Duomoeder moet kind kunnen erkennen

De Commissie lesbisch ouderschap en interlandelijke adoptie is van mening dat het in ieder geval mogelijk moet zijn voor de duomoeder om het kind te erkennen. In zoverre prevaleert de bescherming van het sociale ouderschap boven het vasthouden aan het vermoeden van biologisch ouderschap. Dit staat in een rapport dat de commissie - onder voorzitterschap van mevrouw mr. N. A. Kalsbeek - vandaag aan minister Hirsch Ballin van Justitie heeft aangeboden.

De commissie is door de minister gevraagd te bezien op welke andere wijze dan door adoptie de vrouwelijke partner van de moeder ouder kan worden van het kind dat wordt geboren binnen de relatie van deze vrouw met de moeder. De conclusie van de commissie is dat daartoe juridisch twee mogelijkheden bestaan: erkenning door de duomoeder bij niet gehuwde lesbische ouders, en het van rechtswege ouder worden van de duomoeder als zij gehuwd is met de moeder.