Periodieke persconferentie operatie Uruzgan
De Nederlandse en Australische troepen in Uruzgan krijgen mogelijk versterking. “De veiligheidssituatie rond Deh Rawod is verslechterd en zorgelijk. Er is overleg met de NAVO-commandanten of de situatie wel voldoende stabiel is”, aldus de Commandant der Strijdkrachten, generaal Dick Berlijn tijdens de periodieke persconferentie over de operatie in Uruzgan.
De CDS stond ook stil bij het overlijden van soldaat-1 Tim Hoogland, die vorige week om het leven kwam bij zware gevechten op enkele kilometers ten noorden van Kamp Hadrian. “De activiteiten van de Taliban in het gebied tussen Deh Rawod en de Faluja Pas zijn toegenomen, waarschijnlijk onder invloed van de gebeurtenissen in de naastgelegen provincie Helmand. De Britse troepen trachten daar de tegenstanders te verjagen. Bovendien heb ik de indruk dat de Taliban steun krijgt vanuit het buitenland. De strijders zijn duidelijk beter opgeleid in het gebruik van de wapens. “De vijandelijke troepen voeren gecoördineerde en gerichte aanvallen uit.”
Generaal Berlijn ziet echter ook lichtpuntjes. De regering in Kaboel heeft meer oog gekregen voor de situatie in de zuidelijke provincie. Dat heeft ertoe geleid dat militairen van de Vierde Afghaanse Brigade naar Uruzgan zijn gezonden. “Het opleidingsniveau van deze mensen baart echter wel zorgen.”
De CDS ging ook in op de 4 rapportages die zijn gemaakt over de gebeurtenissen in het Chora-district in juni van dit jaar. Afgelopen vrijdag is het laaste rapport door SG NAVO vastgesteld. Vanmiddag gaat er een stand van zakenbrief naar de Tweede Kamer, waarin opgenomen de strekking van de rapporten en een overzicht van de gebeurtenissen. In de rapporten wordt bevestigd dat de Nederlandse en Afgaanse troepen een grootscheepse aanval van Talibanstrijders hebben afgeslagen en hen uiteindelijk uit het gebied rondom Chora hebben weten te verdrijven. De gebeurtenissen onderstrepen het belang van de standvastige houding en het moedig optreden van de Nederlandse militairen. Zij tonen echter ook de dilemma’s wanneer zij worden geconfronteerd met tegenstanders voor wie de levens van Afghaanse burgers geen waarde lijken te hebben. Beslissingen moeten onder zwaarwegende omstandigheden worden genomen.
De Regering betreurt het ten zeerste dat er slachtoffers onder de burgerbevolking zijn gevallen. Er zijn mensen vermoord door de Taliban, terwijl anderen zijn omgekomen bij acties van ISAF tegen de Taliban. De Talibanstrijders hebben zich gemengd met burgers, hen als schild gebruikt. Bij hun optreden zijn burgers geëxecuteerd en burgerobjecten niet ontzien. Het aantal burgerslachtoffers is moeilijk vast te stellen. Er wordt geschat dat er tussen de 50 en 100 burgers gewond zijn geraakt en tussen de 50 en 80 zijn omgekomen.
Uit hospitaalmeldingen en rapportages is gebleken dat de Taliban op brute wijze burgers om het leven hebben gebracht. Er zijn diverse meldingen dat burgers in brand zijn gestoken en dat mannen en vrouwen de keel werd doorgesneden of werden doodgeschoten. Deze berichten zijn door lokale stamhoofden bevestigd.
De rapporten, waaronder het op verzoek van de Nederlandse Regering door de VN en de Afghaanse mensenrechtencommissie opgestelde rapport, geven een stabiel beeld van de gebeurtenissen en komen tot de conclusie dat Nederlandse militairen – in juridische maar ook in militaire zin - juist hebben gehandeld. Het besluit Chora te verdedigen viel binnen het mandaat van ISAF en het gebruik van geweld door ISAF was toegestaan op grond van het recht op zelfverdediging en de Rules of Engagement (ROE). Het rapport van COMISAF neemt op één punt, zijnde de legitimiteit van de inzet van de pantserhouwitser zonder waarneming, een afwijkend standpunt in. Deze opvatting wordt niet gedeeld door de juridische adviseur van de NAVO noch door zijn meerderen (SACEUR en de Secretaris-generaal van de Navo). De onderzoekscommissie van de CDS neemt hiervan eveneens afstand.
De secretaris-generaal van de NAVO en de CDS komen tot de conclusie dat de Commandant te velde aan zijn verplichtingen onder het oorlogsrecht heeft voldaan. De rapporten zijn inmiddels, zoals te doen gebruikelijk, voor een finaal oordeel aan het Openbaar Ministerie overhandigd.