Antwoorden op kamervragen over diversiteit bij leidinggevende functies binnen de politie

Antwoorden van minister Ter Horst op kamervragen van het lid Kuiken (PvdA) over diversiteit bij leidinggevende functies binnen de politie (Ingezonden 21 september 2007)

1. Vraag
Heeft u kennisgenomen van het artikel 1) over de werving en selectie voor een nieuwe adjunct-korpschef bij de politie Gelderland-Zuid?

1) De Gelderlander, 15 september 2007

1. Antwoord
Ja.

2. Vraag
Deelt u de mening dat het voor een open cultuur binnen de politie belangrijk is dat meer vrouwen en allochtonen op leidinggevende functies benoemd worden? Vindt u de gekozen criteria voor de werving en selectie in korps Gelderland-Zuid een goede manier om diversiteit te bevorderen?

2. Antwoord
Ik deel de mening dat het voor een open cultuur binnen de politie belangrijk is dat er meer vrouwen en allochtonen op leidinggevende functies benoemd worden. Er zijn dan ook afspraken gemaakt met de korpsbeheerders hierover. Voor de periode 2008-2011 heb ik afgesproken dat van de nieuwe kroonbenoemingen in de korpsleiding 50% vrouw en/of allochtoon zal zijn. Voor de kroonbenoemingen buiten de korpsleiding is dit 30%.

Er is ingezet op het werven van allochtone kandidaten. Deze zoektocht heeft in samenwerking met een headhunter, die gespecialiseerd is in de allochtonendoelgroep, plaatsgevonden. Dit heeft echter niet geleid tot beschikbare en benoembare kandidaten uit de allochtonendoelgroep.

3. Vraag
Bent u bereid om bij de korpsbeheerder van het politiekorps Gelderland-Zuid te informeren naar de redenen waarom het niet gelukt is om een goede vrouw of allochtoon te vinden voor deze functie? Is het waar dat dit mislukte wegens gebrek aan ervaring binnen de politie, wat niet tot de functie-eisen behoorde? Wilt u de Kamer informeren over de lessen die uit dit wervingstraject te leren zijn?

3. Antwoord
Het Bureau Landelijk Management Development politie en brandweer van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties heeft, in nauwe samenwerking met Gelderland-Zuid, de sollicitatieprocedure begeleid.

De adviescommissie benoemingen heeft uiteindelijk vier kandidaten beoordeeld op benoembaarheid. De twee vrouwelijk kandidaten, die waren aangedragen door de externe headhunter, zijn door de adviescommissie benoemingen niet benoembaar verklaard. De reden van afwijzing van de kandidaten wordt niet aan derden gemeld in verband met de privacy van de kandidaten. Er zijn twee kandidaten benoembaar verklaard en voorgedragen aan de korpsbeheerder. Dit zijn twee kandidaten uit het bestand van Bureau Landelijk Management Development politie en brandweer, waarvan één kandidaat van allochtone afkomst is. Deze kandidaat beschikte over politie-ervaring maar is in onderlinge afweging niet door de korpsbeheerder voor benoeming voorgedragen aan de minister.

In een latere fase heeft zich binnen de sollicitatietermijn nog een derde externe vrouwelijke kandidaat gemeld voor deze functie, zij is door de adviescommissie benoemingen benoembaar verklaard, maar zij heeft zich om persoonlijke redenen teruggetrokken.

Het verloop van dit proces is met de betrokken partijen besproken, ten einde verbeterpunten voor de toekomst te ontwikkelen.

4. Vraag
Ziet u iets in een pool van goed gekwalificeerde mensen, vrouwen en allochtonen, waaruit politie en andere overheidsorganisaties kunnen putten bij het bevorderen van diversiteit? Wilt u de mogelijkheden onderzoeken om een dergelijke pool op te zetten?

4. Antwoord
Om ervoor te zorgen dat er in de toekomst voldoende gekwalificeerde mensen zijn waaruit de politie kan putten worden er twee programma’s opgezet. Deze programma’s zijn ook opgenomen in de afspraken die gemaakt zijn met de korpsbeheerders over diversiteit.
1. Een talentenprogramma dat gericht is op versnelde doorstroom van politiemedewerkers in de schalen 9-12 naar een leidinggevende positie. Er zal bij de werving en selectie voor dit programma specifiek aandacht zijn voor vrouwen en allochtonen.
2. Een programma voor zij-instromers dat is ingesteld door de korpsen en BZK ter bevordering van een structurele instroom van externen, met nadruk op diversiteit, op functies in de top van de politiekorpsen (kroonbenoemingen). Deze stellen gezamenlijk voor de duur van het programma 10 tot 20 formatieplaatsen ter beschikking.