Kabinet: rijden onder invloed harder aangepakt
Automobilisten, motorrijders of bromfietsers die binnen vijf jaar voor de tweede keer worden veroordeeld voor rijden onder invloed, zijn automatisch hun rijbewijs kwijt. Dit staat in het gewijzigde wetsvoorstel puntenstelsel rijbewijzen waarmee de ministerraad op voorstel van minister Hirsch Ballin van Justitie en minister Eurlings van Verkeer en Waterstaat heeft ingestemd. De keuzes die het kabinet nu maakt zijn het gevolg van ingrijpende amendering van het bij de Tweede Kamer aanhangige wetsvoorstel puntenstelsel rijbewijzen. Daardoor werd het oorspronkelijke wetsvoorstel anders van opzet. In het gewijzigde wetsvoorstel is zoveel mogelijk rekening gehouden met de wensen van de fracties uit de Tweede Kamer.
Het kabinet wil met de maatregel bestuurders van motorrijtuigen stevig aanpakken omdat rijden onder invloed een grote bedreiging is voor de verkeersveiligheid. Wie voor de tweede keer zwaar de fout ingaat, zal bij een alcoholpercentage van minimaal 1 promille zijn rijbewijs kwijt zijn, ongeacht de hoogte van het promillage bij de eerste keer. Voor bestuurders geldt in zijn algemeenheid een limiet van 0,5 promille en voor beginnende bestuurders 0,2 promille.
Om te voorkomen dat automobilisten vanwege deze strengere regels weigeren mee te werken aan alcoholonderzoek bij verkeerscontroles, heeft het kabinet besloten ook in die gevallen harder op te treden. Een weigering is weliswaar strafbaar, maar zou betekenen dat van de bestuurder het alcoholpromillage niet kan worden vastgesteld. Dit is onwenselijk omdat men zich dan in feite aan de nieuwe regeling zou kunnen onttrekken. Daarom heeft het kabinet besloten het rijbewijs ook automatisch te laten vervallen als de automobilist voor de tweede keer is aangehouden op verdenking van rijden onder invloed, het alcoholonderzoek heeft geweigerd en hiervoor is veroordeeld. Deze maatregel is eveneens van toepassing op het onder invloed veroorzaken van verkeersongevallen met lichamelijk letsel of met de dood van een ander tot gevolg. Ook hier geldt het alcoholpromillage van 1,0 of meer bij het tweede, herhaalde geval van rijden onder invloed en niet bij de eerste keer.
Het kabinet heeft de vraag onder ogen gezien of er aanleiding is de reikwijdte van de gewijzigde regeling uit te breiden met ernstige snelheidsovertredingen binnen de bebouwde kom, voor zover deze niet louter op kenteken zijn geconstateerd. Het kabinet onderkent de wenselijkheid hiervan en heeft besloten te laten onderzoeken of, en zo ja, onder welke voorwaarden een dergelijke uitbreiding een bijdrage kan leveren aan de verkeersveiligheid en aan de rechtshandhaving.
In het wetsvoorstel wordt ook geanticipeerd op de invoering van een alcoholslotprogramma. Tenslotte wordt, vooruitlopend op een voorgenomen herziening van de vorderingsprocedure, de verplichting ingevoerd om bij beginnende bestuurders de gevallen van rijden onder invloed al bij het CBR te melden vanaf een promillage van 0,5. Dit is nu 0,8. Het voorstel houdt verband met de voorgenomen invoering van een ‘lichte’ educatieve maatregel alcohol. Deze maatregel wordt nog ontwikkeld.
De ministerraad heeft ermee ingestemd het gewijzigd wetsvoorstel, vergezeld van het nader rapport en het advies van de Raad van State aan de Tweede Kamer te zenden.