolgvragen’ waren aangewezen.
Het betrof vragen over de reikwijdte van de richtlijn (opname of niet van ongewervelde en van foetussen en embryo’s, gebruik van ‘purpose-bred’ dieren en humane euthanasie methoden). Eind 2005 heeft EFSA het advies afgerond. Het document is te raadplegen op de website van de EFSA:
http://www.efsa.europa.eu/en/science/ahaw/ahaw_opinions/1286.html .Tevens heeft de Europese Commissie heeft in 2006 een Regulatory Impact Assessment uitgevoerd inclusief publieks- en expertconsultatie. Ook hierover is informatie te vinden op de bovengenoemde EU-website.
Vraag 3
Deelt u de conclusie dat de voortgang van de herziening van EU-richtlijn 86/609/EEC is gestagneerd?
Antwoord 3
Die conclusie deel ik niet. De discussie verloopt, net zoals bij andere onderwerpen met een ethische component, niet snel. De EC heeft geen eenvoudige taak om de belanghebbenden bij het proces te betrekken om consensus te krijgen. Het resultaat hiervan is dat het proces veel tijd in beslag neemt. De huidige voorzitter van de Raad, Portugal heeft de aanpassing van deze richtlijn niet als prioriteit opgenomen in haar voorzitterschap. De voornemens van de volgend voorzitter van de Raad (Slovenië) op dit onderwerp zijn nog niet bekend.
Kunt u aangeven wat de reden is van deze stagnatie van het herzieningsproces?
Antwoord 4
Het herzieningsproces is niet gestagneerd. Ik verwijs u naar mijn antwoord op vraag 3.
Vraag 5
Bent u bereid zich in de Raad van Ministers in te spannen om de herziening van EU-richtlijn 86/609/EEC vlot te trekken? Zo ja, op welke wijze? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 5
Nee, ik kan op dit moment het proces van interne consultatie binnen de EC niet versnellen met een interventie van Nederlandse zijde. Het initiatief ligt op dit moment bij de Europese Commissie.
Vraag 6
In hoeverre beïnvloedt het uitstel van de herziening van EU-richtlijn 86/609/EEC de voortgang van het herzieningsproces van de Wet op de dierproeven (Wod) in Nederland?
Antwoord 6
De herziening van de EU-richtlijn 86/609/EEG heeft geen invloed op de beleidsvoornemens dierproeven die ik samen met mijn collega van LNV heb geformuleerd (brief aan de Tweede Kamer van 19 oktober jl., Kamerstuk 30 168 en 27 428, nr. 3. Het merendeel van deze voornemens kunnen uitgevoerd worden zonder een aanpassing van de Wet op de Dierproeven. Het proces van de herziening van de EU-richtlijn en het Nederlandse dierproevenbeleid zitten elkaar niet in de weg. De Wod zal gewijzigd worden zodra de herziening van richtlijn 86/609/EEG voltooid is.