De keten sluiten voor een groene economie

Door inzet van biomassa kan de uitstoot van broeikasgassen worden verlaagd. Ook kan de afhankelijkheid van fossiele grondstoffen worden verkleind en kan gebruik van biomassa leiden tot nieuwe economische kansen". Dit staat in 'De keten sluiten', de overheidsvisie op de bio-based economy in de energietransitie. Minister Verburg van LNV heeft deze visie vandaag mede namens de ministers Cramer van Ruimte en Milieu, Van der Hoeven van EZ, Koenders van BZ/OS en Eurlings van VenW naar de Tweede Kamer gestuurd.

De bio-based economy oftewel groene economie is een economie waarin bedrijven - nationaal en internationaal - niet-voedseltoepassingen maken uit groene grondstoffen, of met andere woorden, biomassa. Deze niet-voedseltoepassingen zijn bijvoorbeeld transportbrandstoffen, chemicaliën, materialen en energie (elektriciteit en warmte).

Door klimaatverandering, uitputting op termijn van fossiele grondstoffen, en de wens een grotere energievoorzieningszekerheid te bereiken komt de bio-based economy in een stroomversnelling. De overheidsvisie omvat een schets van de huidige situatie en een visie van de overheid op haar eigen rol. In de visie staat het optimaal gebruiken van groene grondstoffen centraal. "Hoe kunnen we tegelijkertijd verschillende niet-voedselproducten uit dezelfde biomassa en/of reststroom uit de agrarische sector benutten?", aldus de visie.

De overheid vindt het haar taak om een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van de groene economie op het gebied van technologieontwikkeling, marktontwikkeling, logistiek, en de ontwikkeling van de productie van duurzame biomassa. De overheid ziet hier kansen voor het Nederlandse bedrijfsleven. Die kansen liggen vooral in hoogwaardige toepassingen zoals plastic gemaakt uit aardappelschillen waarvan biologisch afbreekbare plantenpotten vervaardigd kunnen worden. Verder ziet de overheid het als haar taak om mogelijke risico's, zoals concurrentie met voedselproductie, te minimaliseren. Ook moet de biomassa die wordt gebruikt wel duurzaam geproduceerd zijn.

De overheid zal samen met het bedrijfsleven, kennisinstellingen en NGO's de volgende vier onderdelen uitwerken:

  • Efficiënter gebruik van biomassa
  • Stimuleren van de productie van groen gas en duurzame elektriciteit
  • Duurzame productie van biomassa wereldwijd
  • Marktontwikkeling

De overheidsvisie past in de EnergieTransitie en in het programma Nieuwe energie voor het klimaat (werkprogramma Schoon en Zuinig) dat op Prinsjesdag 2007 is gepresenteerd. In de EnergieTransitie werken overheid, bedrijfsleven, kennisinstellingen en NGO's samen aan een duurzame energievoorziening door middel van zes platforms waaronder het Platform Groene Grondstoffen. De overheid heeft zich voor de visie laten inspireren door het Groenboek Energietransitie van het Platform Groene Grondstoffen.

Voor de landbouwsector wordt in de periode 2007-2011 58 miljoen euro extra ter beschikking gesteld. Over aanvullende middelen voor innovatie wordt later besloten door middel van een aparte procedure in het kader van Fonds Economische Structuurversterking (FES). Het ministerie van LNV heeft dit voor de groene economie begroot op 80 miljoen euro en voor de glastuinbouw op 55 miljoen euro.

Bijlagen